Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 augustus 2017
gepubliceerd op 09 oktober 2017

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2017010438
pub.
09/10/2017
prom.
30/08/2017
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

30 AUGUSTUS 2017. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 30 augustus 2017.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 Statuut van de syndicale afvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 3 augustus 2016 onder het nummer 134422/CO/200) Preambule De collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten op het niveau van het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, zoals toepasselijk en in werking aan de vooravond van de inwerkingtreding van het besluit houdende de benoeming van de leden van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, werden bij collectieve arbeidsovereenkomst van 1 april 2015 (registratienr. 126638) overgedragen naar het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

Deze collectieve arbeidsovereenkomsten werden bijgevolg integraal van toepassing op het niveau van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden en binden de werkgevers en werknemers die ressorteren onder het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

De sluiting van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel om in het kader van de continuïteit de coördinatie van deze overgedragen collectieve arbeidsovereenkomsten te optimaliseren. HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en bedienden van de ondernemingen die tot de bevoegdheid van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden (200) behoren.

Onder "bedienden" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke bedienden. HOOFDSTUK II. - Algemene bepalingen

Art. 2.De ondernemingshoofden erkennen dat hun bedienden, aangesloten bij één der ondertekenende vakverenigingen van bedienden, het recht hebben zich bij hen te laten vertegenwoordigen door een syndicale afvaardiging waarvan het statuut bij deze overeenkomst wordt geregeld.

Art. 3.De ondernemingshoofden gaan de verbintenis aan de syndicale afvaardiging van bedienden te ontvangen, generlei drukking op het personeel uit te oefenen om te verhinderen dat het tot een vakvereniging zou toetreden, noch aan niet gesyndiceerde bedienden blijken van voorkeur te geven ten opzichte van gesyndiceerde bedienden.

Art. 4.De syndicale afgevaardigden van de bedienden moeten onder alle omstandigheden : a) een geest van rechtvaardigheid, van billijkheid en verzoeningsgezindheid aan de dag leggen;b) elke tekortkoming aan de sociale wetgeving, de arbeidsreglementen van de onderneming, de collectieve arbeidsovereenkomsten, alsook aan de arbeidstucht en aan het beroepsgeheim, persoonlijk vermijden en door hun collega's doen vermijden;c) het optreden van de leiding der onderneming en van haar vertegenwoordigers op verschillende gezagsposten niet bemoeilijken.

Art. 5.De ondertekenende vakverenigingen van bedienden gaan de verbintenis aan de vrijheid van vereniging te eerbiedigen en te zorgen dat hun leden uit hun syndicale propaganda alle methoden weren die niet overeen te brengen zijn met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5 van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel, aangevuld met de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5bis van 30 juni 1971, noch met deze overeenkomst. HOOFDSTUK III. - Bevoegheden

Art. 6.De syndicale afvaardiging heeft het recht door het ondernemingshoofd of door zijn vertegenwoordiger te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die zich in de onderneming voordoet; zij heeft hetzelfde recht wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen te ontstaan.

Art. 7.Elke individuele klacht wordt langs de gewone hiërarchische weg ingediend door de belanghebbende werknemer die op zijn verzoek wordt bijgestaan door zijn syndicale afgevaardigde. De syndicale afvaardiging heeft het recht te worden gehoord naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting die langs deze weg niet kon worden opgelost.

Art. 8.Ten einde de in voorgaande artikelen 6 en 7 bedoelde geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de syndicale afvaardiging van het personeel voorafgaandelijk door de werkgever worden ingelicht over de veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en beloningsvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen van individuele aard. Zij zal inzonderheid worden ingelicht over de wijzigingen welke voortvloeien uit de wet, de collectieve arbeidsovereenkomsten of de bepalingen van algemene aard die in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen, voornamelijk de bepalingen die een weerslag hebben op de loonschalen en de regels van de beroepsclassificatie.

Art. 9.Het ondernemingshoofd of zijn vertegenwoordiger zal de syndicale afvaardiging zo spoedig mogelijk ontvangen, ten laatste binnen de 14 dagen na het indienen van het verzoek. Gehoor wordt aldus verleend naar aanleiding van gelijk welke betwisting aangaande : a) inbreuken op de algemene beginselen bepaald in de artikelen 2 tot 5 van de voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 24 mei 1971, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het statuut van de syndicale afvaardigingen van het personeel der ondernemingen;b) het nakomen van de sociale wetgeving, de arbeidsreglementen van de onderneming, de collectieve arbeidsovereenkomsten en de individuele arbeidsovereenkomsten, inzonderheid opdat voor het gesyndiceerd personeel van de onderneming de weddeschalen en de classificeringsregels worden toegepast, voorzien in het kader van de geldende wetten en collectieve arbeidsovereenkomsten;c) de arbeidsverhoudingen.

Art. 10.De syndicale afvaardiging is bevoegd om onderhandelingen te voeren voor het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten of van akkoorden in de schoot van de onderneming, onverminderd de collectieve arbeidsovereenkomsten of de akkoorden die op andere vlakken zijn gesloten.

Art. 11.De syndicale afvaardiging heeft geen zeggenschap in aangelegenheden die behoren tot de bevoegdheid van paritaire instellingen op het vlak van de onderneming bestaande of in het leven te roepen krachtens een wets- of reglementsbepaling, zoals onder meer de ondernemingsraad, het comité voor preventie en bescherming op het werk. De syndicale afvaardiging mag evenwel toezicht houden op de oprichting en de werking van deze instellingen en op de uitvoering van hun beslissingen die de bedienden aanbelangen. HOOFDSTUK IV. - Samenstelling van de afvaardiging

Art. 12.Op vraag van één of meerdere van de organisaties die deze overeenkomst hebben ondertekend, wordt een syndicale afvaardiging ingesteld : a) in de ondernemingen met 50 en meer bedienden, wanneer ten minste 25 pct.van de totale getalsterkte van de bedienden gesyndiceerd is met een minimum van 17 gesyndiceerde bedienden; b) in de ondernemingen met 25 tot 50 bedienden, wanneer ten minste 17 bedienden gesyndiceerd zijn. In deze overeenkomst wordt door "onderneming" verstaan : de technische bedrijfseenheid in de zin van de wet van 20 september 1948Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/09/1948 pub. 06/07/2010 numac 2010000388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende organisatie van het bedrijfsleven. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende organisatie van het bedrijfsleven.

Art. 13.De syndicale organisatie die en initiatief neemt met het oog op de oprichting van een syndicale afvaardiging moet bij aangetekend schrijven de andere syndicale organisaties verwittigen van haar inzicht. Deze verwittigen binnen de 14 dagen, per aangetekend schrijven, de initiatiefnemende organisatie dat zij aanspraak maken op minstens één mandaat. Bij ontstentenis van reactie binnen voormelde termijn, worden zij geacht geen aanspraak te maken op vertegenwoordiging.

Op straffe van nietigheid wordt het verzoek tot oprichting van een vakbondsafvaardiging bij het ondernemingshoofd ingediend door middel van het formulier dat als bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst is opgenomen. Dit formulier wordt hem bij aangetekende brief gemeenschappelijk toegezonden door die vakorganisaties welke aanspraak maken op minstens één mandaat.

Op straffe van nietigheid kan de werkgever binnen een termijn van 30 dagen na het indienen van het voornoemde verzoek de oprichting van een vakbondsafvaardiging betwisten door middel van het formulier dat als bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst is opgenomen. Dit formulier wordt bij aangetekende brief verzonden naar de vakorganisaties die het verzoek hebben ingediend. Tevens wordt een kopie van dit schrijven bij aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair comité toegestuurd.

Art. 14.De afvaardiging bestaat uit hetzelfde aantal effectieve en plaatsvervangende leden. De afgevaardigden kunnen één van hen tot voorzitter kiezen.

Art. 15.Het aantal effectieve afgevaardigden bedraagt, in verhouding tot het aantal bedienden in de onderneming : - voor 25 tot 75 bedienden : 2 afgevaardigden; - voor 76 tot 150 bedienden : 3 afgevaardigden; - voor 151 tot 300 bedienden : 4 afgevaardigden; - voor 301 tot 500 bedienden : 5 afgevaardigden; - voor 501 tot 1000 bedienden : 6 afgevaardigden; - voor 1001 tot 2000 bedienden : 8 afgevaardigden; - meer dan 2000 bedienden : 10 afgevaardigden.

In de ondernemingen met 25 tot 75 bedienden wordt het aantal afgevaardigden echter verhoogd tot 3 wanneer een derde syndicale organisatie bewijst dat zij binnen de onderneming ten minste 25 pct. van het gesyndiceerd personeel vertegenwoordigt.

In de ondernemingen waar ten minste 25 bedienden van minder dan 21 jaar oud in dienst zijn, kan een plaats worden voorbehouden aan een kandidaat die de bij artikel 17, 2) vereiste leeftijd niet heeft bereikt noch de bij artikel 17, 3) vereiste dienstleeftijd.

Het aantal afgevaardigden mag niet gewijzigd worden tijdens de normale duur van het mandaat.

Art. 16.Bij de berekening van de in artikelen 12 en 15 bepaalde getalsterkte, worden slechts de bedienden die onder contract van onbepaalde duur in dienst zijn, in aanmerking genomen. Voor de vaststelling van de personeelssterkte van de onderneming wordt het gemiddeld aantal bedienden in aanmerking genomen dat er tewerkgesteld is gedurende de vier kwartalen die het kwartaal voorafgaan, tijdens welke de instelling van een syndicale afvaardiging werd aangevraagd.

Ten einde de syndicalisatiegraad vast te stellen bepaald in artikel 12, a) en b), wordt rekening gehouden met het aantal gesyndiceerden tewerkgesteld binnen de onderneming op het ogenblik van de indiening van de vraag tot oprichting van een syndicale afvaardiging. In geval van betwisting aangaande het aantal gesyndiceerde bedienden die in de onderneming werken, wordt beroep gedaan op de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

De werkgever kan, binnen een termijn van 30 dagen na het indienen van het in artikel 13, 3de lid hiervoren vermelde verzoek, het aantal in een onderneming tewerkgestelde georganiseerde bedienden betwisten door middel van het formulier dat als bijlage bij deze collectieve arbeidsovereenkomst is opgenomen. Dit formulier wordt bij aangetekende brief verzonden naar de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden. Tevens wordt een kopie van dit schrijven bij aangetekende brief aan de betrokken vakorganisaties toegestuurd. HOOFDSTUK V. - Aanduiding van de afgevaardigden

Art. 17.Om de functie van effectief afgevaardigde of van plaatsvervanger te mogen uitoefenen, moeten de bedienden aan de volgende vereisten voldoen : 1) Belg zijn, E.U.-onderhorige of houder van een arbeidsvergunning A; 2) 21 jaar oud zijn;3) ten minste 3 jaar als werknemer hebben gewerkt;4) niet minder dan twaalf opeenvolgende maanden bij de onderneming in dienst zijn;5) niet in een opzeggingsperiode zijn op het ogenblik van de aanduiding;6) lid zijn van één der ondertekenende vakorganisaties.

Art. 18.De syndicale afgevaardigden worden aangeduid omwille van het gezag dat van hen zal moeten uitgaan bij de uitoefening van hun delicate taak en wegens hun bekwaamheid, wat veronderstelt dat ze behoorlijk vertrouwd zijn met de onderneming en met de bedrijfstak.

Art. 19.De syndicale organisaties die aanspraak maken op minstens één mandaat, zullen zich voor het indienen van de gemeenschappelijke aanvraag bedoeld in artikel 13, onderling akkoord stellen over de verdeling van de mandaten in verhouding tot het respectieve ledental in de onderneming.

Bij betwisting kan de meeste gerede partij hierbij beroep doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

Op het ogenblik dat het gemeenschappelijk verzoek bedoeld in artikel 13, 3de lid naar het ondernemingshoofd wordt gezonden, zullen de vakorganisaties bij aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden een kopie van dit verzoek toesturen, samen met de lijst van de mogelijke gewone en plaatsvervangende kandidaten, waarvan het aantal beperkt is tot datgene bepaald in artikel 15. Uiterlijk 44 dagen na het indienen van het in artikel 13 bedoelde verzoek leggen zij aan de werkgever schriftelijk de definitieve lijst voor van de gewone en plaatsvervangende afgevaardigden die worden voorgedragen. Deze termijn wordt geschorst in geval van betwisting in verband met de in de artikelen 12 en 15 bepaalde getalsterkte.

Art. 20.De plaatsvervangende leden zetelen in de plaats van een effectief lid : a) in geval dit lid verhinderd is, ingevolge een wettelijke schorsing van zijn bediendenovereenkomst;b) wanneer het effectief lid overleden is, de vereisten bepaald bij artikel 17 niet meer vervuld zijn of wanneer zijn mandaat een einde heeft genomen overeenkomstig artikel 24.

Art. 21.Elke organisatie zal tijdig zorgen voor de vervanging van haar afgevaardigden die hun opdracht definitief niet meer kunnen vervullen. Hiertoe deelt de betrokken vakorganisatie per aangetekend schrijven aan de werkgever de naam van de vervanger mee, samen met de naam van de gewone kandidaat die hij vervangt. Uiterlijk 15 dagen na deze mededeling neemt de plaatsvervangende afgevaardigde zijn effectief mandaat op. Deze termijn wordt geschorst in geval van betwisting.

Art. 22.De werkgever kan zich altijd om ernstige redenen tegen de aanduiding of het behoud van een afgevaardigde verzetten. De werkgever laat in het eerste geval aan de betrokken vakvereniging voor bedienden weten waarom hij zich verzet, zulks binnen de 14 werkdagen na voorlegging van de in artikel 19, lid 3 bedoelde lijst.

Bij onenigheid tussen de partijen, wordt het geschil aan het verzoeningscomité van het paritair comité voorgelegd, die de partijen, eventueel bijgestaan door een raadsman, zal aanhoren en het geschil beslechten.

Art. 23.De syndicale afvaardiging wordt officieel ingesteld binnen de 14 dagen na het verstrijken van de termijn bedoeld in artikel 22, eerste lid. In geval van onenigheid tussen de partijen gaat deze termijn in na betekening van de beslissing van het verzoeningsbureau bedoeld in artikel 22, tweede lid.

Ter gelegenheid van de officiële instelling stellen de partijen, in uitvoering van hoofdstuk VII, de werkingsmodaliteiten van de syndicale afvaardiging vast.

Art. 24.§ 1. Het mandaat van de syndicale afgevaardigden duurt vier jaar en loopt ten einde op een vaste datum, op 31 december 2016, 2020, 2024,... § 2. De werkgever kan in de loop van de maand september 2016, 2020, 2024,... met een gemotiveerd en aangetekend schrijven aan de syndicale organisaties die op dat ogenblik één of meerdere mandaten bekleden in de syndicale afvaardiging, betekenen dat, in toepassing van de artikelen 12, 15 en 16 van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, het aantal mandaten gewijzigd moet worden of dat de syndicale afvaardiging afgeschaft moet worden.

In geval van betwisting zal het geschil beslecht worden overeenkomstig de bepalingen vermeld in hoofdstuk IX van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst. § 3. De syndicale organisatie welke aanspraak maakt op een mandaat of een mandaatuitbreiding in een bestaande syndicale afvaardiging, doet dit bij middel van een aangetekend schrijven aan de syndicale organisatie(s) die mandaten bezet(ten).

Deze aanvraag dient op straffe van nietigheid ingediend te worden in de loop van de maand september voorafgaand aan de in § 1 bedoelde data. Een kopie van deze aanvraag wordt gelijktijdig aan de werkgever toegezonden. De syndicale organisaties die aanspraak maken op minstens één mandaat, zullen zich vóór het indienen van de gemeenschappelijke syndicale afvaardiging bij de werkgever akkoord stellen over de verdeling van de mandaten in verhouding tot het respectieve ledental in de onderneming. Bij betwisting kan de meest gerede partij een beroep doen op het verzoeningsinitiatief van de voorzitter van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden. § 4. Indien een betwisting die voortvloeit uit de toepassing van bovenvermelde § 2 of § 3 niet geregeld is tegen 1 januari 2017, 2021, 2025,..., blijft de bescherming van de leden van de aftredende syndicale afvaardiging voor een periode van 3 maand behouden in de betrokken onderneming. § 5. Indien in toepassing van bovenvermelde § 2 en § 3 geen betwisting kenbaar gemaakt wordt in september 2016, 2020, 2024,..., dan wordt het mandaat van de syndicale afvaardiging stilzwijgend verlengd met een nieuwe periode van 4 jaar. § 6. De duur van 4 jaar van het mandaat, vervat in § 1 van dit artikel, is niet van toepassing op de syndicale afvaardigingen die werden geïnstalleerd in de loop van het kalenderjaar 2016, 2020, 2024,... In dit geval, eindigt het mandaat op de eerstvolgende vaste datum.

Art. 25.Het mandaat van syndicale afgevaardigde neemt een einde : a) wanneer de termijn verstrijkt;b) wanneer een afgevaardigde ontslag neemt.Het ontslag moet schriftelijk ter kennis van de werkgever worden gebracht; c) wanneer de afgevaardigde niet meer als bediende deel uitmaakt van het personeel van de onderneming;d) wanneer hij naar een andere technische bedrijfseenheid in de zin van artikel 12, 2de lid van deze overeenkomst wordt overgeplaatst;e) wanneer hij geen deel meer uitmaakt van de vakorganisatie waartoe hij behoorde bij zijn aanstelling.In dit geval verwittigt de vakvereniging de werkgever bij aangetekend schrijven en duidt zo nodig, de plaatsvervanger aan. HOOFDSTUK VI. - Statuut van de syndicale afgevaardigden

Art. 26.De syndicale afgevaardigden hebben recht op de normale bevorderingen van de categorie waartoe zij behoren.

Art. 27.De leden van de syndicale afvaardiging mogen niet worden afgedankt om redenen die eigen zijn aan de uitoefening van hun mandaat.

De werkgever die voornemens is een syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden, met uitzondering van dringende reden, af te danken, verwittigt voorafgaandelijk de syndicale afvaardiging evenals de syndicale organisatie die de kandidatuur van deze afgevaardigde heeft voorgedragen. Deze verwittiging gebeurt bij aangetekend schrijven dat uitwerking heeft op de derde dag volgend op de datum van de verzending. De betrokken syndicale organisatie beschikt over een termijn van zeven dagen om mee te delen dat zij de geldigheid van de voorgenomen afdanking weigert te aanvaarden. Deze mededeling gebeurt bij aangetekend schrijven, de periode van zeven dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft. Het uitblijven van reactie van de syndicale organisatie moet beschouwd worden als een aanvaarding van de geldigheid van de voorgenomen afdanking. Indien de syndicale organisatie weigert de geldigheid van de voorgenomen afdanking te aanvaarden, heeft de meest gerede partij de mogelijkheid het geval aan het oordeel van het verzoeningsbureau van het paritair comité voor te leggen, de maatregel tot afdanking mag niet worden uitgevoerd gedurende de duur van deze procedure. Indien het verzoeningsbureau tot geen éénparige beslissing is kunnen komen binnen de 2 maanden van de aanvraag tot tussenkomst, wordt het geschil betreffende de geldigheid van de redenen die door de werkgever worden ingeroepen om de afdanking te verantwoorden aan de arbeidsrechtbank.

Art. 28.Ingeval een kandidaat voorkomend op de lijst waarvan sprake in artikel 19, lid 3 vóór de officiële instelling bedoeld in artikel 23 wordt afgedankt, heeft de meest gerede partij de mogelijkheid het geval aan het verzoeningsbureau voor te leggen dat oordeelt of de afdanking geschied is om redenen eigen aan de kandidaatstelling.

Art. 29.In geval van afdanking van een syndicale afgevaardigde wegens zware fout, moet de syndicale organisatie daarvan onmiddellijk worden op de hoogte gebracht.

Art. 30.Een forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in navolgende gevallen : a) indien hij een syndicale afgevaardigde afdankt, zonder de in voornoemd artikel 27 bepaalde procedure na te leven;b) indien, op het einde van deze procedure, de geldigheid van de redenen van afdanking, rekening houdend met de bepaling van artikel 28, door het verzoeningsbureau of door de arbeidsrechtbank niet wordt erkend;c) indien de werkgever een afgevaardigde heeft ontslagen wegens dringende reden en de arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond heeft verklaard;d) indien de arbeidsovereenkomst werd beëindigd wegens zware fout van de werkgever die voor de afgevaardigde een reden is tot onmiddellijke beëindiging van de overeenkomst. De forfaitaire vergoeding is gelijk aan de bruto bezoldiging van één jaar, onverminderd de toepassing van de wettelijke bepalingen terzake zoals bepaald in de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten op de arbeidsovereenkomsten.

Deze vergoeding is niet verschuldigd wanneer de syndicale afgevaardigde de vergoeding ontvangt bepaald in artikel 16 van de wet van 19 maart 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/03/1991 pub. 22/12/2009 numac 2009000842 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in de comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende de bijzondere ontslagregeling voor de personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraden en in comités voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing van de werkplaatsen, alsmede voor de kandidaat-personeelsafgevaardigden.

Art. 31.Bij wijziging van werkgever ingevolge een overgang van een onderneming of van een gedeelte van een onderneming krachtens overeenkomst, geldt navolgende regeling : 1) met betrekking tot het genot van de beschermingsmaatregelen, bepaald bij onderhavig hoofdstuk VI : de bescherming, voorzien bij de artikelen 27, 28 en 30 van toepassing op de syndicale afgevaardigden van de onderneming, die overgaat, of het gedeelte ervan, dat overgaat, tot op het ogenblik dat een nieuwe syndicale afvaardiging wordt samengesteld of, indien de afgevaardigden niet opnieuw aangeduid of herkozen worden, tot op het ogenblik dat de conventionele duur van hun mandaat zou verstreken zijn;te dien einde worden die syndicale afgevaardigden beschouwd alsof zij hun mandaat verder uitoefenen binnen de hiervoor vermelde tijdslimieten; 2) met betrekking tot de voortzetting van de uitoefening van het mandaat : a) indien bij de overgang de autonomie van de onderneming of van het gedeelte van de onderneming, op het vlak waarvan de syndicale afvaardiging werd opgericht, behouden blijft, blijven de syndicale afgevaardigden hun mandaat verder uitoefenen tot op het ogenblik dat het verstrijkt;b) voor het geval dat de autonomie van de onderneming of van het gedeelte van de onderneming, op het vlak waarvan de syndicale afvaardiging werd opgericht, niet behouden blijft, wordt de syndicale afvaardiging uiterlijk zes maanden na de overgang wedersamengesteld. Tot op het ogenblik van de wedersamenstelling blijven de syndicale afgevaardigden hun mandaat verder uitoefenen.

Art. 32.De opgezegde syndicale afgevaardigde behoudt tijdens de opzeggingstermijn, bovenop de rechten die uit de wet op de arbeidsovereenkomsten voortvloeien, ook de rechten ontstaan uit deze overeenkomst. Wanneer op grond van de omstandigheden daartoe aanleiding bestaat, kan de werkgever zich beroepen op de bepalingen van artikel 22. HOOFDSTUK VII. - Werking van de syndicale afvaardiging

Art. 33.De syndicale afvaardiging wordt naargelang de noodwendigheden door het hoofd van de onderneming of diens afgevaardigde ontvangen.

Art. 34.De voltallige of niet-voltallige afvaardiging komt tijdens de normale diensturen met de werkgever samen.

Art. 35.De tijd besteed aan de samenkomst van de syndicale afvaardiging met de werkgever, wordt als werktijd aanzien en bezoldigd. Voor het tijdsgedeelte van de samenkomst dat de normale arbeidsduur overschrijdt, is geen overloon verschuldigd.

Art. 36.De leden van de syndicale afvaardiging beschikken over de nodige tijd en faciliteiten - in onderling akkoord met de werkgever te bepalen en bezoldigd als arbeidstijd - om de in dit statuut omschreven syndicale opdrachten en activiteiten in de onderneming collectief of individueel uit te oefenen. Met het oog op het gebruik van die tijd en die faciliteiten dienen de leden van de syndicale afvaardiging vooraf de werkgever in te lichten en in akkoord met hem ervoor te zorgen dat dit gebruik het goed verloop van de diensten in de onderneming niet verstoort. De onderneming stelt - ofwel permanent ofwel occasioneel - een lokaal ter beschikking van de syndicale afvaardiging van het personeel, ten einde haar toe te staan haar opdracht passend te vervullen.

Art. 37.Om de samenkomsten met de werkgever voor te bereiden en met diens vooraf gegeven toestemming, mag de syndicale afvaardiging binnen de onderneming bijeenkomen. Deze voorbereidende vergaderingen zijn te beschouwen als syndicale opdrachten en activiteiten zoals beoogd in artikel 36, lid 1.

Art. 38.De syndicale afvaardiging kan meer bepaald tijdens de rustperiodes mondeling of schriftelijk overgaan tot alle mededelingen die nuttig zijn voor het bediendepersoneel, zonder dat zulks de organisatie van het werk mag verstoren. Deze mededelingen moeten van professionele of van syndicale aard zijn. Op gemotiveerd verzoek door de syndicale afvaardiging in te dienen met een vooropzegging van 48 uren en met de voorafgaande instemming van de werkgever, kunnen door de syndicale afvaardiging voorlichtingsvergaderingen voor het bediendepersoneel van de onderneming op de arbeidsplaats en gedurende de werkuren worden belegd. De werkgever kan niet willekeurig zijn instemming weigeren. Hij wordt er meer bepaald toe gebracht zijn instemming te geven ter gelegenheid van het sluiten van collectieve arbeidsovereenkomsten die het gehele bediendepersoneel van de onderneming aanbelangen. HOOFDSTUK VIII. - Rol van de syndicale afvaardiging bij ontstentenis van ondernemingsraad

Art. 39.In afwijking van artikel 11 kan de syndicale afvaardiging, bij ontstentenis van ondernemingsraad, de taken, rechten en opdrachten uitoefenen die aan deze raad worden toegekend in hoofdstuk II, artikelen 4, 5, 6, 7 en 11 van de collectieve arbeidsovereenkomst, die de nationale akkoorden en de collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden coördineert, afgesloten in de schoot van de Nationale Arbeidsraad op 9 maart 1972. HOOFDSTUK IX. - Beslechting van een geschil

Art. 40.Wanneer een geschil ontstaat binnen de onderneming met de directie, wendt de syndicale afvaardiging alle mogelijke middelen aan om ten einde het geschil door onderhandelingen te beslechten.

Art. 41.Wanneer na tussenkomst van een syndicale afvaardiging geen akkoord is bereikt met de werkgever aangaande de regeling van een geschil, kunnen de afgevaardigden de hulp inroepen van de vaste vertegenwoordigers van hun vakorganisaties om het overleg omtrent die aangelegenheid voort te zetten. Wanneer dit geval zich voordoet, kan de werkgever zich doen bijstaan door vertegenwoordigers van zijn beroepsorganisatie.

Art. 42.Na uitputting van alle onderhandelingsmogelijkheden, kan de syndicale afvaardiging het geschil doen voorbrengen voor het nationaal verzoeningscomité van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

Art. 43.Ieder beroep op het nationaal verzoeningscomité moet geschieden door bemiddeling van een lid van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden.

Art. 44.Een stakingsaanzegging kan enkel schriftelijk betekend worden nadat het nationaal verzoeningscomité zich heeft uitgesproken.

Art. 45.De stakingsaanzegging zal een duurtijd hebben van tenminste 14 dagen en zal ingaan de dag na de betekening. HOOFDSTUK X. - Opheffingsbepalingen

Art. 46.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heft de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1997, gesloten in het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden, op, betreffende de syndicale delegatie, die algemeen verbindend werd verklaard bij koninklijk besluit van 20 juli 1998 (geregistreerd onder het nr. 47183), zoals integraal overgenomen door de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 april 2015, gesloten in de schoot van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, met betrekking tot de continuïteit van de collectieve arbeidsovereenkomsten en akkoorden gesloten op het niveau van het Aanvullend Nationaal Paritair Comité voor de bedienden (geregistreerd onder het nr. 126638), en zoals opgenomen in de inventaris in bijlage van deze laatste collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK XI. - Duur en diversen

Art. 47.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2016.

Art. 48.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor vier jaar. Zij wordt stilzwijgend voor een verdere termijn van vier jaar verlengd en zo verder om de vier jaar, zolang de bepalingen van navolgend artikel 49 niet worden ingeroepen.

Art. 49.Ten vroegste zes maanden en ten laatste drie maanden vóór het verstrijken van iedere periode bedoeld in artikel 48, kan deze collectieve arbeidsovereenkomst worden opgezegd door om het even welke ondertekenende partij. De opzegging wordt door middel van een aangetekend schrijven betekend aan alle ondertekenende partijen en aan de voorzitter van het paritair comité.

Art. 50.De organisatie op wier verantwoording de collectieve arbeidsovereenkomst wordt opgezegd, gaat de verbintenis aan de redenen te noemen en onmiddellijk voorstellen tot wijziging in te dienen. De ondertekenende partijen gaan de verplichtingen aan deze voorstellen binnen de maand na ontvangst te bespreken.

Art. 51.Zolang deze collectieve arbeidsovereenkomst loopt, opzeggingstermijn inbegrepen, gaan de partijen de verbintenis aan in de ondernemingen waar ze wordt nageleefd, geen staking of geen lock-out te beginnen, zonder zich vooraf te gedragen naar de bepalingen van hoofdstuk IX. De werkstakingen of lock-outs die in strijd met onderhavig artikel worden uitgeroepen, zullen niet worden ondersteund.

Art. 52.Uitzonderlijke gevallen of gevallen die in deze overeenkomst niet zijn voorzien, worden onderzocht door het beperkt comité van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, hetwelk aan dit comité verslag zal uitbrengen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus 2017.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage 1 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging Paritair commentaar op de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging

Artikel 1.Toepassingsgebied Door de term "bedienden" moet verstaan worden : bedienden bedoeld door de beroepenclassificatie bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 betreffende de beroepsindeling, afgesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, of vastgesteld door ondernemingsovereenkomsten. Deze definitie is toepasselijk op het geheel van de bepalingen van de overeenkomst.

In overeenstemming met de algemene principes van het recht op de collectieve arbeidsovereenkomsten, kunnen definities die gunstiger zijn voor de werknemers aanvaard worden op het niveau van de ondernemingen.

Artikel 12, 2de lid De oorspronkelijke notie van de term "technische bedrijfseenheid" voor de wet van 20 september 1948Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/09/1948 pub. 06/07/2010 numac 2010000388 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende organisatie van het bedrijfsleven. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten wordt bedoeld en niet de notie gewijzigd door recente reglementaire besluiten (koninklijk besluit nr. 4 van 11 oktober 1978, Belgisch Staatsblad van 31 oktober 1978).

Artikel 36 De ondernemingen of subsectoren van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden worden uitgenodigd op hun niveau de faciliteiten en de duurtijd te bepalen die nodig zijn voor het collectief of individueel uitoefenen van de in dit statuut omschreven syndicale opdrachten en activiteiten in de onderneming. Het beperkt comité van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden zal waken over de goede toepassing van deze bepaling.

Artikel 38 De organisaties zijn van oordeel dat het beleggen van dergelijke voorlichtingsvergaderingen voornamelijk kan verantwoord zijn tijdens de onderhandeling of het sluiten hetzij van collectieve arbeidsovereenkomsten, hetzij van collectieve akkoorden op het vlak van de onderneming. Het verzoeningscomité van het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden zal alle betwistingen inzake de toepassing van de huidige overeenkomst onderzoeken, onder meer in de gevallen waarin de vakorganisaties zich benadeeld zouden achten ten opzichte van de beschikkingen van de vorige overeenkomst inzake het statuut van de syndicale afvaardiging.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus 2017.

De Minister van Werk, K. PEETERS

Bijlage 2 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging Bijlage bij artikel 13 Formulier betreffende de aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden (Paritair Comité nr. 200) Aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging(1)

Rubriek 1. In te vullen door de vakorganisatie(s) die een aanvraag doet (doen) tot oprichting van een vakbondsafvaardiging in de onderneming en die aanspraak maakt (maken) op minstens één mandaat.

De hieronder vermelde vakorganisaties vragen de oprichting van een vakbondsafvaardiging, overeenkomstig de bepalingen opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging.

Naam van de vakorganisaties die de aanvraag doen : . . . . .

Vertegenwoordigd door dhr./mevr. . . . . . , handelend in de hoedanigheid van . . . . . . . . . . Adres : . . . . . Telefoon : . . . . . . . . . . Vertegenwoordigd door dhr./mevr. . . . . . , handelend in de hoedanigheid van . . . . . . . . . . Adres : . . . . . Telefoon : . . . . . . . . . . Vertegenwoordigd door dhr./mevr. . . . . . , handelend in de hoedanigheid van . . . . . . . . . . . . . . . Adres : . . . . . Telefoon : . . . . .

Naam van de betrokken onderneming : . . . . . Adres : . . . . . . . . . .

Naleving van de voorwaarden bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging met het oog op de oprichting van een vakbondsafvaardiging : - Het gevraagde aantal gewone vakbondsafgevaardigden bedraagt : ° 2 ° 3 ° 4 ° 5 ° 6 ° 7 ° 8 ° 10 ° andere (te verduidelijken) : .................

Passend vakje aankruisen. - De vakorganisaties erkennen dat de voorafgaande procedure die tussen hen van toepassing is, werd nageleefd. Als bijlage de kopieën van de brieven in dit verband, alsmede het bewijs van de aangetekende verzending (niet nodig indien de aanvraag door de drie vakorganisaties wordt ingediend).

Datum : Handtekening van de vakorganisatie(s) die de aanvraag doet (doen) :


Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus 2017.

De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Deze aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging moet bij aangetekende brief aan de betrokken onderneming worden toegezonden. Bijlage 3 aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016, gesloten in het Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging

Bijlage bij artikel 13 Formulier betreffende de aanvraag tot oprichting van de vakbondsafvaardiging(1) Aanvullend Paritair Comité voor de bedienden (Paritair Comité nr. 200) Betwisting van de aanvraag tot oprichting van de vakbondsafvaardiging

Rubriek 2. In te vullen door de werkgever.

De hieronder vermelde werkgever verklaart dat hij de aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging in zijn onderneming, krachtens de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging, goed heeft ontvangen.

Naam van de onderneming : . . . . . Vertegenwoordigd door dhr./mevr. . . . . . , handelend in de hoedanigheid van . . . . . . . . . . Adres : . . . . . . . . . . Telefoon : . . . . .

Naam van de vakorganisaties die de aanvraag doen en waaraan dit formulier wordt toegezonden : . . . . . Ter attentie van dhr./mevr. . . . . . . . . . . . . . . . Ter attentie van dhr./mevr. . . . . . . . . . . . . . . . Ter attentie van dhr./mevr. . . . . . . . . . .

Voorwerp van de betwisting : Technische bedrijfseenheid waarvoor de aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging is ingediend (artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016).

Aantal werknemers in de onderneming (artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016). Aantal georganiseerde werknemers in de onderneming (artikel 12 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016). Niet-naleving van de voorafgaande procedure tussen de vakorganisaties (artikel 13 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016). Aantal gewone vakbondsafgevaardigden dat wordt gevraagd (artikel 15 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juni 2016). Eventuele andere (te verduidelijken) : . . . . . Passende vakjes aankruisen.

Datum : Handtekening van de werkgever :


Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 augustus 2017.

De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Dit formulier moet enkel worden verstuurd als de werkgever de oprichting van een vakbondsafvaardiging betwist. Deze betwisting van de aanvraag tot oprichting van een vakbondsafvaardiging moet aangetekend en binnen een termijn van 30 dagen na de aanvraag (de poststempel geldt als bewijs) worden verstuurd : - naar de voorzitter van het paritair comité, als de betwisting gaat over het aantal georganiseerde werknemers in de onderneming (FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, voorzitter van Paritair Comité nr. 200, E. Blerostraat 1, 1070 Brussel). Tevens wordt een kopie van deze brief bij aangetekend schrijven naar de betrokken vakorganisaties verstuurd; - naar de betrokken vakorganisaties, in alle andere gevallen. Tevens wordt een kopie van deze brief per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het paritair comité toegestuurd.

^