gepubliceerd op 25 oktober 2000
Ministerieel besluit houdende uitvoering van artikel 4, § 2 van het koninklijk besluit van 21 mei 1991 betreffende de samenstelling en de werking van de Doorzichtigheidscommissie voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU
5 OKTOBER 2000. - Ministerieel besluit houdende uitvoering van artikel 4, § 2 van het koninklijk besluit van 21 mei 1991 betreffende de samenstelling en de werking van de Doorzichtigheidscommissie voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik
De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Gelet op de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, inzonderheid op artikel 6quater, vervangen bij de wet van 20 oktober 1998;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 mei 1991 betreffende de samenstelling en de werking van de Doorzichtigheidscommissie voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik, inzonderheid op artikel 4, § 2, vervangen bij het koninklijk besluit van 19 augustus 1998;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Gelet op de noodzakelijkheid om de eerste maximale geldigheidsduur van het advies inzake doorzichtigheid op vijf jaar te brengen zodat de herziening ervan gekoppeld wordt aan de vijfjaarlijkse hernieuwing van de registratie van een geneesmiddel, Besluit : Enig artikel. De eerste maximale geldigheidsduur van het advies inzake doorzichtigheid verstrekt in toepassing van artikel 1 van het koninklijk besluit van 21 mei 1991 betreffende de samenstelling en de werking van de Doorzichtigheidscommissie voor geneesmiddelen voor menselijk gebruik wordt verlengd tot een maximale geldigheidsduur van vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van kennisgeving ervan aan de registratiehouder.
Brussel, 5 oktober 2000.
Mevr. M. AELVOET