gepubliceerd op 22 november 1997
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Personeel. - Eervolle ontslagen Bij koninklijk besluit van 23 september 1997 wordt, met ingang van 1 april 1998, aan de heer Jacques Bottequin, eervol ontslag verleend uit zijn ambt van De heer J. Bottequin wordt ertoe gemachtigd zijn pensioenaanspraken te laten gelden in het raam van(...)
MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU
Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering Personeel. - Eervolle ontslagen Bij koninklijk besluit van 23 september 1997 wordt, met ingang van 1 april 1998, aan de heer Jacques Bottequin, eervol ontslag verleend uit zijn ambt van geneesheer-directeur-generaal, leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
De heer J. Bottequin wordt ertoe gemachtigd zijn pensioenaanspraken te laten gelden in het raam van de wet van 28 april 1958 betreffende het pensioen van het personeel van zekere organismen van openbaar nut alsmede van hun rechthebbenden.
Het is hem vergund de eretitel van zijn ambt te voeren.
Bij koninklijk besluit van 23 september 1997 wordt, met ingang van 1 maart 1998, aan de heer Prick, Charles, eervol ontslag verleend uit zijn ambt van eerstaanwezend geneesheer-inspecteur bij de Dienst voor geneeskundige controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
De heer Prick, C. wordt ertoe gemachtigd zijn pensioenaanspraken te laten gelden in het raam van de wet van 28 april 1958 betreffende het pensioen van het personeel van zekere organismen van openbaar nut alsmede van hun rechthebbenden.
Het is hem vergund de eretitel van zijn ambt te voeren.
Bij koninklijk besluit van 23 september 1997 wordt, met ingang van 1 januari 1998, aan de heer Hourlay, Guy, eervol ontslag verleend uit zijn ambt van eerstaanwezend geneesheer-inspecteur-hoofd van dienst bij de Dienst voor geneeskundige controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering.
De heer Hourlay, Guy, wordt ertoe gemachtigd zijn pensioenaanspraken te laten gelden in het raam van de wet van 28 april 1958 betreffende het pensioen van het personeel van zekere organismen van openbaar nut alsmede van hun rechthebbenden.
Het is hem vergund de eretitel van zijn ambt te voeren.