gepubliceerd op 09 oktober 2019
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 58 jaar mits een loopbaan van 35 jaar voor de mindervalide werknemers of de werknemers met ernstige lichamelijke problemen (1)
29 SEPTEMBER 2019. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 58 jaar mits een loopbaan van 35 jaar voor de mindervalide werknemers of de werknemers met ernstige lichamelijke problemen (parken en tuinen) (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2019, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 58 jaar mits een loopbaan van 35 jaar voor de mindervalide werknemers of de werknemers met ernstige lichamelijke problemen (parken en tuinen).
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 september 2019.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, W. BEKE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2019 Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 58 jaar mits een loopbaan van 35 jaar voor de mindervalide werknemers of de werknemers met ernstige lichamelijke problemen (parken en tuinen) (Overeenkomst geregistreerd op 24 juli 2019 onder het nummer 152822/CO/145) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf en waarvan de hoofdactiviteit bestaat in het aanleggen en onderhouden van parken en tuinen. § 2. Met "werknemers" worden de mannelijke en vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II. - Rechtsgrond
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van : - het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, laatst gewijzigd door het koninklijk besluit van 13 december 2017 (Belgisch Staatsblad van 21 december 2017); - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 (geregistreerd op 31 december 1974 onder het nummer 3107/CO/NAR) en haar aanpassingen, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, behalve om een dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten en rekening houdend met de in voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst voorziene overlegprocedure; - de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 23 april 2019, tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van een bedrijfstoeslag in het kader van de werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige oudere mindervalide werknemers en werknemers met ernstige lichamelijke problemen, indien zij worden ontslagen. HOOFDSTUK III. - Leeftijds- en loopbaanvoorwaarden
Art. 3.§ 1. De werknemers hebben recht op een aanvullende vergoeding op volgende voorwaarden : a) Ontslagen zijn, behoudens omwille van dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten, tussen 1 januari 2019 en 31 december 2020;b) De leeftijdsvoorwaarde van 58 jaar of ouder moet bereikt worden in de periode van 1 januari 2019 tot en met 31 december 2020 en ten laatste op het einde van de arbeidsovereenkomst;c) De werknemer moet een beroepsloopbaan hebben bereikt van minstens 35 jaar op het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst;d) Het bewijs moet geleverd worden van : - voor de mindervalide arbeiders, dat zij behoren tot één van de categorieën opgenomen in artikel 2, § 2, 1° van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.133 tot vaststelling van de voorwaarden voor de toekenning van een bedrijfstoeslag in het kader van de werkloosheid met bedrijfstoeslag voor sommige mindervalide werknemers en werknemers met ernstige lichamelijke problemen, indien zij worden ontslagen; - voor de arbeiders met ernstige lichamelijke problemen, dat zij beschikken over een attest afgegeven door het Federaal Agentschap voor beroepsrisico's, overeenkomstig artikel 7 van hogergenoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133; - voor de arbeiders gelijkgesteld aan werknemers met ernstige lichamelijke problemen, dat zij beschikken over een attest afgegeven door het Federaal Agentschap voor beroepsrisico's, overeenkomstig artikel 8 van hogergenoemde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133. § 2. De loopbaanvoorwaarde kan bereikt worden buiten de geldigheidsperiode van deze collectieve arbeidsovereenkomst op voorwaarde dat de leeftijd van 58 jaar bereikt wordt en het ontslag plaatsvindt tijdens de geldigheidsperiode van deze collectieve arbeidsovereenkomst. De loopbaanvoorwaarde is in dat geval de voorwaarde die geldt op het moment van het effectieve einde van de arbeidsovereenkomst. § 3. De arbeider met ernstige lichamelijke problemen die de in artikel 3, § 1, b) en c) vastgestelde voorwaarden vervult en die zijn aanvraag tot erkenning als werknemer met ernstige lichamelijke problemen vóór 1 juli 2020 bij het Federaal Agentschap voor beroepsrisico's heeft ingediend, behoudt, in afwijking van artikel 3, § 1, a) en d) het recht op de bedrijfstoeslag, wanneer hij pas na 31 december 2020 het bewijs kan leveren te beschikken over een attest afgegeven door het Federaal Agentschap voor beroepsrisico's overeenkomstig artikel 7 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133 en ontslagen wordt, behoudens omwille van dringende reden in de zin van de wetgeving betreffende de arbeidsovereenkomsten. § 4. De arbeider behoudt eveneens het recht op de bedrijfstoeslag, indien hij voldoet aan de in artikel 3, § 1, b) en c) vastgestelde voorwaarden en : - een aanvraag heeft ingediend om op grond van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133 erkend te worden; - kan aantonen dat hij de werkgever hiervan op de hoogte heeft gebracht via ofwel een aangetekend schrijven, ofwel een schrijven waarvan een dubbel door de werkgever werd ondertekend, ofwel medeondertekening door de werkgever van het aanvraagformulier; - tijdens de erkenningsprocedure voorzien in de artikelen 7 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133 ontslagen wordt; - op het einde van de procedure over een attest beschikt dat aantoont dat hij overeenkomstig de artikelen 7 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 133 erkend wordt. HOOFDSTUK IV. - Aanvullende vergoeding
Art. 4.De werknemers bedoeld in artikel 3 hebben na ontslag, om een andere reden dan een dringende reden, recht op een aanvullende vergoeding ten laste van het "Sociaal Fonds voor de inplanting en het onderhoud van parken en tuinen", opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 23 juni 1976 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten. Die aanvullende vergoeding wordt toegekend vanaf het einde van de wettelijke opzeggingstermijn tot aan de pensioengerechtigde leeftijd.
Art. 5.De aanvullende vergoeding is gelijk aan 75 pct. van het verschil tussen het netto refertemaandloon en de werkloosheidsuitkering en wordt berekend en aangepast overeenkomstig de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad.
Art. 6.Het "Sociaal Fonds voor de inplanting en het onderhoud van parken en tuinen" neemt de administratie op zich en betaalt de in artikel 4 bedoelde aanvullende vergoeding, met inbegrip van de bijzondere maandelijkse werkgeversbijdragen.
Art. 7.De artikelen 4 tot en met 6 van deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn slechts van toepassing voor de werknemers die gedurende de twee jaren voorafgaand aan hun werkloosheid met bedrijfstoeslag onafgebroken door een arbeidsovereenkomst verbonden zijn geweest met een werkgever die onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf ressorteert.
Art. 8.Onverminderd artikel 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de aanvullende vergoeding door het "Sociaal Fonds voor de inplanting en het onderhoud van parken en tuinen" berekend op basis van het gemiddelde van de lonen die de werknemer heeft ontvangen gedurende de twaalf maanden voorafgaand aan zijn werkloosheid met bedrijfstoeslag en niet op basis van het loon van de refertemaand.
Art. 9.De raad van beheer van het "Sociaal Fonds voor de inplanting en het onderhoud van parken en tuinen" stelt de praktische modaliteiten vast met betrekking tot de uitvoering van deze overeenkomst.
Art. 10.Voor de werknemers die een vermindering van de arbeidsprestaties genieten tot een halftijdse betrekking of tot een vier vijfde betrekking, en die overstappen in het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, wordt de aanvullende vergoeding berekend op basis van het bruto maandloon dat de werknemer zou verdienen indien hij zijn arbeidsprestaties niet zou verminderd hebben en de werkloosheidsuitkeringen overeenstemmend met het arbeidsregime in voege vóór de aanvang van het tijdskrediet, het thematisch verlof of de landingsbaan.
Art. 11.De sancties die voortvloeien uit het niet-eerbiedigen door de werkgevers van de wettelijke verplichtingen inzake werkloosheid met bedrijfstoeslag, vallen geheel ten laste van de individuele werkgevers. HOOFDSTUK V. - Geldigheid - Duur
Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2019. Zij houdt op van kracht te zijn op 31 december 2020.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 september 2019.
De Minister van Werk, W. BEKE