gepubliceerd op 13 augustus 2020
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector, betreffende het woon-werkverkeer
31 JULI 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector, betreffende het woon-werkverkeer (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector, betreffende het woon-werkverkeer.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 31 juli 2020.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, N. MUYLLE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector Collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019 Woon-werkverkeer (Overeenkomst geregistreerd op 4 februari 2020 onder het nummer 156730/CO/337) Voorwoord De sociale partners van het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector willen het openbaar vervoer en duurzame vervoersvormen bevorderen. HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die ressorteren onder het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector.
Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden- en bediendepersoneel.
Art. 2.In afwijking van artikel 1 is deze overeenkomst niet van toepassing op de persoonlijke assistenten aangeworven in het kader van een persoonlijk assistentiebudget.
Onder "persoonlijke assistenten aangeworven in het kader van een persoonlijk assistentiebudget'' wordt verstaan : de privépersonen die voor hun eigen rekening personeel tewerkstellen voor hun persoonlijke dienst of deze van hun gezin en dit personeel zoals voorzien in het artikel 3 van het koninklijk besluit van 14 februari 2008Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 14/02/2008 pub. 11/03/2008 numac 2008022129 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van 19 december 2007 van het Paritair Comité voor de textielnijverheid en het breiwerk betreffende de vaststelling van de vakantiedata voor het jaar 2008 type koninklijk besluit prom. 14/02/2008 pub. 11/03/2008 numac 2008022131 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van 11 oktober 2007 van het Paritair Subcomité voor de vlasbereiding tot vaststelling van de vakantiedata voor 2008 type koninklijk besluit prom. 14/02/2008 pub. 11/03/2008 numac 2008022130 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van 23 oktober 2007 van het Paritair Subcomité van de betonindustrie betreffende de vaststelling van de vakantiedata voor het jaar 2008 sluiten. HOOFDSTUK II. - Tegemoetkoming in de reiskosten
Art. 3.Gemeenschappelijk openbaar vervoer § 1. Bij gebruik van het gemeenschappelijk openbaar vervoer komen de werkgevers tegemoet in de reiskosten die effectief werden gemaakt door de werknemers overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/9 betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het gemeenschappelijk openbaar vervoer van de werknemers, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 23 april 2019. § 2. Binnen de 6 maanden na de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zijn de werkgevers ertoe gehouden voor wat betreft het treinvervoer of het gemengd vervoer NMBS/MIVB/DE LIJN/TEC, een overeenkomst, genaamd derdebetalersregeling, te sluiten met de NMBS, waardoor het treinvervoer onder deze derdebetalersregeling kosteloos is voor de werknemer.
Art. 4.Andere vervoermiddelen dan het gemeenschappelijk openbaar vervoer (privévervoermiddelen) § 1. Bij gebruik van andere gemotoriseerde vervoermiddelen dan het gemeenschappelijk openbaar vervoer komen de werkgevers tegemoet in de reiskosten die werkelijk werden gemaakt door de werknemers, tot vier vijfde van de bedragen in de tabel van artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19/9 van 23 april 2019 van de Nationale Arbeidsraad, en dit voor het aantal kilometers van de kortste weg tussen de verblijfplaats van de werknemer en zijn/haar werkplaats of voor het aantal kilometers afgelegd met een privévervoermiddel in het kader van artikel 4. Voor de bepaling van de kortste weg kan ook rekening gehouden worden met de verkeersdrukte en de staat van de weg. § 2. Voor werknemers die een fiets gebruiken, komen de werkgevers tegemoet in de reiskosten die werkelijk worden gemaakt door de werknemers ten belope van een bedrag van 0,24 EUR per kilometer voor het aantal kilometers van de kortste weg van het woon-werkverkeer tussen de verblijfsplaats van de werknemer en zijn/haar werkplaats, of voor het aantal kilometers afgelegd met de fiets in het kader van artikel 4. Vanaf 1 januari 2020 evolueert het bedrag van 0,24 EUR gelijktijdig met het maximum vrijgesteld bedrag vastgesteld bij artikel 38, § 1, 14° van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 en bij artikel 19, § 2, 16° van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. Voor de bepaling van de kortste weg kan ook rekening gehouden worden met de verkeersdrukte en de staat van de weg. § 3. De bijdrage, zoals bepaald in § 2, vervalt wanneer de werkgever in overeenkomst met de werknemer voor de betrokken werknemer voorziet in het gebruik van een gebruiksklare en reglementair conforme fiets.
De bijdrage, zoals bepaald in § 2, vervalt eveneens wanneer de werkgever in overeenkomst met de werknemer(s) voor de betrokken werknemer(s) een formule van fietsleasing of fietsverhuur ten laste neemt. § 4. Indien de werknemer, in het kader van onderbroken diensten, zich op eenzelfde arbeidsdag meer dan één keer van de woonplaats naar de werkplaats moet begeven, dan draagt de werkgever voor deze bijkomende verplaatsing(en) bij in de vervoersonkosten van de werknemer op dezelfde wijze zoals voorzien in deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 5.Gemengd vervoer Voor werknemers die een privévervoermiddel combineren met één of meerdere openbare gemeenschappelijke vervoermiddelen, komen de werkgevers tegemoet in de reiskosten overeenkomstig artikel 3 hierboven voor wat betreft de afstand "openbaar gemeenschappelijk vervoer" en in artikel 4 hierboven voor wat betreft de afstand "privévervoermiddel".
Art. 6.Om de tegemoetkoming van de werkgever in de vervoersonkosten van de werknemer vast te stellen, moet de werkgever de betrokken werknemer in tweevoud een attest laten invullen en ondertekenen. Het model hiervan is in bijlage 1 bij deze collectieve arbeidsovereenkomst gevoegd. HOOFDSTUK III. - Toepassingsmodaliteiten
Art. 7.§ 1. De tegemoetkoming van de werkgever in de reiskosten van de werknemer wordt maandelijks aan de werknemer betaald. § 2. De tegemoetkoming van de werkgever heeft geen betrekking op de niet gepresteerde werkdagen, om welke reden dan ook, behalve als de werknemer een vervoerbewijs heeft moeten aanschaffen dat niet zou kunnen worden hergebruikt of terugbetaald. § 3. De tegemoetkoming van de werkgever kan in onderling akkoord tussen de werkgever en de werknemer en in toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst forfaitair worden bepaald (bijvoorbeeld het gemengd openbaar vervoer). Het model van dit akkoord is in bijlage 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst gevoegd. § 4. Eenzelfde afstand kan slechts het voorwerp uitmaken van één tussenkomst door de werkgever, onverkort de bepalingen van artikel 4, § 4. HOOFDSTUK IV. - Aanvullende bepalingen
Art. 8.Wanneer een mobiliteitsplan moet opgesteld worden door de instelling in functie van wettelijke bepalingen, zal dit plan ter informatie voorgelegd worden aan de ondernemingsraad of, bij ontstentenis van een ondernemingsraad, aan de syndicale afvaardiging. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 9.§ 1. Gunstigere akkoorden die werden afgesloten in de ondernemingen conform het wettelijk kader, blijven van toepassing. § 2. Op het niveau van de onderneming kan een collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten worden of kan in het arbeidsreglement voorzien worden in afwijkende regelingen, rekening houdende met het specifieke karakter van bijvoorbeeld onregelmatige uurregelingen en/of de vestigingsplaats, waardoor andere vervoersregelingen dan met een gemotoriseerd privévervoermiddel niet of slechts in beperkte mate mogelijk zijn.
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2020. Zij wordt gesloten voor onbepaalde tijd.
Zij kan door alle partijen worden opgezegd met een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 juli 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector, betreffende het woon-werkverkeer Verklaring op eer Naam en voornaam : Adres : Gemeente : Ik, ondergetekende, verklaar mij geregeld naar het werk te begeven met volgend privévervoermiddel : - Fiets over een afstand van ................. km; - Motorvoertuig over een afstand van ............ km.
De vervoerskosten bedragen ................. EUR. Ik verbind mij ertoe elke wijziging van vervoermiddel of afstand onmiddellijk aan mijn werkgever mee te delen.
Opgemaakt in twee originele exemplaren, waarvan één voor de werkgever en één voor de werknemer, te : Datum en handtekening : Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 juli 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Bijlage 2 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de non-profitsector, betreffende het woon-werkverkeer Verklaring forfaitaire tegemoetkoming Tussen de werknemer : Naam en voornaam : Adres : Woonplaats : en de werkgever : . . . . . . . . . . . . . . .
Er wordt overeengekomen dat : In toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019 betreffende het woon-werkverkeer, wordt de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten voor het woon-werkverkeer van de werknemer vastgelegd op ...... EUR per gewerkte dag/week/maand/jaar (schrappen wat niet past).
Het bedrag van de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten voor het woon-werkverkeer van de werknemer wordt automatisch aangepast in toepassing van de bepalingen van genoemde collectieve arbeidsovereenkomst.
Deze overeenkomst neemt een einde indien : - in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 december 2019 betreffende het woon-werkverkeer, de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten voor het woon-werkverkeer van de werknemer gewijzigd dient te worden; - werknemer en/of werkgever hiertoe verzoeken.
Opgemaakt in twee originele exemplaren, waarvan één voor de werkgever en één voor de werknemer.
Te : Op : Handtekening van de werknemer : Handtekening van de werkgever : Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 juli 2020.
De Minister van Werk, N. MUYLLE
Annexe 1re à la convention collective de travail du 3 décembre 2019, conclue au sein de la Commission paritaire auxiliaire pour le secteur non-marchand, relative au transport entre le domicile et le lieu de travail Déclaration sur l'honneur Nom et prénom : Adresse : Localité : Je soussigné(e) déclare sur l'honneur me rendre régulièrement au travail en utilisant le moyen de transport privé suivant : - Vélo sur une distance de ................. km; - Véhicule à moteur sur une distance de ............ km.
Les frais de déplacement s'élèvent à ................. EUR. Je m'engage à signaler toute modification de moyen ou de distance de déplacement immédiatement à mon employeur.
Fait en deux exemplaires, un pour le travailleur et un pour l'employeur, à : Date et signature : Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 31 juillet 2020.
La Ministre de l'Emploi, N. MUYLLE
Annexe 2 à la convention collective de travail du 3 décembre 2019, conclue au sein de la Commission paritaire auxiliaire pour le secteur non-marchand, relative au transport entre le domicile et le lieu de travail Déclaration d'intervention forfaitaire Entre le travailleur : Nom et prénom : Adresse : Localité : et l'employeur : . . . . . . . . . . . . . . .
Il est convenu que : En application de la convention collective de travail du 3 décembre 2019 relative au transport entre le domicile et le lieu de travail, l'intervention financière de l'employeur dans les frais de déplacement entre le domicile et le lieu de travail est fixée à ...... EUR par journée/semaine/mois/année (biffer les mentions inutiles) travaillé(e).
Le montant de l'intervention financière de l'employeur dans les frais de déplacement entre le domicile et le lieu de travail du travailleur est adapté automatiquement en application des dispositions de ladite convention collective de travail.
La présente convention prend fin lorsque : - en application de la convention collective de travail du 3 décembre 2019 relative au transport entre le domicile et le lieu de travail, l'intervention financière dans les frais de déplacement entre le domicile et le lieu de travail du travailleur doit être modifiée; - le travailleur et/ou l'employeur le demande(nt).
Fait en deux exemplaires originaux, un pour l'employeur et un pour le travailleur.
A : Le : Signature du travailleur : Signature de l'employeur : Vu pour être annexé à l'arrêté royal du 31 juillet 2020.
La Ministre de l'Emploi, N. MUYLLE