Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 januari 2002
gepubliceerd op 23 mei 2002

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, betreffende het conventioneel brugpensioen

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2002012222
pub.
23/05/2002
prom.
28/01/2002
ELI
eli/besluit/2002/01/28/2002012222/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, betreffende het conventioneel brugpensioen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55, gesloten op 13 juli 1993 in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een regeling van aanvullende vergoeding voor sommige oudere werknemers in geval van halvering van de arbeidsprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie, betreffende het conventioneel brugpensioen.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 januari 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975.

Koninklijk besluit van 17 november 1993, Belgisch Staatsblad van 4 december 1993.

Bijlage Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie Collectieve arbeidsovereenkomst van 18 juni 1999 Conventioneel brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 8 oktober 1999 onder het nummer 52558/CO/308) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de maatschappijen voor hypothecaire leningen, sparen en kapitalisatie.

Onder "werknemers" wordt verstaan : het mannelijk en vrouwelijk werklieden-, bediende- en kaderpersoneel. HOOFDSTUK II. - Conventioneel brugpensioen

Art. 2.§ 1. De toegang tot het conventioneel brugpensioen wordt mogelijk gemaakt voor de personeelsleden die beantwoorden aan de algemene wettelijke voorwaarden betreffende de toekenning van werkloosheidsuitkeringen in geval van conventioneel brugpensioen. § 2. Het conventioneel brugpensioen wordt in alle gevallen van ontslag, behalve bij ontslag om dringende redenen, toegestaan aan de werknemers bedoeld in § 1 die de leeftijd van 58 jaar bereikt hebben op het ogenblik dat hun opzegtermijn een einde neemt of op het ogenblik dat hun arbeidsovereenkomst zonder opzegtermijn maar met verbrekingsvergoeding beëindigd wordt.

De werknemers die ontslagen werden vóór de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst en van wie de opzegtermijn nog loopt op het ogenblik dat deze overeenkomst in werking treedt, kunnen eveneens aanspraak maken op de regeling die bij deze overeenkomst wordt bepaald, op voorwaarde dat zij aan de in het vorige lid vermelde leeftijdsvoorwaarde voldoen. § 3. De algemene toepassingsmodaliteiten van deze conventionele brugpensioenregeling zijn die welke bepaald zijn door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten voor onbepaalde duur op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers, indien zij worden ontslagen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 16 januari 1975. § 4. Het bedrag van de aanvullende vergoeding waarin wordt voorzien door artikel 5 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 wordt evenwel voor zover het brugpensioen ingaat na het bereiken van de leeftijd van 58 jaar op 95 pct. gebracht van het verschil tussen het nettoreferteloon en de normale werkloosheidsuitkering.

De werkgever zal slechts verplicht zijn de aanvullende vergoeding te betalen voorzover de werknemer de opzegtermijn (of de verbrekingsvergoeding) heeft aanvaard die door de werkgever werd betekend en waarvan de duur werd berekend overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 59 of 82 § 2 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, naargelang het een arbeider of een bediende betreft. § 5. De bruggepensioneerde zal in principe verder de sociale voordelen van de personeelsleden genieten. Nochtans, om reden van de grote verscheidenheid die terzake bestaat tussen de verschillende bedrijven zal dit behoud van de sociale voordelen in een bedrijf slechts realiteit worden via een akkoord daaromtrent bereikt via het sociale overleg binnen de onderneming.

Art. 3.§ 1. De toegang tot het halftijds conventioneel brugpensioen wordt mogelijk gemaakt voor de personeelsleden die met hun werkgever een akkoord hebben gesloten om hun arbeidsprestaties te halveren en die beantwoorden aan de algemene voorwaarden bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 55, gesloten op 13 juli 1993 in de Nationale Arbeidsraad, tot instelling van een regeling van aanvullende vergoeding voor sommige werknemers in geval van halvering van de arbeidsprestaties, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 november 1993. § 2. De minimumleeftijd om van deze aanvullende vergoeding in geval van halvering van de arbeidsprestaties te kunnen genieten, ligt twee jaar lager dan de minimumleeftijd voor het conventioneel brugpensioen zoals bepaald in artikel 2, § 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 4.De partijen verbinden zich ertoe tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst geen bijkomende eisen te stellen over de punten die in deze overeenkomst voorkomen.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juni 1999 en treedt buiten werking op 31 mei 2002.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 januari 2002.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^