gepubliceerd op 12 juni 2007
Koninklijk besluit tot regeling van de terbeschikkingstelling van een gebouw, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, aan de VZW Les Briques du GAMP door het sluiten van een erfpacht
27 APRIL 2007. - Koninklijk besluit tot regeling van de terbeschikkingstelling van een gebouw, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, aan de VZW Les Briques du GAMP door het sluiten van een erfpacht
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen, zoals gewijzigd bij de wetten van 28 december 1973, 22 december 1989, 20 juli 1990, 15 januari 1999 en het koninklijk besluit van 18 november 1996, inzonderheid artikel 2;
Gelet op artikel 335, § 3, van de programmawet van 22 december 1989 betreffende de afwijkingen inzake vervreemding van onroerende domeingoederen;
Op de voordracht van Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Het goed, gelegen Middaglijnstraat 22, in Sint-Joost-ten-Node, kadastral bekend sectie A, nummers 504 A 10, 504 N 9 en 504 P 9, eigendom van de Staat en beheerd door de Regie der Gebouwen, hierna de verpachter genoemd, wordt bestemd voor de VZW Les Briques du GAMP voor permanent gebruik, waardoor wordt voorzien in de behoeften van de VZW, hierna de erfpachter genoemd.
Art. 2.Het goed zal, met de tussenkomst van het Comité tot Aankoop, in erfpacht gegeven worden voor de duur van 27jaar tegen een symbolische retributie van 1 euro (één euro).
Art. 3.De erfpachter dient al de onderhouds- en herstellingskosten te dragen, alsmede die van verpachter, zonder enige uitzondering, evenals al de belastingen, taksen en diverse retributies.
Art. 4.Gedurende die bestemming zal de Regie geen enkele investering doen in dat goed.
Art. 5.Behoudens schriftelijke instemming van de verpachter mag de erfpachter zijn erfpacht niet afstaan, noch de in artikel 1 beschreven bestemming ervan wijzigen.
Art. 6.De erfpachter dient de burgerlijke aansprakelijkheid en de aansprakelijkheid voor brand welke hij door het feit van zijn erfpacht draagt, te dekken of te laten dekken door een verzekering en moet die dekking aan de verpachter bewijzen.
Art. 7.Het goed zal hersteld worden in de staat waarin het zich momenteel bevindt zonder verhaal op de verpachter. Bij het verstrijken van het erfpachtcontract zullen al de verbeteringen die door de erfpachter aan de gehuurde goederen aangebracht zijn alsook al de constructies die door deze laatste opgericht zijn, van rechtswege toekomen aan de verpachter.
Art. 8.De modaliteiten van deze erfpacht, zoals bepaald in dit besluit, zullen worden vastgelegd in een overeenkomst die tussen de partijen moet worden gesloten. Vervolgens moet die overeenkomst worden ingeschreven op het Kantoor van Bewaring der Hypotheken, door bemiddeling van het bevoegde Comité tot Aankoop.
Art. 9.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 10.Onze Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 april 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS