Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 oktober 2004
gepubliceerd op 08 december 2004

Koninklijk besluit tot wijziging, wat de financiering van eindeloopbaanmaatregelen betreft, van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2004022915
pub.
08/12/2004
prom.
26/10/2004
ELI
eli/besluit/2004/10/26/2004022915/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 OKTOBER 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging, wat de financiering van eindeloopbaanmaatregelen betreft, van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, inzonderheid op artikel 97, vervangen bij de wet van 14 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 oktober 2002, 11 november 2002, 29 januari 2003, 4 juni 2003, 8 juli 2003, 11 juli 2003, 16 maart 2004 en 7 juni 2004;

Gelet op het protocol nr. 120/2 van 28 november 2000 van het Gemeenschappelijk Comité voor het geheel van de openbare diensten;

Gelet op het advies van de Nationale Raad voor ziekenhuisvoorzieningen, Afdeling financiering, van 10 oktober 2002;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 22 januari 2004;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting gegeven op 24 juni 2004;

Gelet op het advies 37.545/1 van de Raad van State, gegeven op 3 augustus 2004 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 74 van het koninklijk besluit van 25 april 2002 betreffende de vaststelling en de vereffening van het budget van financiële middelen van de ziekenhuizen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 22 oktober 2002, 11 november 2002 en 29 januari 2003, 4 juni 2003, 8 juli 2003, 11 juli 2003, 16 maart 2004 en 7 juni 2004, wordt vervangen als volgt : « § 1. Private en openbare ziekenhuizen waarvan het protocolakkoord hetzelfde regime voorziet als de private sector. 1° Definities Voor de toepassing van de huidige paragraaf dient verstaan te worden onder : « het sociaal akkoord » : het sociaal akkoord van 1 maart 2000 afgesloten tussen de federale regering en de representatieve organisaties van de private non-profit sector en het protocol nr. 120/2 van 28 november 2000 van het Gemeenschappelijk Comité voor het geheel van de openbare diensten. « de sociale akkoorden » : de collectieve arbeids-overeenkomst, afgesloten in het bevoegde paritaire comité of de protocolakkoorden afgesloten in de bevoegde onderhandelingscomités, voorzien door de wet van 19 december 1974, tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. « eindeloopbaanmaatregelen » : de maatregelen genomen in de sociale akkoorden, zijnde de toekenning van een voordeel vanaf 45 jaar, 50 jaar en 55 jaar, toegekend onder vorm van een vrijstelling van arbeidsprestaties van respectievelijk 2 uur vanaf 45 jaar, 4 uur vanaf 50 jaar en 6 uur vanaf 55 jaar of onder vorm van een bijkomend voordeel equivalent aan de financiering van de toepasbare vrijstelling van arbeidsprestaties voor de personen die opteren voor het voortzetten van hun arbeidstijd. « personeelsleden » : het verplegend en verzorgend personeel in de zin van artikel 8, 7°, van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, dat effectief verplegende en verzorgende taken uitoefent, evenals het verplegend en verzorgend personeel dat hen omkadert en het gelijkgesteld personeel, dat de werkgever heeft ingelicht over zijn keuze. Onder gelijkgesteld personeel dient te worden verstaan, de werknemers die elke maand, en dit gedurende de referentieperiode van 12 maanden voorafgaand aan de maand tijdens dewelke de aanvraag is ingediend, ten minste 2 van de 5 onregelmatige prestaties (zondag, zaterdag, feestdag, nachtdienst of onderbroken diensten) op een afzonderlijke manier verrichten, waarvoor de werknemer een bijkomend geldelijk voordeel ontvangt, waarbij de voornaamste vakantiemaand en de maanden tijdens dewelke de werknemer afwezig is wegens arbeidsongeschiktheid voor een ononderbroken periode van meer dan 7 kalenderdagen geneutraliseerd worden; wanneer met toepassing van voormelde neutralisatieregel meer dan zes maanden worden geneutraliseerd in de referentieperiode van 12 maanden, wordt de referentieperiode verlengd met het nodig aantal maanden om te kunnen nagaan of de voorwaarde van het verrichten van 2 van de 5 onregelmatige prestaties over een periode van ten minste 6 maanden is vervuld.

Worden beschouwd : - als onregelmatige prestaties, de prestaties die als dusdanig worden bezoldigd; - als nachtprestaties en als onderbroken prestaties, de prestaties die in de instelling als dusdanig zijn omschreven; - ofwel als nachtprestaties die tijdens de nachten van zaterdag of zondag worden verricht, ofwel als zaterdag- of zondagprestaties, de prestaties die ofwel als nachtprestaties ofwel als zaterdag- of zondagprestaties worden genoemd, naar gelang van de keuze van de werknemer.

Deze drie personeelscategorieën dienen te werken in het ziekenhuis, de gemeenschappelijke diensten, de ondersteunende diensten, de zorgeenheden, de medisch-technische diensten, de consultaties en de apotheek. Het personeel dat tewerkgesteld is in de diensten die beschouwd worden als niet-ziekenhuisactiviteiten, vallen buiten beschouwing. « arbeidsduur » : de wekelijkse arbeidsduur zoals overeengekomen in het arbeidscontract of zoals het van toepassing is op het personeelslid van een openbaar ziekenhuis. 2° Financieringsregels Teneinde de eindeloopbaanmaatregelen te financieren, wordt aan de ziekenhuizen een forfaitair bedrag (F) toegekend, vastgesteld volgens de hierna vastgestelde regelen en voor zover de principes van het sociaal akkoord ten laatste op 31 december 2001 omgezet werden in een collectieve arbeidsovereenkomst, afgesloten in het bevoegde paritaire comité of in een protocolakkoord afgesloten in de bevoegde onderhandelingscomités, voorzien in de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. Het forfaitair bedrag zal toegekend worden binnen de beperking van de voorwaarden van de collectieve arbeidsovereenkomst of het protocolakkoord hierboven beschreven, wat het tijdschema voor de uitwerking van de maatregel, de voorwaarden voor de keuze tussen de vrijstellingen van prestaties en de premie betreft, evenals de perioden van eventuele schorsingen van het voordeel van de maatregel.

Ingeval van gecombineerde opties vanaf de leeftijd van 50 jaar, wordt het forfaitair bedrag toegekend op basis van een verdeling in volledige schijven van 2 uur equivalent voltijdse betrekking.

Het forfaitair bedrag wordt als volgt berekend : F = F1 + F2 Waar : F1 = het verschuldigd bedrag voor het personeelslid dat voor de wekelijkse vrijstelling van arbeidsprestaties opteert en wordt als volgt berekend : F1 = A x H/38 x X/12 x T/S Waar : A = EUR 37.733,44 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verplegend personeel A = EUR 30.459,57 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verzorgend personeel A = EUR 30.430,64 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het gelijkgesteld personeel H : aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties waarop een voltijdse werknemer recht heeft S : wekelijks arbeidsregime toegepast in het ziekenhuis X : het aantal maanden in de periode vermeld onder c), 1., 2., 3., in de vereiste leeftijd, gedurende dewelke de maatregel van de eindeloopbaan vastgesteld onder 1°, van toepassing is op het personeel T : aantal te presteren uren per week zoals blijkt uit het arbeidscontract of de individuele benoemingsakte, verricht in voorkomend geval in de functie die het voordeel van de in deze paragraaf bedoelde maatregel verantwoordt En waar : F2 = het verschuldigd bedrag voor het personeelslid dat opteert voor de premie, wordt als volgt berekend : F1 = A x H/38 x X/12 x T/S Waar : A = EUR 51.564,80 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verplegend personeel A = EUR 38.404,90 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verzorgend personeel A = EUR 34.701,38 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het gelijkgesteld personeel H = equivalent aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties in het kader van de toekenning van een premie voor een voltijdse werknemer En S, T en X hebben dezelfde betekenis als in de formule F1. b) Inlichtingen te verstrekken door de ziekenhuisinstelling 1.de naam en voornaam van het personeelslid, 2. zijn geboortedatum, 3.zijn functie, 4. de gekozen optie tussen de vrijstelling van arbeidsprestaties en de premie, 5.de kostenplaats, zoals bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 14 augustus 1987 tot bepaling van de minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel van de ziekenhuizen waar de lasten in rekening gebracht worden, 6. het aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties dat hij kan verkrijgen ten opzichte van zijn leeftijd, 7.het wekelijks uurregime van kracht in het ziekenhuis, 8. aantal maanden in de vereiste leeftijd tussen de eerste van de maand waarin de verjaardag valt en het einde van de periode waarvan vermelding onder c), 1., 2., en 3., 9. het aantal door het personeelslid te presteren uren zoals blijkt uit het arbeidscontract of de individuele benoemingsakte, verminderd in voorkomend geval naar verhouding van de prestaties verricht in de functie die het voordeel van de in deze paragraaf bedoelde maatregel verantwoordt.10. de datum van zijn aanwerving, 11.de eventuele vertrekdatum, 12. in geval van gelijkgesteld personeel, de verantwoording voor onregelmatige prestaties, 13.het aantal maanden schorsing of onderbreking van de maatregel bij toepassing van een bepaling van de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst of van het toepasselijk protocolakkoord.

Deze inlichtingen dienen medegedeeld te worden naargelang de instructies die aan de ziekenhuizen zullen verstuurd worden. c) Toekenningsmodaliteiten Periode van 1 augustus 2001 tot 30 november 2002 Voor de periode van 1 augustus 2001 tot 30 november 2002 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 31 juli 2001. Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 30 november 2002, en medegedeeld tegen ten laatste 28 februari 2003.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden.

Periode van 1 december 2002 tot 30 november 2003 Voor de periode van 1 december 2002 tot 30 november 2003 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 31 oktober 2002.

Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 30 november 2003, en medegedeeld tegen ten laatste 28 februari 2004.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden. 3. Periode van 1 december 2003 tot 31 december 2004 Voor de periode van 1 december 2003 tot 31 december 2004 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 31 oktober 2003. Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 31 december 2004, en medegedeeld tegen ten laatste 31 maart 2005.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden. 4. Vanaf 2005 Het voorlopig berekend bedrag bij toepassing van punt 3. vermenigvuldigd met 12/13 vormt de provisie die van toepassing blijft vanaf 1 januari 2005.

Het definitieve bedrag voor de periode van 1 januari 2005 tot 31 december 2005 zal vastgesteld worden op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 1 mei 2006 en zal het voorlopige budget dat gestort werd voor de beschouwde periode vervangen.

Telkens een definitief bedrag zal berekend zijn, zal dit bedrag de provisie vormen geldig voor het boekjaar dat volgt op de vaststelling van dit definitief bedrag.

Voor elk van de volgende burgerjaren, zal het definitief bedrag vastgesteld worden op basis van de inlichtingen die tegen 1 mei van het jaar dat volgt op het beschouwde boekjaar medegedeeld worden en zal het voorlopige budget dat gestort werd voor de beschouwde periode vervangen.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden. d) Bijkomende bepalingen Voor de personeelsleden die geopteerd hebben voor de wekelijkse vrijstelling van arbeidsprestaties, dient de beheerder het bewijs te leveren dat de vrijgemaakte arbeidstijd en de toegekende financiering gecompenseerd werden door nieuwe aanwervingen of door een verhoging van de wekelijkse arbeidsduur door andere personeelsleden.Zullen niet in aanmerking komen, de werknemers die aangeworven zijn onder het regime van de Sociale Maribel, van een startbaanovereenkomst of het interdepartementeel begrotingsfonds worden niet in aanmerking genomen.

De gerecupereerde arbeidstijd en de toegekende financiering per sector dienen gecompenseerd te worden in dezelfde sector, hetzij : - de diensten waar het personeel gedekt wordt door het onderdeel B2 van het budget van financiële middelen, - de gemeenschappelijke diensten waarvan sprake in artikel 12, § 1, van huidig besluit, - en de medisch-technische diensten, de consultaties en de apotheek.

De toegekende financiering wordt, in voorkomend geval, begrensd tot het gebruikt bedrag rekening houdend met de hierboven vastgelegde verdeling per sectoren, op basis van de berekening F1 in punt a), toegepast op de vervangingsfunctie.

Daarom dient de beheerder, tezelfdertijd als de inlichtingen die dienen voor de definitieve berekening, een lijst met volgende inlichtingen over te maken :- - Naam en voornaam van het aangeworven personeelslid of van het personeelslid dat het voorwerp uitmaakt van een vermeerdering van zijn arbeidstijd, - kostenplaats voor verrekening, - bijkomende VTE, - aanvangsdatum van het contract, - einddatum van het contract.

Een kopie van het arbeidscontract of van de individuele benoemingsakte dient bij deze lijst gevoegd te worden. e) Sancties Indien de beheerder niet binnen de vereiste termijn de inlichtingen betreffende de uitwerking van de definitieve budgetten mededeelt, zullen de voorlopige bedragen zoals bedoeld onder de punten c), 1., 2., en 3., teruggevorderd worden. § 2. Andere openbare ziekenhuizen dan deze uit § 1. 1° Definities Voor de toepassing van huidige paragraaf dient verstaan te worden onder : « protocol nr.120/2 » : het protocol nr. 120/2 van 28 november 2000 afgesloten tussen het Gemeenschappelijk Comité voor het geheel van de openbare diensten. « de sociale akkoorden » : de protocolakkoorden afgesloten in de bevoegde onderhandelingscomités, voorzien in de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel. « eindeloopbaanmaatregelen » : de maatregelen genomen in de sociale akkoorden, zijnde de toekenning van een voordeel vanaf 45 jaar, 50 jaar en 55 jaar, toegekend onder vorm van een vrijstelling van prestaties van respectievelijk 2 uur vanaf 45 jaar, 4 uur vanaf 50 jaar en 6 uur vanaf 55 jaar of onder vorm van een bijkomend voordeel equivalent aan de financiering van de toepasbare vrijstelling van arbeidsprestaties voor de personen die opteren voor het voortzetten van hun arbeidstijd. « personeelsleden » : het verplegend en verzorgend personeel in de zin van artikel 8, 7°, van de wet op de ziekenhuizen, gecoördineerd op 7 augustus 1987, dat effectief verplegende en verzorgende taken uitoefent, evenals het verplegend en verzorgend personeel dat hen omkadert en het gelijkgesteld personeel, dat de werkgever heeft ingelicht over zijn keuze. Onder gelijkgesteld personeel dient te worden verstaan, de werknemers die elke maand, en dit gedurende de referentieperiode van 12 maanden voorafgaand aan de maand tijdens dewelke de aanvraag is ingediend, ten minste 2 van de 5 onregelmatige prestaties (zondag, zaterdag, feestdag, nachtdienst of onderbroken diensten) op een afzonderlijke manier verrichten, waarvoor de werknemer een bijkomend geldelijk voordeel ontvangt, waarbij de voornaamste vakantiemaand en de maanden tijdens dewelke de werknemer afwezig is wegens arbeidsongeschiktheid voor een ononderbroken periode van meer dan 7 kalenderdagen geneutraliseerd worden; wanneer bij toepassing van voormelde neutralisatieregel meer dan zes maanden worden geneutraliseerd in de referentieperiode van 12 maanden, wordt de referentieperiode verlengd met het nodig aantal maanden om te kunnen nagaan of de voorwaarde van het verrichten van 2 van de 5 onregelmatige prestaties over een periode van ten minste 6 maanden is vervuld.

Worden beschouwd : - als onregelmatige prestaties, de prestaties die als dusdanig worden bezoldigd; - als nachtprestaties en als onderbroken prestaties, de prestaties die in de instelling als dusdanig zijn omschreven; - ofwel als nachtprestaties die tijdens de nachten van zaterdag of zondag worden verricht, ofwel als zaterdag- of zondagprestaties, de prestaties die ofwel als nachtprestaties ofwel als zaterdag- of zondagprestaties worden genoemd, naar gelang van de keuze van de werknemer.

Deze drie personeelscategorieën dienen te werken in het ziekenhuis, de gemeenschappelijke diensten, de ondersteunende diensten, de zorgeenheden, de medisch-technische diensten, de consultaties en de apotheek. Het personeel dat tewerkgesteld is in de diensten die beschouwd worden als niet-ziekenhuisactiviteiten, vallen buiten beschouwing. « arbeidsduur » : de wekelijkse arbeidsduur zoals deze toepasbaar is op het personeelslid van een openbaar ziekenhuis. 2° Financieringsregels a) Teneinde de eindeloopbaan maatregelen te financieren, wordt aan de ziekenhuizen een forfaitair bedrag (F) toegekend, vastgesteld volgens de hierna vastgestelde regelen en voor zover de principes van het protocol nr.120/2 ten laatste op 30 juni 2001 omgezet werden in een protocolakkoord afgesloten in de bevoegde onderhandelingscomités, voorzien door in wet van 19 december 1974, tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel.

Het forfaitair bedrag zal toegekend worden binnen de beperking van de voorwaarden van het protocolakkoord hierboven beschreven, wat het tijdschema voor de uitwerking van de maatregel betreft, de voorwaarden voor de keuze tussen de vrijstellingen van prestaties en de premie, evenals de perioden van eventuele schorsingen van het voordeel van de maatregel. Ingeval van gecombineerde opties vanaf de leeftijd van 50 jaar, wordt het forfaitair bedrag toegekend op basis van een verdeling in volledige schijven van 2 uur equivalent voltijdse betrekking.

Het forfaitair bedrag wordt als volgt berekend : F = F1 + F2 Waar : F1 = het verschuldigd bedrag voor het personeelslid dat voor de wekelijkse vrijstelling van arbeidsprestaties opteert en wordt als volgt berekend : F1 = A x H/38 x X/12 x T/S Waar : A = EUR 37.733,44 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verplegend personeel A = EUR 30.459,57 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verzorgend personeel A = EUR 30.430,64 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het gelijkgesteld personeel H : aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties waarop een voltijdse werknemer recht heeft S : wekelijks arbeidsregime toegepast in het ziekenhuis T : aantal te presteren uren per week zoals blijkt uit het arbeidscontract of de individuele benoemingsakte, verricht in voorkomend geval in de functie die het voordeel van de in deze paragraaf bedoelde maatregel verantwoord X : het aantal maanden in de periode vermeld onder c), 1., 2., 3., in de vereiste leeftijd, gedurende dewelke de maatregel van de eindeloopbaan vastgesteld onder 1°, van toepassing is op het personeel En waar : F2 = het verschuldigd bedrag voor het personeelslid dat opteert voor de premie, wordt als volgt berekend : F2 = A x H/38 x X/12 x T/S Waar : A = EUR 51.564,80 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verplegend personeel A = EUR 38.404,90 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het verzorgend personeel A = EUR 34.701,38 (index per 1 juni 2001) verhoogd met 1 % vanaf 1 oktober 2001, voor het gelijkgesteld personeel H = equivalent aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties in het kader van de toekenning van een premie voor een voltijdse werknemer En S, T en X hebben dezelfde betekenis als in de formule F1. b) Inlichtingen te verstrekken door de ziekenhuisinstelling 1.de naam en voornaam van het personeelslid, 2. zijn geboortedatum, 3.zijn functie, 4. de gekozen optie tussen de vrijstelling van arbeidsprestaties en de premie, 5.de kostenplaats, zoals bedoeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 14 augustus 1987 tot bepaling van de minimumindeling van het algemeen rekeningstelsel van de ziekenhuizen waar de lasten in rekening gebracht worden, 6. het aantal uren van vrijstelling van arbeidsprestaties dat hij kan verkrijgen, naargelang zijn leeftijd, 7.het wekelijks uurregime van kracht in het ziekenhuis, 8. aantal maanden in de vereiste leeftijd tussen de eerste van de maand waarin de verjaardag valt en het einde van de periode waarvan vermelding onder c), 1., 2., en 3., 9. het aantal door het personeelslid te presteren uren zoals blijkt uit het arbeidscontract of de individuele benoemingsakte, verminderd in voorkomend geval naar verhouding van de prestaties verricht in de functie die het voordeel van de in deze paragraaf bedoelde maatregel verantwoordt 10.de datum van zijn aanwerving, 11. de eventuele vertrekdatum, 12.in geval van gelijkgesteld personeel, de verantwoording voor onregelmatige prestaties, 13. het aantal maanden schorsing of onderbreking van de maatregel bij toepassing van een bepaling van de toepasselijke collectieve arbeidsovereenkomst of van het toepasselijk protocolakkoord. Deze inlichtingen dienen medegedeeld te worden overeenkomstig de instructies die, indien mogelijk, aan de ziekenhuizen tegen 30 juni 2001 zullen verstuurd worden. c) Toekenningsmodaliteiten 1.Periode van 1 juli 2001 tot 30 juni 2002 Voor de periode van 1 juli 2001 tot 30 juni 2002 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 31 juli 2001.

Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 30 juni 2002, en medegedeeld tegen ten laatste 30 september 2002.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden.

Zowel voor de voorlopige berekening als voor de definitieve, indien blijkt dat het totale bedrag van de tussenkomst voor het personeel dat onder een vastgesteld protocolakkoord valt, groter is dan het budget zoals bedoeld onder punt 5., zal een lineaire verminderingscoëfficiënt toegepast worden overeenkomstig punt 6. 2. Periode van 1 juli 2002 tot 30 juni 2003 Voor de periode van 1 juli 2002 tot 30 juni 2003 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste op 31 mei 2002. Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 30 juin 2003, en medegedeeld tegen ten laatste 30 september 2003.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden.

Zowel voor de voorlopige berekening als voor de definitieve, indien blijkt dat het totale bedrag van de tussenkomst voor het personeel dat onder een vastgesteld protocolakkoord valt, groter is dan het budget zoals bedoeld onder punt 4, zal een lineaire verminderingscoëfficiënt toegepast worden overeenkomstig punt 5. 3. Periode van 1 juli 2003 tot 31 december 2004 Voor de periode van 1 juli 2003 tot 31 december2004 wordt een voorlopig bedrag F toegekend, op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 31 mei 2003. Eens de periode verstreken, zal worden overgegaan tot de definitieve berekening van F op basis van de inlichtingen, opgesteld op 31 december 2004, en medegedeeld tegen ten laatste 31 maart 2005.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden.

Zowel voor de voorlopige berekening als voor de definitieve, indien blijkt dat het totale bedrag van de tussenkomst voor het personeel dat onder een vastgesteld protocolakkoord valt, groter is dan het budget zoals bedoeld onder punt 5, zal een lineaire verminderingscoëfficiënt toegepast worden overeenkomstig punt 6. 4. Vanaf 2005 Het voorlopig berekend bedrag bij toepassing van punt 3. vermenigvuldigd met 12/18 vormt de provisie die van toepassing blijft vanaf 1 januari 2005.

Het definitieve bedrag voor de periode van 1 januari 2005 tot 31 december 2005 zal vastgesteld worden op basis van de inlichtingen medegedeeld tegen ten laatste 1 mei 2006 en zal het voorlopige budget dat gestort werd voor de beschouwde periode vervangen.

Telkens een definitief bedrag zal berekend zijn, zal dit bedrag de provisie vormen geldig voor het boekjaar dat volgt op de vaststelling van dit definitief bedrag.

Voor elk van de volgende burgerjaren, zal het definitief bedrag vastgesteld worden op basis van de inlichtingen die tegen 1 mei van het jaar dat volgt op het beschouwde boekjaar medegedeeld worden en zal het voorlopige budget dat gestort werd voor de beschouwde periode vervangen.

Het verschil tussen de definitieve F en de voorlopige F zal via onderdeel C2 van het budget van financiële middelen vereffend worden. 5. Het budget waarvan sprake onder de punten 1., en 2., wordt als volgt per protocolakkoord vastgesteld : 1° het protocol van akkoord gesloten in het Onderhandelingscomité C voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, onderafdeling Vlaamse Gewest en Vlaamse Gemeenschap - voor 2001 : 2.531.345,62 EUR - voor 2002 : 5.087.727,41 EUR R - voor 2003 : 7.203.418,72 EUR 2° het protocol van akkoord gesloten in het Onderhandelingscomité C voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, onderafdeling Waals Gewest en Franse Gemeenschap : - voor 2001 : 3.850.725,06 EUR - voor 2002 : 7.739.408,19 EUR - voor 2003 : 10.958.844,80 EUR 3° het protocol van akkoord gesloten in het Onderhandelingscomité C voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, onderafdeling Brussels Hoofdstedelijk Gewest - voor 2001 : 1.567.217,57 EUR - voor 2002 : 3.134.435,14 EUR - voor 2003 : 4.435.087,84 EUR 4° het protocol van akkoord gesloten in het Comité van de sector XVIII voor het universitair ziekenhuis van Gent en voor de de psychiatrische ziekenhuizen van Rekem en Geel - voor 2001 : 1.376.181,94 EUR - voor 2002 : 2.766.093,41 EUR - voor 2003 : 3.913.988,52 EUR 5° protocol van akkoord gesloten in het Comité van de sector IX, onderwijs van de Franse Gemeenschap, voor het universitair ziekenhuis Sart-Tilman in Luik (campus van Sart-Tilman) : - voor 2001 : 697.513,18 EUR - voor 2002 : 1.402.294,94 EUR - voor 2003 : 1.984.049,48 EUR 6° protocol van akkoord gesloten in het Comité van de sector XVI voor de psychiatrische ziekenhuizen van Doornik en Bergen - voor 2001 : 405.693,69 EUR - voor 2002 : 815.694,70 EUR - voor 2003 : 1.154.086,85 EUR De lineaire verminderingscoëfficiënt waarvan sprake in de punten 1., 2. en 3., wordt op volgende manier vastgesteld : FORMULE Waar : C = verminderingscoëfficiënt toe te passen per protocolakkoord zoals bedoeld onder punt 5 B = het budget waarvan sprake onder punt 5. voor het betreffende protocolakkoord F = het forfaitair bedrag zoals bedoeld onder punt 2°, a) d) Bijkomende bepalingen Voor de personeelsleden die geopteerd hebben voor de wekelijkse vrijstelling van arbeidsprestaties, dient de beheerder het bewijs te leveren dat de vrijgemaakte arbeidstijd en de toegekende financiering gecompenseerd werden door nieuwe aanwervingen of door een verhoging van de wekelijkse arbeidsduur door andere personeelsleden.Zullen niet in aanmerking komen, de werknemers die aangeworven zijn onder het regime van de Sociale Maribel, van een startbaanovereenkomst of onder dat van het inderdepartementeel begrotingsfonds.

De gerecupereerde arbeidstijd en de toegekende financiering per sector dienen gecompenseerd te worden in dezelfde sector, hetzij : - de diensten waar het personeel gedekt wordt door het onderdeel B2 van het budget van financiële middelen, - de gemeenschappelijke diensten waarvan sprake in artikel 12, § 1, van huidig besluit, - en de medisch-technische diensten, de consultaties en de apotheek.

De toegekende financiering wordt, in voorkomend geval, begrensd tot het gebruikt bedrag rekening houdend met de hierboven vastgelegde verdeling per sectoren, op basis van de berekening F1 in punt a), toegepast op de vervangingsfunctie.

Daarom dient de beheerder, tezelfdertijd als de inlichtingen die dienen voor de definitieve berekening, een lijst met volgende inlichtingen over te maken : - Naam en voornaam van het aangeworven personeelslid en van het personeelslid dat het voorwerp uitmaakt van een vermeerdering van zijn arbeidstijd, - kostenplaats voor verrekening, - Bijkomende VTE, - aanvangsdatum van het contract, - einddatum van het contract.

Een kopie van het arbeidscontract of van de individuele benoemingsakte dient bij deze lijst gevoegd te worden. e) Sancties Indien de beheerder niet binnen de vereiste termijn de inlichtingen betreffende de uitwerking van de definitieve budgetten mededeelt, zullen de voorlopige bedragen zoals bedoeld onder de punten c), 1., 2., en 3., teruggevorderd worden. »

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2002.

Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel op 26 oktober 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE

^