gepubliceerd op 20 februari 2008
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 april 2003 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie "Rechten van de Patiënt" ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt
27 JANUARI 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 april 2003 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie "Rechten van de Patiënt" ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt, inzonderheid op artikel 16, § 3;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 april 2003 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie "Rechten van de Patiënt" ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 8 december 2004 en 12 januari 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 juli 2006;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 3 oktober 2006;
Gelet op advies 42.936/3 van de Raad van State, gegeven op 15 mei 2007, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 8, § 2, tweede lid, van het koninklijk besluit van 1 april 2003 tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie "Rechten van de Patiënt" ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende de rechten van de patiënt, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 december 2004, wordt aangevuld met volgende bepaling : "Dit betekent onder meer dat de ombudsdienst, vanaf het ogenblik dat de klacht voor bemiddeling wordt neergelegd tot de mededeling van het resultaat van de afhandeling, bemiddelt tussen de patiënt en de betrokken beroepsbeoefenaar, tenzij de ombudsdienst de tussenkomst van andere instanties of personen noodzakelijk acht. Bovendien neemt de ombudsdienst tijdens het proces van bemiddeling geen standpunt in."
Art. 2.In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de indeling in paragrafen wordt geschrapt;2° tussen het eerste en het tweede lid wordt het volgende lid ingevoegd : "De ombudsdienst kan daartoe iedere informatie inzamelen die hij nuttig acht in het kader van de bemiddeling.De ombudsdienst legt deze informatie, zonder daarbij een standpunt in te nemen, voor aan de bij de bemiddeling betrokken partijen."
Art. 3.Onze Minister bevoegd voor Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 januari 2008.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX