gepubliceerd op 30 december 2005
Koninklijk besluit tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector
27 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit tot wijziging van verschillende bepalingen betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de wetten van 2 juli 1981, 22 januari 1985, 7 november 1987, 6 juli 1989, 22 juli 1993, 25 maart 1998, 15 december 1998, 15 januari 2002 en 27 december 2004;
Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1980 houdende uitvoering van de artikelen 1, b), en 4, 2°, van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 april 1982, 25 januari 1983, 14 mei 1984, 2 mei 1985, 7 november 1987, 28 april 1989, 2 augustus 1990, 31 oktober 1990, 10 september 1991, 17 oktober 1991, 11 oktober 1996, 22 oktober 1998, 7 december 1998, 7 januari 2001, 4 december 2001, 17 december 2002, 25 maart 2003, 8 december 2004, 20 januari 2005 en 20 juli 2005;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 13 april 1982, 27 juli 1983, 14 mei 1984, 2 mei 1985, 7 november 1987, 28 april 1989, 31 oktober 1990, 17 oktober 1991, 11 oktober 1996, 22 oktober 1998, 7 januari 2001, 4 december 2001, 17 december 2002, 8 december 2004, 27 december 2004, 20 januari 2005 en 20 juli 2005;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 november 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 21 november 2005;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 25 november 2005;
Gelet op het protocol nr. 151/3 van 14 december 2005 van het Gemeenschappelijk Comité voor alle overheidsdiensten;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende het feit dat overeenkomstig dit koninklijk besluit, genomen in uitvoering van het ontwerp van Algemene uitgavenbegroting voor het jaar 2006, ingediend bij de Kamer van volkvertegenwoordigers op 28 oktober 2005, de verschillende besturen de aanvraagformulieren voor het bekomen van een vakbongspremie van het referentiejaar 2005, tussen 1 januari en 31 maart 2006, dienen uit te reiken aan hun personeelsleden. Voorafgaand aan deze uitreiking dient bovendien door de Eerste Minister een omzendbrief verspreid, waartoe onderhavig besluit in de reglementaire basis voorziet. De nieuwe regeling komt daarenboven tegemoet aan een vraag van de vakorganisaties en bevordert derhalve op korte termijn de sociale dialoog in de publieke sector;
Op de voordracht van Onze Eerste Minister, van Onze Minister van Begroting en van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Wijzigingen aan het koninklijk besluit van 26 september 1980 houdende uitvoering van de artikelen 1, b, en 4, 2°, van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector
Artikel 1.Artikel 1, 2°, van het koninklijk besluit van 26 september 1980 houdende uitvoering van de artikelen 1, b, en 4, 2°, van de wet van 1 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, wordt vervangen als volgt : « 2° onder "referentiejaar" : het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft en waarin het personeelslid als bijdragebetalend lid beschouwd wordt, overeenkomstig artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector. ».
Art. 2.In artikel 4, twaalfde lid, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 8 december 2004, worden de woorden « 30 juni » vervangen door de woorden « 31 maart ». HOOFDSTUK 2. - Wijzigingen aan het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector
Art. 3.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 30 september 1980 betreffende de toekenning en de uitbetaling van een vakbondspremie aan sommige personeelsleden van de overheidssector, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de inleidende zin wordt vervangen als volgt : « Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : »; 2° in het 1° tot 8° wordt het woord « onder » telkens geschrapt;3° het 2°, eerste zin, wordt vervangen als volgt : « 2° "referentiejaar" : het kalenderjaar waarop de premie betrekking heeft en waarin het personeelslid als bijdragebetalend lid beschouwd wordt, overeenkomstig artikel 4 van dit besluit;»; 4° het 9° wordt opgeheven.
Art. 4.In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° in tweede lid wordt het woord « ministeries » vervangen door de woorden « federale overheidsdiensten »;2° het derde lid wordt opgeheven.
Art. 5.Artikel 10, § 1, b), van hetzelfde besluit wordt aangevuld als volgt : « - facultatief, de vermelding van het lidnummer bij de representatieve vakorganisatie. ».
Art. 6.Artikel 12, § 1, eerste lid, van hetzelfde besluit, wordt vervangen als volgt : «
Art. 12.§ 1. Aan alle personeelsleden die tijdens het referentiejaar voldeden aan de bepalingen van artikel 3, 2° van dit besluit, bezorgt de bevoegde afgiftedienst een behoorlijk ingevuld aanvraagformulier. Het aanvraagformulier tot het bekomen van een vakbondspremie wordt onverwijld na 1 januari en uiterlijk op 31 maart volgend op het referentiejaar uitgereikt. De Minister kan in bijzondere gevallen afwijken van de uiterste uitreikingsdatum. ».
Art. 7.In artikel 13, § 2, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2005, worden de woorden « van het uitreikingsjaar ingediend zijn » vervangen door de woorden « volgend op de uitreiking overgemaakt zijn ».
Art. 8.Artikel 16 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 oktober 1998 en 20 januari 2005, wordt vervangen als volgt : «
Art. 16.- § 1. De Minister bepaalt het bedrag en de nadere regelen van de vereffening van volgende sommen, die aan elk van de uitbetalingsinstellingen moeten worden overgedragen om tot de uitbetaling van de vakbondspremie te kunnen overgaan en om de administratieve werkingskosten, bedoeld in artikel 5, § 2, van de wet, te dekken : 1° 50 % van het bedrag van de in artikel 19 bedoelde afrekening, ingediend in het jaar voorafgaand aan de uitbetaling;2° 30 % van het bedrag van de in artikel 19 bedoelde afrekening, ingediend in het jaar voorafgaand aan de uitbetaling;3° 20 % van het bedrag van de in artikel 19 bedoelde afrekening, ingediend in het jaar voorafgaand aan de uitbetaling. Deze sommen worden overgemaakt aan de uitbetalingsinstellingen van de vakorganisaties, respectievelijk vóór 28 februari, 31 mei en 30 september van het uitbetalingsjaar. § 2. Indien op het ogenblik van de indiening in het jaar voorafgaand aan het uitbetalingsjaar van de in artikel 19 voorziene afrekening, een aanpassing van de bedragen bedoeld in artikel 29 of 30 met ingang vanaf het uitbetalingsjaar is voorzien, zullen de sommen bedoeld in § 1, verhoudingsgewijs worden aangepast. § 3. In voorkomend geval geschiedt de overdracht van het bedrag van de afrekening bedoeld in artikel 19, verminderd met de sommen bedoeld in § 1, vóór 31 januari van het jaar dat volgt op het uitbetalingsjaar. ».
Art. 9.In artikel 17 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 31 oktober 1990 en 20 juli 2005, wordt het woord « voorschotten » telkens vervangen door het woord « sommen ».
Art. 10.In artikel 18, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 27 december 2004 en 20 januari 2005, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid vervalt het woord « tweede »;2° in het tweede lid vervallen de woorden « van het betalingsjaar dat samenvalt met een uitreikingsjaar en vóór 31 maart van het daaropvolgende jaar, ».
Art. 11.Artikel 19, § 1, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 januari 2005, wordt vervangen als volgt : «
Art. 19.§ 1. Uiterlijk op 20 september volgend op de uitreiking bezorgen de uitbetalingsinstellingen een omstandige afrekening. Deze afrekening omvat het totaal bedrag van de vakbondspremies die verschuldigd zijn voor het voorafgaand referentiejaar en van de daarmee verbonden administratieve werkingskosten bedoeld in artikel 5, § 2, van de wet. ». HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 12.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 13.Onze Eerste Minister, Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Ambtenarenzaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 27 december 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, G. VERHOFSTADT De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Ambtenarenzaken, C. DUPONT