Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 augustus 2009
gepubliceerd op 22 september 2009

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst (1)

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2009203799
pub.
22/09/2009
prom.
29/08/2009
ELI
eli/besluit/2009/08/29/2009203799/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

29 AUGUSTUS 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst (PC 130) (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, artikel 51, § 1, vervangen bij de wet van 30 december 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst, artikel 2;

Gelet op het advies van het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf, gegeven op 16 juli 2009;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, artikel 3, § 1;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de ondernemingen met als bedrijvigheid het zetten, het drukken en het afwerken, die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, als gevolg van de economische crisis een belangrijke daling in activiteit ondervinden, die voornamelijk wordt veroorzaakt door een drastische terugval in publicitaire bestedingen vanwege ondernemingen uit alle sectoren; dat deze publicitaire bestedingen de eerste uitgavenpost is die wordt verminderd in tijden van crisis, terwijl de activiteit van de grafische sector daarmee in rechtstreeks verband staat;

Overwegende dat de overgrote meerderheid van gedrukte producten een aanvulling vormt bij producten die door andere sectoren worden voortgebracht en dat de daling in de verkoop in deze andere sectoren, met name de automobielsector, de farmaceutische sector en de chemische sector, onvermijdelijk een impact heeft op het orderboekje van de drukkerijsector;

Overwegende met name dat als gevolg van de hiervoor vermelde economische crisis, een substantiële daling is vastgesteld van zowel het volume in bestellingen als van het zakencijfer van de ondernemingen uit de grafische sector;

Overwegende dat tijdens hun besprekingen de sociale partners in het bijzonder rekening hebben gehouden met de crisismaatregelen die werden genomen door de sociale partners op intersectoraal niveau en door de federale regering in het kader van het relanceplan, met de noodzaak voor de ondernemingen om in deze context hun arbeidsorganisatie te kunnen aanpassen, met de andere hierboven vermelde redenen en met het type van producten eigen aan de sector;

Overwegende dat de sociale partners evenzeer rekening hebben gehouden met de noodzaak een systeem te behouden dat aan de werknemers zekerheid biedt op het vlak van inkomsten, werk en organisatie van zowel hun professioneel als persoonlijk leven;

Overwegende dat alle voorgaande redenen met hoogdringendheid een tijdelijke aanpassing rechtvaardigen van de wijze waarop een beroep kan worden gedaan op het stelsel van de schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden, ingesteld door het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst, wordt het eerste lid aangevuld als volgt : "Wanneer de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst de voorziene maximumduur heeft bereikt, moet de werkgever gedurende een volledige arbeidsweek de regeling van volledige arbeid opnieuw invoeren, alvorens een nieuwe volledige schorsing kan ingaan."

Art. 2.In hetzelfde besluit, wordt een artikel 2bis ingevoegd, luidende : "

Art. 2bis.§ 1. In afwijking van artikel 2 en voor de tijdelijke duur als bepaald bij § 2 van dit artikel, mag bij gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de individuele arbeidsovereenkomst geschorst worden op voorwaarde dat de schorsing ingaat op de eerste werkdag van de week en dat zij geldt : 1° hetzij voor een ononderbroken periode van volledige werkloosheid van één of twee weken. Wanneer de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst de voorziene maximumduur heeft bereikt, moet de werkgever gedurende een volledige arbeidsweek de regeling van volledige arbeid opnieuw invoeren, alvorens een nieuwe volledige schorsing kan ingaan.

In afwijking van dit principe van schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst, zijn volgende systemen van gedeeltelijke werkloosheid toegestaan : a) de werkgever opteert voor een systeem van terugroepen waarbij elke werknemer die economisch werkloos werd gesteld kan worden teruggeroepen in de loop van een week werkloosheid.In dit geval zal de werkgever enkel het loon verschuldigd zijn voor de in die week werkelijk gepresteerde dagen en waarborgt hij de wedertewerkstelling tot het einde van de lopende week; b) de werkgever opteert voor een systeem van instellen van gedeeltelijke werkloosheid van maximaal twee opeenvolgende weken, en dit in een cyclus van drie weken, waarbij de derde week verplicht een normale werkweek is.Gedurende deze periode van één of twee weken gedeeltelijke werkloosheid zijn maximaal vijf dagen economische werkloosheid per werknemer toegelaten. Deze werkloosheidsdagen moeten de twee opeenvolgende wekelijkse rustdagen voorafgaan of volgen. In dit geval zal de werkgever enkel het loon verschuldigd zijn voor de in die week gepresteerde dagen; 2° hetzij voor een periode van volledige werkloosheid van ten hoogste vier weken.De werkgever mag de werknemers die economisch werkloos werden gesteld niet terugroepen in de loop van een week van volledige werkloosheid. Wanneer de volledige schorsing van de uitvoering van de overeenkomst de voorziene maximumduur heeft bereikt, moet de werkgever gedurende een volledige arbeidsweek de regeling van volledige arbeid opnieuw invoeren, alvorens een nieuwe volledige schorsing kan ingaan. § 2. Dit artikel is van toepassing vanaf de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit van 29 augustus 2009 tot wijziging van het koninklijk besluit van 29 februari 2004 tot vaststelling, voor de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het drukkerij-, grafische kunst- en dagbladbedrijf ressorteren, van de voorwaarden waaronder het gebrek aan werk wegens economische oorzaken, de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor werklieden schorst en houdt op van kracht te zijn op 1 januari 2011.

Evenwel blijft dit artikel van toepassing op de schorsingen van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en op de dagen van gedeeltelijke werkloosheid bedoeld in § 1, die werden meegedeeld aan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening na de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit bedoeld in het eerste lid van deze paragraaf, maar ten laatste op 31 december 2010, en die uitwerking hebben na deze datum. § 3. Artikel 2 is niet van toepassing gedurende de periode vanaf de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit bedoeld in § 2, eerste lid, van dit artikel tot en met 31 december 2010.

Evenwel blijft artikel 2 van toepassing op de schorsingen van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst en op de dagen van gedeeltelijke werkloosheid die werden meegedeeld aan de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening voor de datum van inwerkingtreding van het koninklijk besluit bedoeld in § 2, eerste lid, van dit artikel, en die uitwerking hebben vanaf deze datum of vanaf een latere datum."

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 augustus 2009.

ALBERT Van Koningswege : Voor de Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke kansen, afwezig : De Vice-Eerste Minister en Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 30 december 2001, Belgisch Staatsblad van 31 december 2001.

^