Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 februari 2004
gepubliceerd op 03 mei 2004

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2004200083
pub.
03/05/2004
prom.
29/02/2004
ELI
eli/besluit/2004/02/29/2004200083/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

29 FEBRUARI 2004. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid, algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 7 november 1994, laatst gewijzigd en verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 26 februari 2002;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het bouwbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 februari 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 7 november 1994, Belgisch Staatsblad van 24 december 1994.

Koninklijk besluit van 26 februari 2002, Belgisch Staatsblad van 25 mei 2002.

Bijlage Paritair Comité voor het bouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 4 mei 2000 Wijziging en verlenging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid (Overeenkomst geregistreerd op 22 juni 2000 onder het nummer 55177/CO/124) HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel een wijziging aan te brengen aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 betreffende de toekenning van aanvullende werkloosheidsuitkeringen aan de werklieden uit de bouwnijverheid, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 november 1994 (Belgisch Staatsblad van 24 december 1994), en achtereenvolgens gewijzigd en verlengd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1995, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 23 mei 1996 (Belgisch Staatsblad van 25 juli 1996 ), de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1997, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 6 oktober 1999 (Belgisch Staatsblad van 16 december 1999) en bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 26 februari 2002 (Belgisch Staatsblad van 25 mei 2002). HOOFDSTUK II. - Wijzigende bepalingen

Art. 2.In artikel 19 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993 worden, na het punt G, de punten H en I ingevoegd, die als volgt luiden : « H. Werkhervatting (geheel of gedeeltelijk) na langdurige arbeidsongeschiktheid) De legitimatiekaart "rechthebbende" kan onder de hierna bepaalde voorwaarden worden toegekend aan de arbeiders die na een langdurige arbeidsongeschiktheid het werk voltijds hervatten in de bouwnijverheid tijdens het dienstjaar of het daarop volgend jaar.

De legitimatiekaart "rechthebbende" kan onder dezelfde voorwaarden eveneens worden toegekend aan de arbeiders die het werk deeltijds hervatten in de bouwnijverheid tijdens het dienstjaar of het daaropvolgende jaar : - hetzij met toestemming van de adviserende geneesheer van de verzekeringsinstelling bij arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte of ongeval van gemeen recht; - hetzij na aanvaarding van de door de wetsverzekeraar voorgestelde wedertewerkstelling bij arbeidsongeschiktheid ingevolge arbeidsongeval.

Het totaal van het aantal dagen arbeidsongeschiktheid tijdens het refertejaar, gevoegd bij het aantal dagen dat conform artikel 17, in aanmerking genomen wordt bij het opmaken van de legitimatiekaart, moet minstens gelijk zijn aan de vereiste minimumprestaties bepaald in artikel 18.

De arbeidsongeschiktheid moet een aanvang hebben genomen terwijl de betrokkene in dienst was van een bouwonderneming.

I. Loopbaanonderbreking De legitimatiekaart "rechthebbende" kan onder de hierna bepaalde voorwaarden worden toegekend aan de arbeiders die tijdens het refertejaar hun beroepsloopbaan geheel of gedeeltelijk onderbroken hebben.

Het totaal van het aantal dagen loopbaanonderbreking tijdens het refertejaar, gevoegd bij het aantal dagen dat conform artikel 17, in aanmerking genomen wordt bij het opmaken van de legitimatiekaart, moet minstens gelijk zijn aan de vereiste minimumprestaties bepaald in artikel 18.

De betrokkene moet zijn loopbaan onderbroken hebbeen in overeenstemming met de algemene reglementering inzake beroepsloopbaanonderbreking (afdeling 5 van hoofdstuk IV van de herstelwet van 22 januari 1985, Belgisch Staatsblad van 24 januari 1985) of met één van de volgende bijzondere reglementeringen : - ouderschapsverlof; - loopbaanonderbreking voor palliatieve verzorging; - loopbaanonderbreking voor medische bijstand.

Indien de betrokkene tijdens de loopbaanonderbreking een activiteit uitoefent in de bouwnijverheid als zelfstandige in bijberoep, kan hij niet genieten van deze gelijkstelling.

De loopbaanonderbreking moet een aanvang genomen hebben terwijl de betrokkene in dienst was van een bouwonderneming.

Het aantal dagen loopbaanonderbreking die voor een arbeider, tijdens zijn volledige loopbaan, in aanmerking kunnen genomen worden voor de toekenning van legitimatiekaarten "rechthebbende" bedraagt maximaal 312. » HOOFDSTUK III.- Geldigheidsduur

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst, die treedt in werking op 1 oktober 1999 en houdt op van kracht te zijn op hetzelfde ogenblik als de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 juli 1993.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 februari 2004.

De Minister van Werk, F. VANDENBROUCKE

^