gepubliceerd op 22 augustus 2014
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende de maatregelen ten gunste van de risicogroepen (1)
28 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende de maatregelen ten gunste van de risicogroepen (met uitzondering van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit het inplanten en onderhoud van parken en tuinen) (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, betreffende de maatregelen ten gunste van de risicogroepen (met uitzondering van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit het inplanten en onderhoud van parken en tuinen).
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 28 april 2014.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 oktober 2013 Maatregelen ten gunste van de risicogroepen (met uitzondering van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit het inplanten en onderhoud van parken en tuinen) (Overeenkomst geregistreerd op 5 december 2013 onder het nummer 118254/CO/145)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werklieden en werksters, met uitzondering van het seizoen- en gelegenheidspersoneel zoals bedoeld in artikel 8bis van het konink- lijk besluit van 28 november 1969, tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, en op hun werkgevers, van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, met uitzondering van de ondernemingen waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit het inplanten en onderhouden van parken en tuinen.
Art. 2.Zij is gesloten in toepassing van hoofdstuk VIII van titel XIII van de wet houdende diverse bepalingen (I) van 27 december 2006 (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006), zoals aangepast door de wet van 1 februari 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/02/2011 pub. 07/02/2011 numac 2011012007 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet houdende verlenging van de crisismaatregelen en uitvoering van het interprofessioneel akkoord sluiten houdende verlenging van de crisismaatregelen en uitvoering van het interprofessioneel akkoord (Belgisch Staatsblad van 7 februari 2011) en de latere verlengingen en van het koninklijk besluit tot uitvoering van 19 februari 2013.
Art. 3.De ondertekenende partijen hebben de bedoeling om door middel van deze collectieve arbeidsovereenkomst vanaf 1 januari 2013 een inspanning te voorzien ten belope van 0,25 pct. berekend op het volledige loon van de werknemers, zoals bedoeld in artikel 23 van de wet van 29 juni 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/06/1981 pub. 31/05/2011 numac 2011000295 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 29/06/1981 pub. 02/09/2014 numac 2014000386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 29/06/1981 pub. 17/11/2015 numac 2015000647 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 2 juli 1981).
De hierboven bedoelde 0,25 pct.-bijdrage wordt geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en doorgestort aan het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf", opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 1991, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 oktober 1991 (Belgisch Staatsblad van 29 oktober 1991).
Van het hierboven vermelde percentage van 0,25 pct., wordt 0,10 pct. geacht betrekking te hebben op de wettelijke voorziene regeling inzake de risicogroepen zoals bedoeld in de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten.
De overige 0,15 pct. wordt door de ondertekenende partijen ook besteed ten behoeve van de risicogroepen maar dient als een contractueel en niet als een wettelijk engagement beschouwd te worden. De opbrengst van de 0,15 pct. wordt ook afzonderlijk door de ondertekenende partijen beheerd in het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf".
Art. 4.De in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst vermelde inspanning van 0,25 pct. wordt besteed ten behoeve van personen die, bij hun aanwerving, behoren tot de risicogroepen onder de werkzoekenden en/of ten behoeve van de personen op wie het begeleidingsplan dat bedoeld wordt in het samenwerkingsakkoord tussen de federale overheid, de gemeenschappen en de gewesten betreffende het begeleidingsplan van toepassing is. 0,05 pct. zijn gereserveerd voor de in de artikelen 1 en 2 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 08/04/2013 numac 2013200746 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (1) type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 11/03/2013 numac 2013200702 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 42/1 van de wet van 24 december 1999 ter bevordering van de werkgelegenheid type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 11/03/2013 numac 2013024072 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 december 2004 tot vaststelling van de door de aardappelproducenten verschuldigde tijdelijke crisisbijdragen voor het vergoeden van verliezen ingevolge maatregelen tegen schadelijke organismen sluiten risicogroepen.
Art. 5.§ 1. Voor de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "risicogroepen" verstaan de personen die behoren tot één van de volgende categorieën : langdurig werklozen, laaggeschoolde werklozen, gehandicapten, deeltijds leerplichtigen, herintreders, bestaansminimumtrekkers, laaggeschoolde werknemers en allochtonen. a) onder "langdurig werkloze" wordt verstaan : de werkzoekende die, gedurende de twaalf maanden die aan zijn indienstneming voorafgaan, zonder onderbreking genoten heeft van werkloosheids- of wachtuitkeringen voor alle dagen van de week.b) onder "laaggeschoolde werkloze" wordt verstaan : de werkloze, ouder dan 18 jaar, die geen houder is van : 1) ofwel een diploma van het universitair onderwijs;2) ofwel een diploma of een getuigschrift van het hoger onderwijs van het lange of korte type;3) ofwel een getuigschrift van het hoger secundair onderwijs.c) onder "gehandicapte" wordt verstaan : de werkzoekende mindervalide die op het ogenblik van zijn indienstneming bij het "Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap" of het "Fonds communautaire pour l'intégration sociale et professionnelle des handicapés" ingeschreven is.d) onder "deeltijds leerplichtige" wordt verstaan : de werkzoekende van minder dan 18 jaar die onderworpen is aan de deeltijdse leerplicht en die het secundair onderwijs met volledig leerplan niet meer volgt.e) onder "herintreder" wordt verstaan : de werkzoekende die tegelijkertijd de volgende voorwaarden vervult : 1) geen werkloosheidsuitkeringen of loopbaanonderbrekingsuitkeringen genoten heeft gedurende de periode van drie jaar die zijn indienstneming voorafgaat;2) geen beroepsactiviteit verricht heeft gedurende de periode van drie jaar die zijn indienstneming voorafgaat;3) voor de periode van drie jaar voorzien in punt 1 en punt 2, zijn beroepsactiviteit onderbroken heeft ofwel nooit een dergelijke activiteit begonnen is.f) onder "bestaansminimumtrekker" wordt verstaan : de werkzoekende die op het ogenblik van zijn indienstneming sinds minstens zes maanden zonder onderbreking het bestaansminimum ontvangt.g) onder "laaggeschoolde werknemer" wordt verstaan : de werknemer, ouder dan 18 jaar, die geen houder is van : 1) ofwel een diploma van het universitair onderwijs;2) ofwel een diploma of een getuigschrift van het hoger onderwijs van het lange of korte type;3) ofwel een getuigschrift van het hoger secundair onderwijs.h) onder "allochtonen" wordt verstaan : de personen van niet-Belgische afkomst. § 2. Ook de personen die het begeleidingsplan dat voor werklozen uitgewerkt is, gevolgd hebben, vallen onder de in deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde doelgroepen.
Ook allochtonen die aangenomen worden met een arbeidsovereenkomst voor een onbepaalde duur worden beschouwd als behorende tot de doelgroepen bedoeld in deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Onder "allochtonen" wordt verstaan : de persoon waarvan, naast de allochtoon zelf, tenminste één van de ouders of tenminste twee van de grootouders een nationaliteit heeft die niet behoort tot één van de landen van de EU-15.
Art. 6.Gelet op artikel 8 van voornoemde collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 1991, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en vaststelling van zijn statuten, genieten de ondernemingen die vanaf 1 januari 2013 een werknemer in dienst nemen die behoort tot de categorieën vermeld in artikel 5 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, van een tewerkstellingspremie.
Deze tegemoetkoming wordt uitbetaald door het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf".
De raad van bestuur van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf" bepaalt de praktische toekenningsvoorwaarden en het bedrag van de tewerkstellingspremie.
Art. 7.De raad van bestuur kan een gedeelte van de voorziene middelen aanwenden voor vorming en opleiding van personen die behoren tot de risicogroepen. De raad van bestuur van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf" bepaalt welke begeleidende maatregelen noodzakelijk zijn en hoe deze hun uitwerking zullen krijgen.
Art. 8.De bedragen en de periodes van tussenkomst vermelde in deze collectieve arbeidsovereenkomst evenals de uitgewerkte praktische toekenningsvoorwaarden, kunnen door de raad van bestuur van het "Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf" aangepast worden in functie van de jaarlijks voorziene budgettaire bestedingsmogelijkheden.
Een aparte regeling wordt uitgewerkt voor de deeltijds leerplichtigen zoals bedoeld in artikel 5, § 1, d) van deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Art. 9.De ondertekenende partijen zullen een evaluatieverslag en een financieel rapport neerleggen op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg.
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2013 en treedt buiten werking op 31 december 2014.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 april 2014.
De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK