31 AUGUSTUS 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage van 3 222 387 BEF aan de V.Z.W. PRISO

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 december 1997 houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 1998, inzonderheid programma 26.55.1;

Gelet op de wetten op de Rijkscomptabliteit, gecoördineerd in het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid de artikelen 55 en 58;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1999 houdende vaststelling van bepaalde minsteriële bevoegdheden;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole, inzonderheid artikel 22;

Gelet op het koninklijk besluit van 6 september 1998 houdende toekenning van een toelage van 3 222 387 BEF aan de V.Z.W. PRISO;

Overwegende dat de Minister van Maatschappelijke Integratie o.m. belast is met het stimuleren van initiatieven gericht op de integratie van groepen in de samenleving die, omwille van financiële, familiale of maatschappelijke omstandigheden, niet volwaardig deelnemen;

Overwegende dat de Minister van Maatschappelijke Integratie in opvolging van het Algemeen Verslag over de Armoede en van de voorstellen van de Interministeriële Conferentie Sociale Integratie een aantal maatregelen heeft genomen omtrent de problematiek van de permanente campingbewoners, o.m. de éénmalige installatiepremie voor bestaansminimumgerechtigden, het opstarten van een structureel overleg tussen alle betrokken overheden en partners in functie van de coördinatie van diverse (beleids-)maatregelen, de begeleiding en de woonbemiddeling en dat het aangewezen is deze op het terrein praktisch te implementeren en te evalueren;

Overwegende dat de V.Z.W. PRISO een unieke deskundigheid heeft opgebouwd in de begeleiding en ondersteuning van de permanente campingbewoners;

Overwegende dat deze ondersteuning noodzakelijk is omdat de V.Z.W. PRISO een vooraanstaande partner is in het vinden van een duurzame oplossing voor deze (kans)arme bevolkingsgroep;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 12 juli 1999;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 3, 1e lid, van voornoemd koninklijk besluit worden de woorden « tot 31 augustus 1999 » vervangen door de woorden « tot 31 oktober 1999 ».

Art. 2.In artikel 3, 3e lid, van voornoemd koninklijk besluit worden de woorden « tegen 31 augustus 1999 » vervangen door de woorden « tegen 31 oktober 1999 ».

Art. 3.De tekst van artikel 4 van voornoemd koninklijk besluit wordt vervangen door de volgende tekst : « De projectkosten, gedragen door de toelage, worden begroot als volgt : Personeelskosten : 1 voltijds maatschappelijk assistent (16 j. anc.) 1 halftijdse stafmedewerker (universitair of gelijkwaardige ervaring) (3 j. anc.) Totaal personeelskosten : 2 817 387 BEF Werkingskosten : Accommodatie en secretariaatskosten : 190 000 BEF Activiteiten (w.o. vervoerskosten) : 215 000 BEF Totaal werkingskosten : 405 000 BEF Totaal : 3 222 387 BEF

Art. 4.In artikel 5, § 3, van voornoemd koninklijk besluit worden de woorden « uiterlijk op 30 oktober 1999 » vervangen door de woorden « uiterlijk op 30 november 1999 ».

Art. 5.Onze Minister van Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 31 augustus 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie, J. VANDE LANOTTE