gepubliceerd op 01 januari 1998
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de risicogroepen in de metaalsector van de provincie Oost-Vlaanderen, behoudens het Land van Waas
28 MEI 1997. Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de risicogroepen in de metaalsector van de provincie Oost-Vlaanderen, behoudens het Land van Waas (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1995, gesloten in het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, betreffende de risicogroepen in de metaalsector van de provincie Oost-Vlaanderen, behoudens het Land van Waas.
Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 mei 1997.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Bijlage Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 februari 1995 Risicogroepen in de metaalsector van de provincie Oost-Vlaanderen, behoudens het Land van Waas (Overeenkomst geregistreerd op 5 april 1995 onder het nummer 37507/CO/111.01&02) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen gevestigd in de provincie Oost-Vlaanderen, behoudens het Land van Waas, welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de metaal-, machine- en elektrische bouw, met uitsluiting van de ondernemingen die metalen bruggen en gebinten monteren.
Er wordt verstaan onder V.Z.W. : vereniging zonder winstoogmerk. HOOFDSTUK II Opleiding van personen behorend tot de risicogroepen
Art. 2.In uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 9 december 1992 zal een bijdrage van 0,15 pct. van de brutolonen voor de risicogroepen op nationaal vlak geïnd worden door het fonds voor bestaanszekerheid. Een gedeelte van de bijdrage ten belope van 0,13 pct. van de aldus door het fonds voor bestaanszekerheid geïnde bijdrage zal doorgestort worden aan de V.Z.W. Tewerkstellings- en Opleidingsfonds voor Arbeiders uit de Metaalverwerkende Nijverheid, TOFAM Oost-Vlaanderen.
Art. 3.In uitvoering van artikel 4, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 februari 1993, betreffende het protocol van nationaal akkoord 1993-1994, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 7 mei 1996 (Belgisch Staatsblad van 11 juni 1996), worden deze middelen door de V.Z.W. Tewerkstellings- en Opleidingsfonds voor Arbeiders uit de Metaalverwerkende Nijverheid, TOFAM Oost-Vlaanderen aangewend voor de opleiding en tewerkstelling van risicogroepen.
Art. 4.In het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst moeten als risicogroepen worden beschouwd : 1. De uitkeringsgerechtigde werkzoekenden die aan één van de volgende voorwaarden voldoen : - die gedurende de laatste 12 maanden zonder onderbreking (volledig of gedeeltelijk) genoten hebben van werkloosheids- of wachtuitkeringen; - die ten hoogste een diploma van het lager secundair onderwijs behaald hebben; - die jonger zijn dan 18 jaar en onderworpen zijn aan de deeltijdse leerplicht en die het secundair onderwijs met volledig leerplan niet meer volgen; - die bij het Rijksfonds voor de sociale reclassering van de mindervaliden zijn ingeschreven; - die minstens 50 jaar oud zijn; - die op de arbeidsmarkt wensen terug te keren, na hun beroepsactiviteit te hebben onderbroken.
Zij hebben tegelijkertijd volgende voorwaarden vervuld : - geen werkloosheids-, wacht- of onderbrekingsuitkeringen genieten gedurende de jongste 3 jaar; - geen beroepsactiviteit hebben uitgeoefend gedurende de jongste 3 jaar; - gedurende de jongste 3 jaar hun beroepsactiviteit hebben onderbroken of nooit begonnen zijn. 2. Werklieden en werksters die voldoen aan één van de volgende voorwaarden : - die ouder dan 18 jaar zijn en een diploma niet hoger dan lager secundair onderwijs hebben; - die vervangers van bruggepensioneerden zijn en bij voorkeur geen houder zijn van een gehomologeerd getuigschrift van het secundair onderwijs; - die minstens 40 jaar zijn en geconfronteerd worden met : de invoering van nieuwe technologieën, of, ingrijpende veranderingen in de produktieorganisatie, of, collectief ontslag, of herstructurering.
Art. 5.De opleiding en tewerkstelling van risicogroepen houdt in het organiseren, stimuleren en ondersteunen van initiatieven voor de opleiding en tewerkstelling van risicogroepen. HOOFDSTUK III. - Inwerkingtreding en duur
Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 1993 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 1995.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 mei 1997.
De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET Voor de raadpleging van de voetnoot, zie beeld