Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 september 2006
gepubliceerd op 20 november 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de minimumlonen van het niet-rijdend personeel in de ondernemingen van het goederenvervoer en van de goederenbehandeling voor rekening van derden en de koppeling van deze lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006203024
pub.
20/11/2006
prom.
26/09/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 SEPTEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de minimumlonen van het niet-rijdend personeel in de ondernemingen van het goederenvervoer en van de goederenbehandeling voor rekening van derden en de koppeling van deze lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, betreffende de minimumlonen van het niet-rijdend personeel in de ondernemingen van het goederenvervoer en van de goederenbehandeling voor rekening van derden en de koppeling van deze lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 september 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006 Minimumlonen van het niet-rijdend personeel in de ondernemingen van het goederenvervoer en van de goederenbehandeling voor rekening van derden en koppeling van deze lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen (Overeenkomst geregistreerd op 13 april 2006 onder het nummer 79436/CO/140) Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten in uitvoering van artikel 1 en artikel 2 van het protocolakkoord voor het vervoer, subsectoren 140.04/140.09 - sectorakkoord 2005-2006 voor het niet-rijdend personeel van 8 november 2005. HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers ressorterend onder het Paritair Comité voor het vervoer en behorend tot de subsectoren voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden en voor de goederenbehandeling voor rekening van derden, alsook op hun werklieden. § 2. Onder "subsector voor het goederenvervoer ten lande voor rekening van derden", wordt bedoeld de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en die zich inlaten met : 1° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor waarvoor een vervoervergunning vereist is, afgeleverd door de bevoegde overheid;2° het goederenvervoer voor rekening van derden door middel van een voertuig met of zonder motor waarvoor geen vervoervergunning vereist is;3° het verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen waarvoor een vervoervergunning vereist is die door de bevoegde overheid afgeleverd werd;4° het verhuur met chauffeur van voertuigen met of zonder motor bestemd voor het goederenvervoer ten lande, voertuigen waarvoor geen vervoervergunning vereist is;5° voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst worden de taxibestelwagens, met name de voertuigen waarvan het laadvermogen gelijk is aan of kleiner dan 500 kilogram en uitgerust met een taximeter, beschouwd als voertuigen waarvoor geen vervoervergunning vereist is. § 3. Onder "subsector voor de goederenbehandeling voor rekening van derden" wordt bedoeld de werkgevers ressorterend onder het Paritair Comité voor het vervoer en die, buiten de havenzones, zich inlaten met : 1° alle behandeling van goederen voor rekening van derden ter voorbereiding van het vervoer en/of ter afwerking van het vervoer, ongeacht het gebruikte vervoermiddel;2° en/of alle logistieke diensten ter voorbereiding van het vervoer van goederen voor rekening van derden en/of ter afwerking van dit vervoer, ongeacht het gebruikte vervoermiddel. § 4. Onder "werklieden" wordt bedoeld : alle werklieden en werksters behorend tot de categorie van het niet-rijdend personeel. HOOFDSTUK II. - Functieclassificatie

Art. 2.§ 1. Wat betreft het niet rijdend personeel van de subsectoren 140.04/140.09 zoals omschreven in artikel 1, § 2, 1°, 2°, 3°, 4° en 5° en § 3, 1° en 2° worden de lonen vastgelegd volgens de functieclassificatie bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 januari 2006.

De werklieden worden ingedeeld in 8 klassen en 15 categorieën.

De klassen en categorieën zijn samenvattend de volgende : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK III. - Lonen

Art. 3.De minimumuurlonen voor het niet- rijdend personeel van de subsectoren 140.04 en 140.09 worden op 31 december 2005 vastgesteld op : § 1. In het 38 uren weekstelsel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. In het 39- uren weekstelsel met 6 betaalde arbeidsduurverminderingsdagen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Art. 4.§ 1. De bruto minimumlonen vermeld in hoofdstuk III, artikel 3, § 1 en § 2 worden op 1 januari 2006 verhoogd met 2 pct. § 2. Indien de reële lonen hoger liggen dan de minimum brutolonen vermeld in hoofdstuk III, artikel 3, § 1 en § 2 hebben de werknemers recht op een verhoging van 2 pct. op het minimum baremaloon. HOOFDSTUK IV. - Lonen vanaf 1 januari 2006

Art. 5.De minimumuurlonen voor het niet rijdend personeel van de subsectoren 140.04 en 140.09 zijn vanaf 1 januari 2006 vastgesteld op : § 1. In het 38 uren weekstelsel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. In het 39 uren weekstelsel met 6 betaalde compensatiedagen : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld HOOFDSTUK V. - Berekeningswijze

Art. 6.De omrekening van de minimumuurlonen van het 38 u- weekstelsel naar het 39 uren weekstelsel gebeurt op volgende wijze : het minimumuurloon 38 u x 38 u/39 HOOFDSTUK VI. - Koppeling aan het indexcijfer Art. 7 De minimumuurlonen van de in artikel 1 bedoelde werknemers en werkneemsters, vastgesteld door het Paritair Comité voor het vervoer en die overeenstemmen met een referte-indexcijfer, worden gekoppeld aan het 4-maandelijkse gemiddelde van het gezondheidsindexcijfer van de consumptieprijzen, onverminderd de toepassing van het koninklijk besluit nr. 180 van 30 december 1982 houdende bepaalde maatregelen inzake loonmatiging.

Art. 8 Deze minimumuurlonen worden met 2 pct. verhoogd wanneer het maandindexcijfer het referte indexcijfer, verhoogd met 2 pct., heeft bereikt of overschreden.

Zij worden met 2 pct. verlaagd wanneer het maandindexcijfer het referte-indexcijfer, verminderd met 2 pct. eronder ligt.

Art. 9.De berekeningen voor het referte-indexcijfer worden uitgewerkt tot op de derde decimaal, met dien verstande dat de derde decimaal wordt weggelaten indien zij kleiner is dan 5 en wordt afgerond naar het hogere honderdste indien zij gelijk is aan of hoger dan 5.

De berekening voor de lonen wordt uitgewerkt tot op de vierde decimaal met dien verstande dat de vierde decimaal wordt weggelaten indien zij gelijk is aan of kleiner dan 2, wordt afgerond naar 5 indien zij gelijk is aan 3 en kleiner dan 8 en wordt afgerond naar het hogere duizendtal indien zij gelijk is aan of hoger dan 8.

Art. 10.De ingevolge de schommelingen van het indexcijfer aangepaste lonen worden telkens beschouwd als nieuwe minimumuurlonen. De volgende loonaanpassing ingevolgde de schommelingen van het indexcijfer wordt op deze nieuwe minimumuurlonen berekend.

Art. 11.De aanpassing van de lonen gaat in vanaf de eerste dag van de maand volgend op de datum waarop het jongste indexcijfer van de consumptieprijzen dat de loonwijziging teweegbrengt, in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 12.Wanneer de minimumuurlonen een aanpassing ondergaan ingevolge de schommelingen van het indexcijfer, worden de werkelijk betaalde lonen met hetzelfde bedrag verhoogd of verlaagd.

Art. 13.De minimumuurlonen van toepassing op 1 januari 2006 zijn gekoppeld aan het referte-indexcijfer 116,59 (basisindex 1996).

De volgende referte-indexcijfers berekend overeenkomstig artikel 13 zijn : 118,92, 121,30, 123,73. HOOFDSTUK VII. - Juridisch kader

Art. 14.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 27 juni 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer betreffende de vaststelling van de lonen van sommige categorieën van arbeiders in de subsectoren voor goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden en de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 maart 2002, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer, tot vaststelling van minimumlonen van het rijdend en het niet-rijdend personeel tewerkgesteld in de ondernemingen voor goederenbehandeling voor rekening van derden en voor het goederenvervoer te land voor rekening van derden en de koppeling van deze lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen voor wat betreft het niet-rijdend personeel. HOOFDSTUK VIII. - Geldigheidsduur

Art. 15.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 31 december 2005 en is gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 september 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^