Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 02 juli 1999
gepubliceerd op 06 juli 1999

Ministerieel besluit betreffende een terugvorderbaar voorschot aan de producenten waarvan de varkens het voorwerp van een bewarend beslag uitmaken in het kader van de dioxinebesmetting

bron
ministerie van middenstand en landbouw
numac
1999016240
pub.
06/07/1999
prom.
02/07/1999
ELI
eli/besluit/1999/07/02/1999016240/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

2 JULI 1999. - Ministerieel besluit betreffende een terugvorderbaar voorschot aan de producenten waarvan de varkens het voorwerp van een bewarend beslag uitmaken in het kader van de dioxinebesmetting


De Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting, belast met Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw-, en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983 en 29 december 1990, het koninklijk besluit van 25 oktober 1995 en de wetten van 5 februari 1999;

Gelet op de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren;

Gelet op de wet van 23 maart 1998 betreffende de oprichting van een Begrotingsfonds voor de gezondheid en de kwaliteit van de dieren en de dierlijke producten, gewijzigd bij de wet van 5 februari 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 juni 1994 betreffende de bescherming van varkens in varkenshouderijen;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 juni 1999 houdende tijdelijke maatregelen inzake de handel in landbouwproducten ingevolge de dioxinecontaminatie, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 16 juni 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 8 juni 1999 houdende tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting;

Gelet op het ministerieel besluit van 18 juni 1999 betreffende de afmaking van dieren in het kader van de tijdelijke maatregelen ter bestrijding van de dioxineverspreiding en -besmetting;

Gelet op de richtlijn 91/630/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 19 november 1991 tot vaststelling van de minimumnormen ter bescherming van varkens;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 29 juni 1999;

Gelet op de beslissing van de Ministerraad van 30 juni 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de noodzaak om onverwijld tijdelijke maatregelen te nemen inzake de handel in landbouwproducten voortvloeit uit de noodzaak om de verbruikers een gezonde voeding te verzekeren en om de uitvoering van de beslissingen van de Europese Commissie ten gevolge van dioxinebesmetting te verzekeren;

Overwegende dat het noodzakelijk is, om het nutteloos lijden van de dieren te vermijden, de geschikte maatregelen te voorzien betreffende de vergoeding van de dieren vernietigd wegens contaminatie of verdenking van contaminatie, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Een renteloos terugvorderbaar voorschot wordt toegekend, ten laste van het Begrotingsfonds voor de gezondheid en de kwaliteit van de dieren en de dierlijke producten, aan de eigenaar van de varkens geslacht in het kader van dit besluit. § 2. Het voorschot bedoeld in § 1 zal in vier gelijke jaarlijkse schijven dienen te worden terugbetaald vanaf het tweede jaar volgend op dat van de uitbetaling.

Art. 2.Het terugvorderbaar voorschot mag toegekend worden voor zover : 1° het slachtvarkens betreft, met uitsluiting van reforme zeugen, met een gewicht van meer dan 110 kg en afkomstig van een bedrijf dat wegens mogelijke dioxinebesmetting onder bewarend beslag werd geplaatst en waar ze minstens sedert drie maanden aanwezig zijn; 2° de eigenaar van deze dieren een aanvraag tot slachting heeft ingediend op volgend adres : Ministerie van Middenstand en Landbouw WTC III Simon Bolivarlaan 30 (5e verdieping) 1000 Brussel Fax.: 02/208.36.04 T.a.v. dr. Ph. De Bloudts.

Art. 3.Het toegekend terugvorderbaar voorschot, dat overeenstemt met 80 % van de kostprijs, wordt berekend op basis van de volgende modaliteiten : 1° voor slachtvarkens tussen 110 en 120 kg : 24 BF per kg op voet;2° voor slachtvarkens van meer dan 120 kg : 2 880 BF per varken + 20 BF per kg boven de 120 kg, op voet. Indien de marktprijs lager is dan de bovenvermelde bedragen dan gebeurt de berekening van het terugvorderbaar voorschot op basis van de marktprijs.

Art. 4.Het terugvorderbaar voorschot bedoeld in artikel 1 wordt slechts toegekend voor zover : 1° het vervoer van varkens naar de plaats van het doden vooraf toegelaten en verzegeld werd door de veterinaire diensten;2° de ontvangst van de verzegelde lading, het doden van de varkens en het verzenden van de krengen of delen van krengen naar het destructiebedrijf of naar een koelhuis in afwachting van de vernietiging, met het oog op de verassing geattesteerd werden door een beambte.

Art. 5.De kosten voor het vervoer, het doden, de opslag, het verwerken en het vernietigen van de dieren en de dierlijke producten die in toepassing van de bepalingen van dit besluit worden vernietigd, vallen ten laste van de overheid.

Art. 6.§ 1. De eigenaar verliest zijn recht op een terugvorderbaar voorschot wanneer één of meerdere inbreuken worden vastgesteld op de bepalingen genomen in uitvoering van de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten. § 2. De eigenaar verliest ook zijn recht op het terugvorderbaar voorschot bedoeld in artikel 1, indien blijkt dat, op het ogenblik van de aanvraag bedoeld in artikel 2, hij in het bezit was van resultaten die het mogelijk maakten de verdenking van dioxinecontaminatie te weerleggen.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en treedt buiten werking op 15 augustus 1999.

Brussel, 2 juli 1999.

H. VAN ROMPUY

^