4 FEBRUARI 1998. - Ministerieel besluit houdende tijdelijk afwijkende maatregelen van artikel 29 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen

De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Gelet op de dierengezondheidswet van 24 maart 1987, gewijzigd bij de wetten van 29 december 1990, 20 juli 1991, 6 augustus 1993, 21 december 1994 en 20 december 1995;

Gelet op de Verordening 820/97 EEG van de Raad van 21 april 1997 tot vaststelling van een identificatie- en registratieregeling voor runderen en inzake de etikettering van rundvlees en rundvleesproducten;

Gelet op het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten van het epidemiologische toezicht bij runderen;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989, 6 april 1995 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegend dat als overgangsmaatregel, op vrijwillige basis, een afwijking op het verbod op het tatoueren moet kunnen worden toegestaan aan de verantwoordelijken van raszuivere runderen, Besluit :

Artikel 1.In afwijking van artikel 29 van het koninklijk besluit van 8 augustus 1997 betreffende de identificatie, de registratie en de toepassingsmodaliteiten voor de epidemiologische bewaking van de runderen en ten laatste tot 31 december 1998 wordt op uitdrukkelijke vraag van de verantwoordelijke, de tatouage nog toegestaan ter aanvulling voor de dieren die onderworpen worden aan een inschrijving in de geboorteregisters, in het kader van een officieel programma in toepassing van het koninklijk besluit van 23 september 1971 betreffende de verbetering van runderrassen.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 1997.

Brussel, 4 februari 1998.

K. PINXTEN