Etaamb.openjustice.be
Mededeling
gepubliceerd op 03 september 2009

Mededeling aangaande de federale steunmaatregel « Luchtvaart 2008-2013 » De Belgische Regering heeft, na een aantal principiële stellingnames , op 11 juli 2008 de beslissing genomen om de O&O&I-a(...) De regeringsbeslissing laat toe om projectkosten, gemaakt na de introductie van de initiële aanvraa(...)

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2009011372
pub.
03/09/2009
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE


Mededeling aangaande de federale steunmaatregel « Luchtvaart 2008-2013 » De Belgische Regering heeft, na een aantal principiële stellingnames (14.10.2005, 18.03.2007 en 29.02.2008), op 11 juli 2008 de beslissing genomen om de O&O&I-activiteiten van de Belgische industrie in het kader van civiele luchtvaartprogramma's te financieren via terugbetaalbare voorschotten in overeenstemming met de Europese regelgeving.

De regeringsbeslissing laat toe om projectkosten, gemaakt na de introductie van de initiële aanvraag bij de Federale Overheid, te betoelagen.

De Belgische bedrijven kunnen vrij kiezen tussen een aantal scenario's van terugbetaalbare voorschotten en tussenkomsten à rato van een subsidie die terugbetaalbaar zijn zonder intrest. In wat volgt worden deze steunmodaliteiten verder toegelicht : -Steun in de vorm van « terugbetaalbare voorschotten ».

De basissteunintensiteiten voor terugvorderbare voorschotten komen overeen met deze vermeld in hoofdstuk 5.1.5 van de Communautaire Kaderregeling inzake staatssteun voor O&O&I (2006/C 323/01), hierna « Kaderregeling » genoemd. Hierin wordt bepaald dat 60 % van de aanvaardbare kosten in de projectfase van het industrieel onderzoek en 40 % van de aanvaardbare kosten in de projectfase van de experimentele ontwikkeling kunnen gefinancierd worden.

Op deze basispercentages worden voor KMO's verhogingen toegepast (hoofdstuk 5.1.3 van de Kaderregeling) van 10 % voor middelgrote ondernemingen (minder dan 250 werknemers en een zakencijfer kleiner dan 50 Mio euro of een balanstotaal kleiner dan 43 Mio euro per jaar) en 20 % voor kleine ondernemingen (minder dan 50 werknemers en een zakencijfer of een balanstotaal kleiner dan 10 Mio euro per jaar). Tot een maximum van 80 % is een bijkomende verhoging met 15 % mogelijk in geval van samenwerking tussen twee onderling onafhankelijke ondernemingen, op voorwaarde dat voldaan wordt aan de voorwaarden gestipuleerd in Hoofdstuk 5.1.3. b) i) van de Kaderregeling.

De steun wordt integraal terugbetaald door de begunstigde firma's aan de Belgische Staat in de mate waarin succes werd behaald (dit is een vastgesteld bedrag/percentage op de gegenereerde omzet), met inbegrip van samengestelde intrest op de uitgekeerde bedragen. Het intrestpercentage wordt berekend op basis van een door de Europese Commissie vastgesteld referentiepercentage op datum van de toekenning van de steun. Het succes van een project zal worden bepaald op basis van marktontwikkelingprognoses op datum van toekenning van de steun.

Er wordt ook een einddatum voorzien waarin het succes behaald zou moeten worden. In het geval van verkopen die verder gaan dan hetgeen initieel als succesvol werd beschreven (« eclatant succes »), eist de Belgische Staat bijkomende vergoedingen bovenop de terugbetaling van het voorschot vermeerderd met samengestelde rente.

De firma's hebben de keuze uit verschillende scenario's voor terugbetalingen, die identiek zijn aan deze toegepast in het vorige steunregime voor de Airbus A380 (C27/2006 en C28/2006).

De volgende scenario's kunnen gekozen worden : - Lineaire terugbetalingen met variabele rentelasten - Lineaire terugbetalingen met vaste rentelasten - Terugbetalingen in vijf loten met vaste rentelasten - Exponentiële terugbetalingen met vaste rentelasten - Exponentiële terugbetalingen met variabele rentelasten - Steun in de vorm van « voorschotten, terugbetaalbaar zonder intrest ».

De steunintensiteiten voor « voorschotten, terugbetaalbaar zonder intrest » komen overeen met deze vermeld in hoofdstuk 5.1.3 van de Kaderregeling. Dit betekent dat 50 % van de aanvaardbare kosten in de projectfase van het industrieel onderzoek en 25 % van de aanvaardbare kosten in de projectfase van de experimentele ontwikkeling kunnen gefinancierd worden. Op deze basispercentages worden voor KMO's verhogingen toegepast (hoofdstuk 5.1.3 van de Kaderregeling) van 10 % voor middelgrote ondernemingen (minder dan 250 werknemers en een zakencijfer kleiner dan 50 Mio euro of een balanstotaal kleiner dan 43 Mio euro per jaar) en 20 % voor kleine ondernemingen (minder dan 50 werknemers en een zakencijfer of een balanstotaal kleiner dan 10 Mio euro per jaar).

Tot een maximum van 80 % is een bijkomende verhoging met 15 % mogelijk in geval van samenwerking tussen twee onderling onafhankelijke ondernemingen, op voorwaarde dat voldaan wordt aan de voorwaarden gestipuleerd in Hoofdstuk 5.1.3. b) i) van de Kaderregeling.

Ook deze steun, die wordt uitgekeerd volgens de gangbare regels van toepassing op directe subsidies, dient in overeenstemming met de Regeringsbeslissing integraal te worden terugbetaald aan de Belgische Staat in de mate waarin succes werd behaald (dit is een vastgesteld bedrag/percentage op de gegenereerde omzet), maar dit zonder rente op de geleende bedragen. Het succes van een project zal worden bepaald op basis van de verkoopsprognoses op datum van toekenning van de steun.

Er wordt ook een einddatum voorzien waarin het succes behaald zou moeten worden.

De firma's hebben de keuze uit verschillende scenario's voor terugbetalingen.

Volgende scenario's kunnen gekozen worden - Lineaire terugbetalingen - Terugbetalingen in vijf loten - Exponentiële terugbetalingen De steun wordt door de Belgische Staat toegekend na grondig onderzoek en studie van het projectvoorstel. Het Federaal Luchtvaartplatform onderzoekt de technische, economische, financiële en wetenschappelijke aspecten van het project, gaat na of er voldoende interesse is vanwege mogelijke aankopers, beoordeelt aan de hand van een aantal, op voorhand gedefinieerde, criteria of het project in aanmerking kan komen voor steun.

Meer gedetailleerde informatie kan ingewonnen worden bij : Federaal Luchtvaartplatform Postbus 191 1210 BRUSSEL NOORDSTATION Het Federaal Luchtvaartplatform is een nauw samenwerkingsverband tussen de FOD Economie en de POD Wetenschapsbeleid opgericht voor de behandeling van de Belgische industriële deelname aan luchtvaartprogramma's op federaal vlak ten einde te komen tot een collegiale behandeling van deze programma's, in overeenstemming met de competenties van de beide Departementen. In dat kader is overeengekomen dat het wetenschappelijk beheer van de luchtvaartdossiers valt onder de verantwoordelijkheid van de POD Wetenschapsbeleid en het economisch, financieel en boekhoudkundig beheer onder de verantwoordelijkheid van de FOD Economie.

De contactpersonen binnen het Federaal Luchtvaartplatform zijn : Voor de FOD Economie : ir. Luc BALLET, Adviseur-Generaal wnd. tel : +32 2 277.70.14 fax : +32 2 277.53.07 e-mail : luc.ballet@economie.fgov.be Voor de POD Wetenschapsbeleid : Dr. ir. Peter Van Geloven, Adviseur tel : +32 2 238.35.87 fax : +32 2 230.59.12 e-mail : peter.vangeloven@belspo.be De Minister van K.M.O.'s, Zelfstandigen, Landbouw en Wetenschapsbeleid, Mevr. S. LARUELLE. De Minister voor Ondernemen en Vereenvoudigen, V. VAN QUICKENBORNE

^