Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 mei 2005
gepubliceerd op 14 juni 2005

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende sommige specifieke functies en hun loonvoorwaarden van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2005201472
pub.
14/06/2005
prom.
26/05/2005
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 MEI 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende sommige specifieke functies en hun loonvoorwaarden van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen, betreffende sommige specifieke functies en hun loonvoorwaarden van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen Collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001 Sommige specifieke functies en hun loonvoorwaarden van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap (Overeenkomst geregistreerd op 18 april 2002 onder het nummer 62132/CO/327) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op sommige mannelijke en vrouwelijke werknemers, bepaald in artikel 2 van deze overeenkomst, evenals op de werkgevers van de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap die ressorteren onder het Paritair Comité voor de beschutte werkplaatsen en de sociale werkplaatsen.

Met "werknemers" bedoelt men : de mannelijke en vrouwelijke bedienden. HOOFDSTUK II. - Specifieke functies

Art. 2.Niettegenstaande de bepalingen van het kaderakkoord 2001-2006 van 30 juni 2000 voor de Duitstalige non-profitsector en met name het punt 4 van dit akkoord betreffende de aanpassing van de lonen van het kaderpersoneel der beschutte werkplaatsen, dat bovendien de bepalingen modaliseert van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001 betreffende de functieclassificatie van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap en van de collectieve arbeidsovereenkomst van 20 november 2001 betreffende de harmonisering van de loonschalen en de concordantie van de functies van toepassing op de beschutte werkplaatsen van de Duitstalige Gemeenschap, zijn er in deze werkplaatsen werknemers met de specifieke functie van "vormer/vormster". HOOFDSTUK III. - Classificatie en minimumloonschalen

Art. 3.Op deze werknemers zijn dezelfde bepalingen inzake classificatie en minimumloonschalen van toepassing als deze die gelden voor de werknemers(neemsters) van de door de Duitstalige Gemeenschap erkende en gesubsidieerde huisvestingsinrichtingen en -diensten voor personen met een handicap. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2001 en is gesloten voor een bepaalde tijd. Zij houdt op van kracht te zijn op 31 december 2006.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 mei 2005.

De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

FODERALER OFFENTLICHER DIENST BESCHAFTIGUNG, ARBEIT UND SOZIALE KONZERTIERUNG Paritätische Kommission für die betriebe für angepasste Arbeit und die Sozialwerkstätten Kollektives Arbeitsabkommen von 20. november 2001 Über bestimmte Funktionen und deren Entlohnungsbedingungen, die auf die beschützenden Werkstätte der Deutschsprachigen Gemeinschaft anwendbar sind (Kollektives Arbeitsabkommen eingetragen am 18. april 2002 unter der Nummer 62132/CO/327) KAPITEL I. - Anwendungsbereich Artikel 1 - Vorliegendes kollektives Arbeitsabkommen ist anwendbar auf bestimmte Arbeitnehmer und Arbeitnehmerinnen, wie im Artikel 2 des vorliegenden Abkommens bestimmt, sowie auf die Arbeitgeber der Beschützenden Werkstätten der Deutschsprachigen Gemeinschaft, die der paritätischen Kommission für die Betriebe für angepasste Arbeit und die Sozialwerkstätten angehören.

Unter Arbeitnehmern versteht man die männlichen und weiblichen Angestellten.

KAPITEL II. - Spezifische Funktionen

Artikel 1.Trotz der Bestimmungen des Rahmenabkommens 2001-2006 vom 30. juni 2000 für den deutschsprachigen nichtkommerziellen Sektor und insbesondere des Punktes 4 dieses Abkommens, der über die Lohnanpassung des Rahmenpersonals der Beschützenden Werkstätten handelt und zudem die Bestimmungen des kollektives Arbeitsabkommens vom 20.november 2001 über die Klassifizierung der Funktionen, die in den Beschützenden Werkstätten der Deutschsprachigen Gemeinschaft anwendbar sind, modalisiert sowie der Bestimmungen des Kollektives Arbeitsabkommens vom 20. november 2001 über die Harmonisierung der Lohntarife und die bereinstimmung der Funktionen, die anwendbar sind in den Beschützenden Werkstätten der Deutschsprachigen Gemeinschaft, gibt es in diesen Werkstätten Arbeitnehmer in der Spezifischen Funktion von "Ausbildern/innen".

KAPITEL III. - Klassifizierung und Mindesthlohntarife

Art. 2.Auf diese Arbeitnehmer finden die gleichen Bestimmungen der Klassifizierung und der Mindesthlohntarife Anwendung wie die, die anwendbar sind für die Arbeitnehmer/innen der Institutionen, Beherbergungshäuser und -dienste für Personen mit Behinderung, die durch die Deutschsprachige Gemeinschaft anerkannt und subventioniert werden.

KAPITEL IV. - Endbestimmungen

Art. 3.Vorliegendes kollektives Arbeitsabkommen tritt in Kraft am 1.

Januar 2001 und ist für eine bestimmte Dauer abgeschlossen. Es endet am 31. Dezember 2006.

Gesehen, um den Königlichen Erlass vom den 26. Mai 2005 als Beilage beigefügt zu werden Ministerin der Beschäftigung, F. VAN DEN BOSSCHE

^