29 AUGUSTUS 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 25 mei 1999 betreffende de informatieverstrekking aan deposanten en beleggers

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 22 maart 1993 op het statuut en het toezicht op de kredietinstellingen, artikel 110bis 2, § 2, derde lid, ingevoegd bij de wet van 23 december 1994 en gewijzigd bij de wet van 25 februari 2003;

Gelet op de wet van 6 april 1995 inzake het statuut van en het toezicht op de beleggingsondernemingen, artikel 113, § 2, derde lid, vervangen bij de wet van 17 december 1998 en gewijzigd bij de wet van 20 juli 2004;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 mei 1999 betreffende de informatieverstrekking aan deposanten en beleggers;

Gelet op advies 46.955/2/V van de Raad van State, gegeven op 22 juli 2009, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit besluit voorziet in de omzetting van artikel 9, lid 1, van de Richtlijn 94/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 1994 inzake de depositogarantiestelsels, vervangen door artikel 1, punt 5), van de Richtlijn 2009/14/EG van 11 maart 2009, alsook van artikel 10, lid 1, van de Richtlijn 97/9/EG van het Europees Parlement en de Raad van 3 maart 1997 inzake de beleggerscompensatiestelsels.

Art. 2.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 25 mei 1999 betreffende de informatieverstrekking aan deposanten en beleggers wordt vervangen als volgt : «

Artikel 1.De kredietinstellingen naar Belgisch recht en de in artikel 1 van het koninklijk besluit van 29 januari 1999 tot aanwijzing van de beleggingsondernemingen die moeten deelnemen aan een collectieve beschermingsregeling voor financiële instrumenten, beoogde beleggingsondernemingen naar Belgisch recht moeten hun cliënten informatie verstrekken over : 1° de deposito- of beleggersbeschermingsregeling(en) waaraan zij deelnemen;2° het bedrag van de door die regeling(en) geboden dekking;3° de door die regeling(en) gedekte activa. Indien, op grond van artikel 7, lid 2, van de Richtlijn 94/19/EG van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 1994 inzake de depositogarantiestelsels, een deposito niet wordt gedekt, worden de deposanten hierover geïnformeerd.

De in het eerste en tweede lid bedoelde informatie moet schriftelijk en in een bevattelijke vorm worden verstrekt.

Op hun verzoek moet er bovendien aan de cliënten schriftelijk gedetailleerde informatie verstrekt worden over de andere tegemoetkomingsvoorwaarden en de in het vooruitzicht van een terugbetaling of schadeloosstelling te vervullen formaliteiten. »

Art. 3.De Minister die bevoegd is voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 augustus 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS