Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 mei 1997
gepubliceerd op 07 augustus 1997

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1997012332
pub.
07/08/1997
prom.
30/05/1997
ELI
eli/besluit/1997/05/30/1997012332/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

30 MEI 1997. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters en het Paritair Comité voor het naai- en snijwerk, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 4 augustus 1982, inzonderheid op artikel 16 van de statuten, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 maart 1993;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1996, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 30 mei 1997.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Bijlage Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 maart 1996 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten (Overeenkomst geregistreerd op 2 mei 1996 onder het nummer 41670/CO/107)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de werklieden en werksters van de ondernemingen, ressorterend onder het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters.

Art. 2.Artikel 16 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 april 1982, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters en het Paritair Comité voor het naai- en snijwerk voor dames, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 maart 1993, wordt vervangen door de volgende bepalingen : "

Art. 16.Met ingang van 1 januari 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 1 pct. van de brutolonen uitbetaald aan de werklieden en de werksters, waarvan 0,18 pct. gereserveerd wordt ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 maart 1989 met betrekking tot de uitvoering van het koninklijk besluit van 2 februari 1989 tot uitvoering van artikel 138 van de programmawet van 30 december 1988 inzake de risicogroepen.

Met ingang van 1 april 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 1 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters, waar 0,25 pct. van de brutolonen gereserveerd wordt ter uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991 betreffende de vorming en tewerkstelling van werknemers uit de risicogroepen.

Met ingang van 1 oktober 1991 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 1,62 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters.

Met ingang van 1 oktober 1992 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2,24 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters.

Met ingang van 1 oktober 1993 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2,14 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters en dit ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord 1993-1994.

Met ingang van 1 oktober 1996 is de werkgeversbijdrage vastgesteld op 2 pct. van de brutolonen, uitbetaald aan de werklieden en werksters.

De globale werkgeversbijdrage wordt geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor sociale zekerheid, overeenkomstig artikel 7 van de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid.".

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 25 maart 1996.

Haar geldigheidsduur is dezelfde als deze bepaald bij artikel 2 van de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde statuten.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van30 mei 1997.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^