Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 september 2006
gepubliceerd op 05 december 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006203028
pub.
05/12/2006
prom.
27/09/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

27 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 september 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2001 Oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid (Overeenkomst geregistreerd op 18 april 2002 onder het nummer 62118/CO/319) HOOFDSTUK I. - Bevoegdheidsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten erkend en/of gesubsidieerd door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Franse Gemeenschapscommissie, evenals op de werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die dezelfde activiteiten uitoefenen en die niet erkend of gesubsidieerd worden.

Art. 2.Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke bedienden, de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Benaming, sociale zetel, doel, duur

Art. 3.Vanaf 1 november 2001 wordt er een fonds voor bestaanszekerheid opgericht, "Fonds social bruxellois pour l'embauche compensatoire", genaamd, afgekort "Fonds social B.E.C.".

Art. 4.De zetel van het sociaal fonds is gevestigd in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Art. 5.Het sociaal fonds heeft tot doel het ontvangen, beheren en toewijzen van de subsidies gestort door de Franse Gemeenschapscommissie, voor het doel waarvoor ze zijn bestemd, om de bijkomende aanwerving mogelijk te maken die voortvloeit uit de arbeidsduurvermindering van de oudere werknemers, evenals van de subsidies bestemd voor de betaling van de vakbondspremies.

Art. 6.Het sociaal fonds wordt opgericht voor een onbepaalde periode vanaf 1 november 2001. HOOFDSTUK III. - Beheer

Art. 7.1. Het sociaal fonds wordt beheerd door een beheerscomité dat is samengesteld uit zes leden. Er zetelen eveneens twee leden van de administratie van de Franse Gemeenschapscommissie, als raadgever. 2. Deze leden worden aangewezen door het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten. Zij worden voor de ene helft voorgedragen door respectievelijk de beroepsorganisaties van de werkgevers en voor de andere helft door de representatieve werknemersorganisaties. 3. De leden van het beheerscomité worden aangewezen voor een periode van vier jaar.4. Het mandaat van lid van het beheerscomité vervalt : - ingeval van ontslag of overlijden van de betrokkene; - wanneer zijn mandaat wordt herroepen door de organisatie die hem heeft voorgedragen; - wanneer zijn mandaat een einde neemt. 5. De mandaten van de leden van het beheerscomité zijn hernieuwbaar.

Art. 8.De beheerders van het sociaal fonds gaan geen enkele persoonlijke verplichting aan in verband met verbintenissen aangegaan door het fonds. Hun verantwoordelijkheid beperkt zich tot de uitvoering van het beheersmandaat dat zij ontvangen hebben.

Art. 9.Het beheerscomité kiest om de twee jaren een voorzitter en een ondervoorzitter onder zijn leden, beurtelings uit de werknemersafvaardiging en uit de werkgeversafvaardiging.

Hij duidt eveneens de perso(o)n(en) aan die met het secretariaat word(t)(en) belast.

Art. 10.1. Het beheerscomité beschikt over de meest uitgebreide bevoegdheden voor het beheer en de administratie van het sociaal fonds, binnen de limieten gesteld door de wet of deze statuten. Het beheerscomité moet een huishoudelijk reglement opstellen. 2. Het beheerscomité wordt, bij alle handelingen, met inbegrip van rechtshandelingen, zowel als eisende of als verwerende partij, geldig vertegenwoordigd door de voorzitter van het beheerscomité of door het lid dat hij aanstelt om die vertegenwoordiging waar te nemen.

Art. 11.Het beheerscomité heeft in het bijzonder als opdracht : a) over te gaan tot de eventuele aanwerving en afdanking van het personeel van het sociaal fonds;b) controle uit te oefenen en alle nodige maatregelen te treffen voor de uitvoering van deze statuten;c) jaarlijks de administratiekosten evenals het aandeel van de jaarlijkse inkomsten die aan deze kosten moeten besteed worden vast te stellen.Deze worden in eerste instantie gedekt door de kapitaalintresten van stortingen van subsidies en, eventueel bijkomend, door een inhouding op de subsidies waarvan het beheerscomité het bedrag vaststelt; d) tijdens de maand juni van elk jaar schriftelijk verslag uit te brengen aan het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten over de vervulling van zijn opdracht.

Art. 12.1. Het beheerscomité vergadert minstens éénmaal per semester ten zetel van het sociaal fonds, hetzij op uitnodiging van de voorzitter ambtshalve handelend, hetzij op vraag van ten minste de helft van de leden van het beheerscomité, evenals op vraag van een vertegenwoordigde organisatie. 2. De uitnodigingen moeten de agenda vermelden.De notulen worden opgemaakt door de secretaris en ondertekend door degene die de vergadering heeft voorgezeten. De uittreksels uit deze notulen worden door de voorzitter en de ondervoorzitter ondertekend.

Art. 13.1. Het beheerscomité kan slechts geldig beslissen indien minstens de helft van zowel de leden van de werknemersafvaardiging als van de leden van de werkgeversafvaardiging aanwezig is. 2. De beslissingen van het beheerscomité worden bij meerderheid van stemmen in elke afvaardiging genomen.

Art. 14.Balans en rekeningen De balans en de rekeningen worden op 31 december afgesloten. HOOFDSTUK IV. - Uitkeringen, rechthebbenden

Art. 15.De toekenningsvoorwaarden van de tegemoetkomingen die zijn toegekend door het sociaal fonds in de aanwervingskosten van de werknemers worden vastgelegd door het beheerscomité van het fonds.

Art. 16.De uitbetaling van de voordelen kan in geen enkel geval afhankelijk gemaakt worden van de betaling der verschuldigde bijdragen door de werkgever.

Art. 17.Controle 1. Overeenkomstig artikel 12 van de wet van 7 januari 1958 duidt het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten minstens een accountant aan ter controle van het beheer van het sociaal fonds.2. Deze moet minstens éénmaal per jaar verslag uitbrengen bij het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten. Bovendien licht hij het beheerscomité van het sociaal fonds regelmatig in over de resultaten van zijn onderzoeken en doet de aanbevelingen die hij nodig acht. HOOFDSTUK V. - Bijzondere bepalingen

Art. 18.Het "Fonds social B.E.C." richt een specifieke afdeling op voor het beheer van de subsidies toegekend voor de betaling van de vakbondspremies; enkel de vertegenwoordigers van de representatieve werknemersorganisaties zetelen hiervoor. HOOFDSTUK VI. - Ontbinding en vereffening

Art. 19.Het sociaal fonds kan enkel ontbonden worden door éénparige beslissing van het paritair comité, die aanvang neemt bij het verstrijken van de tweede maand die volgt op deze waarin deze beslissing werd genomen.

Het paritair comité wijst de vereffenaars aan die zij kiest onder de leden van het beheerscomité en bepaalt hun machten.

Het paritair comité bepaalt de bestemming van het vermogen dat in overeenstemming moet zijn met het doel waartoe het sociaal fonds werd opgericht. HOOFDSTUK VII. - Eindbepalingen

Art. 20.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 november 2001 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzegging van zes maanden gericht bij een ter post aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten. De termijn van zes maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter van het paritair comité wordt toegezonden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 27 september 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^