gepubliceerd op 02 maart 2007
Koninklijk besluit tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige bepalingen van de wet van 18 december 2006 tot wijziging van de artikelen 80, 259quater, 259quinquies, 259nonies, 259decies, 259undecies, 323bis, 340, 341, 346 en 359 van het Gerechtelijk Wetboek, tot herstel in dit Wetboek van artikel 324 en tot wijziging van de artikelen 43 en 43quater van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken
27 FEBRUARI 2007. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de datum van inwerkingtreding van sommige bepalingen van de wet van 18 december 2006 tot wijziging van de artikelen 80, 259quater, 259quinquies, 259nonies, 259decies, 259undecies, 323bis, 340, 341, 346 en 359 van het Gerechtelijk Wetboek, tot herstel in dit Wetboek van artikel 324 en tot wijziging van de artikelen 43 en 43quater van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 18 december 2006 tot wijziging van de artikelen 80, 259quater, 259quinquies, 259nonies, 259decies, 259undecies, 323bis, 340, 341, 346 en 359 van het Gerechtelijk Wetboek tot herstel in dit Wetboek van artikel 324 en tot wijziging van de artikelen 43 en 43quater van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken inzonderheid op artikel 21;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 februari 2007;
Gelet op de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat voornoemde wet tot doel heeft de bepalingen van het koninklijk besluit van 20 juli 2000 tot vaststelling van de nadere regels voor de evaluatie van magistraten, de evaluatiecriteria en hun weging, op te nemen in het Gerechtelijk Wetboek, daar zij door de Raad van State vernietigd werden bij gebrek aan wettelijke basis;
Overwegende dat de evaluatiegesprekken, bedoeld in deze bepalingen, een essentieel element vormen in de evaluatieprocedure;
Overwegende dat de evaluatieperiode van magistraten verbonden is aan de datum van hun indiensttreding en dat het aangewezen is dat deze bepalingen onmiddellijk in werking treden;
Overwegende dat omwille van de gelijkheid tussen de korpschefs, de schorsing van het adjunct-mandaat in werking moet treden voor het aflopen van de eerste mandaten, die op 1 april 2000 waren aangevat voor zeven jaar;
Overwegende dat de regel van de taalwisseling dient te worden toegepast enerzijds op de mandaten van eerste voorzitter van het Hof van Cassatie en van voorzitter van het Hof van Cassatie en anderzijds op de mandaten van procureur-generaal bij het Hof van Cassatie en van eerste advocaat-generaal bij het Hof van Cassatie, die allen aanvangen in de loop van april 2007;
Gelet op advies 42.342/2 van de Raad van State, gegeven op 21 februari 2007;
Op de voordracht van Onze minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Van de wet van 18 december 2006 tot wijziging van de artikelen 80, 259quater, 259quinquies, 259nonies, 259decies, 259undecies, 323bis, 340, 341, 346 en 359 van het Gerechtelijk Wetboek, tot herstel in dit Wetboek van artikel 324 en tot wijziging van de artikelen 43 en 43quater van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken treden in werking op 1 mei 2007 : - artikel 3, 1°, 4° en 10°; - artikel 8,2°; - artikel 14; - artikel 16; - artikel 18, eerste lid.
Art. 2.Treden in werking op 1 april 2007 : - artikel 15; - artikel 17; - artikel 19.
Art. 3.Treden in werking op de dag van de bekendmaking van onderhavig besluit in het Belgisch Staatsblad : - artikel 1; - artikel 2; - artikel 3, 2°, 3°, 6° à 8° en 11°; - artikel 4, 5°; - artikel 5 waar het de §§ van het Gerechtelijk Wetboek 1 tot 8 invoegt in artikel 259novies ; - artikel 6; - artikel 7, 2°, waar het een § 3 invoegt in artikel 259undecies van het Gerechtelijk Wetboek; - artikel 8, 1°; - artikel 9; - artikel 13; - artikel 18, tweede lid.
Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 5.Onze Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 februari 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX