gepubliceerd op 18 mei 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf, betreffende de uitvoering van het protocolakkoord van 24 juni 1999 - betaling van een carensdag per jaar
30 APRIL 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf, betreffende de uitvoering van het protocolakkoord van 24 juni 1999 - betaling van een carensdag per jaar (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het hotelbedrijf;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 1999, gesloten in het Paritair Comité voor het hotelbedrijf, betreffende de uitvoering van het protocolakkoord van 24 juni 1999 - betaling van een carensdag per jaar.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 30 april 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het hotelbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 augustus 1999 Uitvoering van het protocolakkoord van 24 juni 1999 - betaling van een carensdag per jaar (Overeenkomst geregistreerd op 2 december 1999 onder het nummer 53175/CO/302)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het hotelbedrijf.
Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder "werknemers" de mannelijke en vrouwelijke werknemers.
Art. 2.In afwijking van artikel 52 van titel 2, hoofdstuk II van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten heeft de werknemer recht op de betaling van één carensdag per kalenderjaar op voorwaarde dat hij, ongeacht het aantal arbeidsovereenkomsten, in een periode van de 2 kalenderjaren vóór de arbeidsongeschiktheid tenminste een tewerkstelling van 12 maanden bij dezelfde werkgever heeft getotaliseerd.
Bij dezelfde werkgever bestaat het recht op de betaling van één carensdag slechts één maal per kalenderjaar, ongeacht het aantal arbeidsovereenkomsten waarmee de werknemer met dezelfde werkgever verbonden is gedurende dit kalenderjaar.
Art. 3.Voor de seizoenwerknemers die bij eenzelfde werkgever verbonden zijn met een arbeidsovereenkomst van bepaalde duur, om arbeidsprestaties te leveren tussen 1 mei en 30 september van hetzelfde kalenderjaar, ontstaat het recht op de betaling van één carensdag telkens de werknemer 260 arbeidsdagen (5-dagenstelsel) of 312 arbeidsdagen (6-dagenstelsel) getotaliseerd heeft bij dezelfde werkgever voorafgaand aan de periode van arbeidsongeschiktheid.
Bij dezelfde werkgever bestaat het recht op de betaling van één carensdag slechts één maal per kalenderjaar, ongeacht het aantal arbeidsovereenkomsten waarmee de werknemer met dezelfde werkgever verbonden is gedurende dit kalenderjaar.
Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 1999 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2000.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 april 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX