26 MEI 2005. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de kwalificatiemethode (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de kwalificatiemethode.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2004 Kwalificatiemethode (Overeenkomst geregistreerd op 27 juli 2004 onder het nummer 72108/CO/326)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf ressorteren en op de werknemers die zij tewerkstellen.

Onder "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers.

Art. 2.De classificatie van de werknemers gebeurt volgens de regels van de brochure "kwalificatiemethode - uitgave 2002" en de lijst van de nationale functies met hun rangschikking die als bijlagen aan de neergelegde collectieve arbeidsovereenkomst zijn gevoegd.

Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op de dag dat ze is gesloten. Zij is gesloten voor een onbepaalde duur.

Elk van de contracterende partijen kan deze collectieve arbeidsovereenkomst opzeggen met een opzegtermijn van 6 maanden, bij aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf en aan elk van de ondertekenende partijen.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 mei 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE

Bijlage 1 bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 februari 2004, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf betreffende de kwalificatiemethode Kwalificatiemethode Procedure en toepassingsmodaliteiten Inhoudstafel Inleiding TITEL I. - Lokale paritaire organen 1. Taak 2.Samenstelling 3. Processus 3.1. Functiebeschrijving 3.2. Vertaling van functies 3.3. Vorm en inhoud van de beschrijving 3.4. Nieuw element 3.5. Titularissen 3.6. Referenties, nummering, presentatie en verzending 3.7. Mislukking van de L.P.G. : beroep op de onderzoekscommissie 3.8. Datum van inwerkingtreding van de functie 4. Timing 5.Administratie TITEL II. - Onderzoekscommissies 1. Taak 2.Samenstelling 2.1. Samenstelling van de onderzoekscommissies in de tweetalige zetels 2.2. Vakbondsvertegenwoordiging in de onderzoekscommissies 3. Processus 3.1. Organisatie van de onderzoekscommissies 3.1.1. Bericht van ontvangst van de dossiers 3.1.2. Mededeling van de data van de onderzoekscommissie en opsturen van de dossiers 3.2. Verloop der vergaderingen 3.3. In gebreke blijven van de onderzoekscommissies 4. Timing TITEL III.- Nationale jury 1. Taak 2.Samenstelling 2.1. Patronale en syndicale leden 2.2. Voorzitterschap 3. Processus 3.1. Schorsing van de zitting 3.2. Instructiemiddelen 3.3. Onderzoek en rangschikking der functies door de Nationale Jury 3.3.1. Progressief onderzoek der functies in drie fasen 3.3.2. Globale evaluatie der functies en argumentatie 3.3.3. Onderzoek der processen-verbaal van ingebrekestelling van de onderzoekscommissies 3.4. Betaling van de functies gerangschikt door de Nationale Jury 4. Timing 5.Administratie en documenten 5.1. Convocatie 5.2. Opsturen van de door de Nationale Jury te onderzoeken documenten 5.3. Opgestelde/bijgewerkte documenten naar aanleiding van de werkzaamheden van de Nationale Jury TITEL IV. - Kwalificatiecommissie 1. Taak 2.Samenstelling TITEL V. - Algemeenheden 1. Rol van het organigram in de werkzaamheden van de lokale paritaire groepen en van de onderzoekscommissie 2.Nieuwe titularis van een functie 3. Taken van secundair belang en polyvalentie van de functies 4.Ondergeschikken van de titularis 5. Informatie aan de lokale paritaire groep 6.Verlenging van T.P. (Persoonlijke titel) buiten kwalificatie 7. Lokale aanwervingsregels TITEL VI.- Modaliteiten betreffende leden van de onderzoekscommissie en van de nationale jury 1. Onderzoekscommissie : organisatie en verloop der vergaderingen 1.1. Voorbereidingstijd der vergaderingen 1.2. Tijdberekening 1.3. Continu-dienst en bepaling van de vergaderdatum 1.4. Verplaatsingskosten 1.5. Uurregeling van de vergaderingen 2. Nationale Jury : voorbereidingstijd Gebruikte afkortingen L.P.G. : Lokale Paritaire Kwalificatiegroep O.C. : Onderzoekscommissie N.J. : Nationale Jury N.F. Nationale functie Bronnen - Verzameling van de uittreksels uit de notulen betreffende de procedure en toepassingsmodaliteiten van de kwalificatiemethode (13 januari 1981) - aangepast aan de paritaire versie van 19 juni 1986 van het proces-verbaal der vergaderingen van de kwalificatiecommissie van 14 november 1985 en 10 januari 1986. - Aanbevelingen van de kwalificatiecommissie van 26 maart 1995 en 5 mei 1994. - Opeenvolgende aanbevelingen van de Nationale Jury (van 1995 tot 2000).

INLEIDING Respect van de verwezenlijkte arbeid inzake kwalificatie 1. Het "verleden" dat door het dossier van de kwalificatiemethode wordt gevormd, is het resultaat van de werkzaamheden die langdurig werden voorbereid en die het voorwerp van paritaire akkoorden hebben gevormd. Bij de oorspronkelijke 262 nationale functies (1976) zijn er sedertdien nagenoeg 6.600 paritaire lokalen functies bijgekomen.

Het hoge aantal van deze duizenden bijkomende lokale functies geeft aan de methode de vereiste soepelheid voor de toekenning, aan elk personeelslid, van de beschrijving van de functie die hem toekomt.

Het aantal lokale functies (6600) is "opgedreven" door het feit dat er een groot aantal identieke functies bestaan die een verschillend nummer hebben.

De Nationale Jury van 2001 beschouwde bijgevolg dat het nuttig zou zijn de identieke functies onder éénzelfde nummer te rangschikken en eventueel de nummering van de functies te herzien. 2. Het is voor niemand wenselijk een herziening te overwegen van bepaalde paritaire beschrijvingen of rangschikkingen. Een dergelijke herziening zou een destabilisering, een invraagstelling van de methode en een zekere misnoegdheid van de betrokken personeelsleden met zich brengen. 3. Er wordt aan herinnerd dat het om een globale methode gaat die niet in de details van de uitoefening van een functie treedt.Als evenwel een nieuw element in de functie is ingetreden, kan de beschrijving ervan langs de procedure om worden aangepast : het is de taak van de Lokale Paritaire Groepen (L.P.G.) en van de Onderzoekscommissies (O.C.) over de omvang van de ingetreden wijzigingen te oordelen, er daarbij over waken dat het globale karakter van de beschrijving behouden blijft overeenkomstig de geest van de methode.

I. LOKALE PARITAIRE GROEPEN (L.P.G.) 1. Taak De L.P.G. hebben als taak al de hen voorgelegde dossiers grondig en volgens alle beschikbare middelen te onderzoeken, en indien mogelijk, de functiebeschrijvingen op te stellen doch niet ze te rangschikken.

De beschrijving der functies behoort tot hun specifieke verantwoordelijkheid : zij moeten ze op zich nemen en trachten tot paritaire beschrijvingen te komen. 2. Samenstelling Een lokale paritaire groep voor de kwalificatie, zo beperkt als mogelijk (ex-arbeiders en bedienden), moet in elke technische bedrijfseenheid worden opgericht. Deze groep bestaat uit afgevaardigden behorende tot de organisaties welke deel uitmaken van de Nationale Jury (N.J.) De leden van de groep genieten de dienstfaciliteiten die nodig zijn voor een goede vervulling van hun taak, rekening houdend met de geografische spreiding. 3. Processus 3.1. Functiebeschrijving In geval zij tijdens hun kwalificatiewerkzaamheden een beschrijving zouden moeten opstellen, zullen de L.P.G., ten einde een bovenmatige toename van het aantal lokale functies te vermijden : 3.1.1. hetzij één van de 262 bestaande nationale functies hernemen; 3.1.2. hetzij één bij hen bestaande lokale functie hernemen; 3.1.3. hetzij één der 6600 lokale functies overnemen. Hierbij dienen de referenties vermeld van deze tekstueel - titel inbegrepen - overgenomen functie (maatschappij, zetel, nummer van de lokale functie en klas); 3.1.4. enkel als dit onmogelijk mocht blijken zal tot een nieuwe beschrijving worden overgegaan. 3.2. Vertaling van functies De L.P.G.-voorzitter worden verzocht alle vertalingen, die zij van reeds bestaande lokale functies zouden maken, systematisch door het Secretariaat van de Nationale Jury te laten nakijken. Vertalingen kunnen uitzonderlijke gevraagd worden aan het Secretariaat voor de vermoedelijke laatste versie. 3.3. Vorm en inhoudt van de beschrijving De lokale paritaire groep zorgt voor een globale beschrijving van de bestaande functie, zich daarbij houdend aan de beginselen en de regels toepasselijk op de nationale functies. Deze beschrijvingen, beperkt tot een halve bladzijde, zullen dus geen analytische gegevens, ondergeschikte aspecten of elementen van te korte duur bevatten. 3.4. Nieuw element - Een nieuwe beschrijving zal worden opgesteld als één of meerdere elementen de uitoefening van de functie wijzigen. Deze elementen die de uitoefening van de vroeger beschreven functies wijzigen mogen absoluut niet analytisch noch van de korte duur zijn, zoals gezegd in voorgaande punt. - Men dient dus objectief na te gaan of bovenvermelde wijzigingen van die aard zijn dat zij een assimilatie met een bestaande functie op het opmaken van een nieuwe beschrijving verrechtvaardigen.

N.B. : Bij het invoeren van nieuwe technologieën, die op een soepele wijze in de L.P.G. kunnen besproken worden, dient met eveneens het principe te handhaven van de globaliteit eigen aan de kwalificatiemethode. De L.P.G. zal moeten nagaan of deze nieuwe technologie echt een nieuw element in de functie invoert. 3.5. Titularissen - Het feit dat de L.P.G. akkoord ging met een beschrijving betekent dat de personeelsleden die deze functie uitoefenen zich daadwerkelijk in dezelfde situatie bevinden : de beschrijving weerspiegelt globaal de door de titularissen uitgeoefende functie. - De lijst van de titularissen wordt voor elke nieuwe functie gegeven : dit houdt onder meer in dat geen functies zonder titularissen worden gerangschikt. 3.6. Referenties, nummering, presentatie en verzending Voor het indienen van : - een functiebeschrijving die door de N.J. onderzocht en gerangschikt moet worden; - de patronale en syndicale versie van een betwiste dossier dat aan de onderzoekscommissie voorgelegd zal moeten worden moet de L.P.G. uitsluitend gebruik maken van de standaardmodellen in bijlage 1 (het formulier kan elektronisch verstuurd worden door het Secretariaat van de N.J.). Om elke afwijking tussen de documenten te vermijden, zal e L.P.G.-voorzitter er ook voor zorgen dat het Secretariaat van de N.J. een elektronische versie van de functiebeschrijving via Microsoft Outlook ontvangt.

Dit document moet gedactylografeerd zijn en de handtekening dragen van alle patronale en syndicale leden die in de L.P.G. zitten hebben gehad.

Het standaardformulier moet dusdanig gebruikt worden zonder de vorm ervan te wijzigen. Dit geldt ook voor de namen van de syndicale organisaties die links onderaan het document vermeld worden.

In geen enkel geval mag de naam van een niet in de lokale paritaire groep vertegenwoordigde syndicale organisatie van het betrokken formulier geschrapt of verwijderd worden. In geval van afwezigheid of indien de syndicale organisatie niet vertegenwoordigd wordt, zal met de vermelding "niet vertegenwoordigd in de L.P.G. » gebruiken.

Voor elke functie die door de NJ onderzocht moet worden, zal het document duidelijk en op een éénvormige manier voor gans de sector het volgende melden : - het nummer van de functie : Wanneer het geval zich voordoet, het nummer van identieke functies (dit is woord voor woord, inbegrepen de titel) die in andere zetels voorkomen of het nummer van de functie waarnaar men verwijst zonder dat deze laatste gelijk is aan de betrokken functie (elke wijziging, hoe miniem ook, van de titel of beschrijving van de functie ten opzichte van de functie waarnaar verwezen wordt, houdt in dat het "identieke" karakter van de bedoelde functie wegvalt; het gaat dan nog enkel om een gewone "referentie" naar een andere functie). - de titel van de functie : teneinde de gelijkheid man/vrouw te respecteren, moet de L.P.G. de titel van de functie met het mannelijk geslacht vermelden en elke vrouwelijke verwijzing vermijden. Om een duidelijker zicht te hebben zullen geen verkortingen gebruikt worden. - de beschrijving - de titularis(sen) - de datum van inwerkingtreding (de eventuele probatieperiodes zullen niet op de documenten vermeld worden) - de handtekeing van de werkgevers- en vakbondsafgevaardigden die in de L.P.G. zitting hebben gehad. 3.7. Mislukking van de L.P.G. : beroep op de onderzoekscommissie Bij het eventueel mislukken van de L.P.G. in het opstellen van een functiebeschrijving, en slechts bij dergelijk geschil, zal een beroep worden gedaan op de onderzoekscommissie. De onderzoekscommissie zal geen geschillen over andere onderwerpen te behandelen krijgen en zal steeds de mogelijkheid hebben het dossier waarvan zij vindt dat het door de L.P.G. onvoldoende is onderzocht, naar deze laatste terug te sturen.

In geval van geschil in de schoot van de L.P.G. maakt het Secretariaat van de Nationale Jury het dossier voor onderzoek over aan de onderzoekscommissie. Dit dossier omvat de patronale en syndicale versies van de betwiste beschrijving. Als aan het secretariaat één enkele versie wordt overgemaakt, licht dit laatste onmiddellijk de L.P.G. in en nodigt hem uit de ontbrekende versie over te maken, om voor de onderzoekscommissie het betwiste dossier te kunnen samenstellen. 3.8. Datum van inwerkingtreding van de functie De L.P.G. dienen paritair overeen te komen omtrent de datum van inwerkingtreding van de functie voor de titularis en deze datum op het document te preciseren.

Indien echter de L.P.G. niet tot een akkoord kan komen over de datum van inwerkingtreding van de functie, kan de L.P.G. beroep doen op de O.C. om die datum te bepalen.

Hiervoor mag slechts uitzonderlijk een beroep gedaan worden op de O.C. wanneer deze data ver uit elkaar liggen en deze verschillende data door beide partijen gemotiveerd en verantwoord worden. 4. Timing Behalve de door de procedure voorziene uitzondering voor gevallen van verandering of van promotie in één van de reeds bestaande functies die gedurende het hele jaar kunnen voorkomen, is de L.P.G. verplicht haar werkzaamheden inzake kwalificatie tijdens het 1ste trimester uit te voeren en op 31 maart te beëindigen, zodat eventuele aanvragen om tussenkomst van de O.C. met het oog op het onderzoek van een aantal gevallen die na beraad van de L.P.G. onbeslist zijn gebleven, bij het Secretariaat van de N.J. vóór 31 mei kunnen worden ingediend.

Wanneer echter een L.P.G. er uitzonderlijk niet in slaagt de timing van het 1ste trimester te respecteren, beschikt hij over de mogelijkheid om uiterlijk op 31 oktober de paritaire beschrijving van een functie bij het secretariaat van de N.J. voor rangschikking in te dienen. Elke functiebeschrijving die na die datum wordt ingediend, zal automatisch naar de volgende zitting van de N.J. verwezen worden namelijk 12 maanden later. 5. Administratie Het secretariaat van de Nationale Jury ontvangt : - de paritaire functiebeschrijvingen ingediend door de L.P.G. voor onderzoek en rangschikking door het volgende Nationale Jury. Een bericht van ontvangst wordt binnen de 2 weken opgestuurd. De voorzitter van de L.P.G. zal zich informeren om te weten of de aanvraag goed aangekomen is indien hij geen bericht van ontvangst gekregen heeft. - de aanvragen tot onderzoekscommissies ingediend door de L.P.G. waarbij de betwiste dossiers die 1 patronale en 1 syndicale versie bevatten, toegevoegd zijn.

Het secretariaat kijkt na of het standaardformulier (in bijlage 1) wel degelijk gebruikt en behoorlijk ingevuld werd.

Is belast met de organisatie van de O.C. die de betwiste dossiers(s) zal onderzoeken (zie II.3.).

II. ONDERZOEKSCOMMISSIES (O.C.) 1. Taak 1.1. De onderzoekscommissies (O.C.) zijn organen van "goede diensten" die, in geval van betwisting op plaatselijk vlak betreffende een beschrijving, tot taak hebben een definitieve en paritaire versie van deze beschrijving op te stellen. Zij zijn souverein in hun mandaat deze beschrijving op te stellen en zij beschikken dan ook ter plaatse over alle onderzoeksmiddelen en -rechten, w.o. eventueel het verhoor van de twee partijen van de lokale paritaire groep. Wanneer de O.C. in haar geheel het niet opportuum acht gevolg te geven aan een verzoek tot verhoor der lokale partijen, zal zij haar beslissing in het proces-verbaal van de O.C. moeten rechtvaardigen. 1.2. Zij zullen hun taak vervullen met inachtneming van de globale methode. Na een objectief onderzoek van de uitgevoerde taken, zullen de onderzoekscommissies voor de beschrijving van de functie verwijzen naar hetzij een nationale functie, hetzij één der 6600 bestaande lokale functies. In geval een dergelijk verhaal onmogelijk zou zijn, zullen zij overgaan tot een nieuwe beschrijving en daarbij de stijl van een globale beschrijving gebruiken. 1.3. De onderzoekscommissies zijn niet verplicht hun besluiten aan de lokale paritaire groep voor te leggen die in geen enkel geval zijn akkoord heeft te geven over het verdict van de commissies. Deze zijn echter vrij de lokale paritaire groep in te lichten. De onderzoekscommissies hebben wel de verplichting hun conclusies mede te delen aan de N.J. en aan deze paritaire beschrijvingen voor rangschikking over te maken. Voor deze paritaire beschrijvingen moet het standaardformulier (in bijlage 2) gebruikt worden. De vereiste vermeldingen zijn dezelfde als degenen vermeld in Titel I 3.6. Deze documenten moeten gedactylografieerd zijn en de handtekening dragen van alle patronale en syndicale leden die in de L.P.G. zitting hebben gehad. 2. Samenstelling De onderzoekscommissies zijn samengesteld uit ten hoogste 4 patronale en 4 syndicale vertegenwoordigers, geen lid zijn van de Nationale Jury.Bij de aanwijzing van de leden ervan, zal rekening worden gehouden met het taalregime van de betrokken bedrijfszetel en met de aard van de te behandelen diensttakken.

Het spreekt vanzelf dat de leden van de onderzoekscommissie noch lid mogen zijn van de Nationale Jury, noch mogen hebben behoord tot de lokale paritaire groep waarvan de beschrijvingen betwist blijven.

Van de regel van niet behoren tot de lokale paritaire groep kan worden afgeweken voor sommige bijzondere diensttakken bij Distrigas/Fluxys.

Het behoort het Secretariaat van de N.J. toe om, in functie van de betrokken entiteit, een voorzitter van de Onderzoekscommissie aan te duiden en, in overleg met hem, de patronale leden die geroepen zijn om in de Commissie te zetelen. 2.1. Samenstelling van de onderzoekscommissies in de tweetalige zetels De O.C. in de tweetalige zetels zijn samengesteld uit 3 mandaten ACV (2 FEG + 1CNE) en 3 mandaten Gazelco.

Volgende zetels worden als tweetalig beschouwd : - Distrigas/Fluxys - Electrabel Distributie Centrum - Electrabel Distribution Urbain-Stedelijk (EDUS) - Elia Hoofdzetel - Electrabel Hoofdzetel - Laborelec Er zal over gewaakt worden dat de O.C. die in deze tweetalige entiteiten dienen te zetelen, over een onafhankelijke vertaler kunnen beschikken.

Op dezelfde wijze zal erover gewaakt worden dat de leden van deze O.C. over een tweetalig dossier van de te onderzoeken documenten kunnen beschikken.

De O.C. die in deze zetels plaatsvinden, zullen erover waken dat hun conclusies ook in de twee talen opgesteld worden. 2.2. Vakbondsvertegenwoordiging in de onderzoeks-comissies Om procedureproblemen te vermijden, wordt elke syndicale organisatie aangeraden om aan het Secretariaat van de N.J. te melden wie op de O.C. aanwezig zal zijn.

Het Secretariaat van N.J. zal deze informatie overmaken aan de hiërarchieën van de ondernemingen die de nodige syndicale faciliteiten zullen verlenen, alsook aan de voorzitters van de O.C. om het goede verloop van de werkzaamheden van de Commissies te garanderen. 3. Processus 3.1. Organisatie van de onderzoekscommissies 3.1.1. Bericht van ontvangst van de dossiers Na ontvangst van de betwiste dossiers, stuurt het Secretariaat van de N.J. een bericht van ontvangst naar - de HR verantwoordelijke van de betrokken entiteit - de voorzitter van de L.P.G. van de betrokken entiteit - de patronale vertegenwoordiger bij de Nationale Jury - de voorzitter van de NJ - de directeur van het Departement Industriële Arbeidsbetrekkingen.

De voorzitter van de L.P.G. zal zich bij het secretariaat van de N.J. informeren indien bij binnen de 2 weken geen bericht van ontvangst heeft gekregen en hij zal de L.P.G. op de hoogte brengen van het bericht van ontvangst. 3.1.2. Mededeling van de datum van de O.C. en opsturen van de dossiers Met voor ogen de moeilijke taak van het secretariaat van de N.J. meer bijzonder bij het bepalen van een vergaderdatum geschikt voor alle leden van een onderzoekscommissie, zal eenieder die in een onderzoekscommissie moet zetelen contact opnemen met het secretariaat van de N.J. en hem op de hoogte brengen van de onmogelijkheid waarin hij zich eventueel bevindt om op de door het secretariaat van de N.J. vastgestelde datum te vergaderen.

Na vaststelling van de patronale samenstelling en van de datum van de O.C., stuurt het secretariaat van de N.J. een convocatiebrief waarbij de betwiste dossiers toegevoegd worden - aan de voorzitter van de L.P.G. van de betrokken entiteit die de leden van de L.P.G. tijdig zal verwittigen van de datum voorzien voor het bezoek van de O.C. in hun zetel; - aan de voorzitter en de aangeduide patronale leden van de O.C.; - aan de nationale vakbondsvertegenwoordigers die hun vertegenwoordigers zullen aanduiden voor de O.C. Een copie van deze convocatiebrief wordt opgestuurd naar de verantwoordelijke H.R. van de betrokken entiteit en aan de voorzitter van de N.J. 3.2. Verloop van de vergaderingen 3.2.1. De onderzoekscommissies zullen onder leiding van de voorzitter in en geest van onpartijdigheid hun moeilijke taak naar best vermogen vervullen. 3.2.2. De voorbereidende vergadering kan voor de leden van de onderzoekscommissie een gelegenheid zijn om de leden van de L.P.G. te ontmoeten. 3.2.3. Wanneer de partijen geldig uitgenodigd worden, gaat de O.C. door zelfs indien één partij niet aanwezig is. Zo wordt elke vorm van boycot vermeden. 3.2.4. Tijdens de eigenlijke vergadering kan een schorsing op vraag van één der partijen worden toegestaan. 3.2.5. Alleen de onderzoekscommissie stelt de persoon aan die haar kunnen voorlichten en die tot haar beschikking moeten worden gesteld. 3.2.6. De plaatselijke directies moeten er zorg voor dragen dat deze personen (houders van een betwiste functie, hun hiërarchische oversten) beschikbaak zijn. 3.3. In gebreke blijven van de onderzoekscommissie 3.3.1. De onderzoekscommissie mogen het onderzoek van de betwiste dossiers niet weigeren. De O.C. moeten al de haar voorgelegde dossiers afhandelen. Desnoods mogen ze, teneinde een akkoord te vergemakkelijken, er een korte verklarende nota bijvoegen. 3.3.2. Mocht een onderzoekscommissie uitzonderlijk en ondanks alles tot geen akkoord komen, dan zullen bij het proces-verbaal van ontstentenis de verschillende ondertekende versies gevoegd worden, alsook een toelichtend, analytisch en paritair verslag waarin de O.C. omschrijft wat haar leden hebben opgemaakt uit haar hoorzitting (Aanbeveling van de kwalificatiecommissie van 26 maart 1992). Deze documenten zullen door het secretariaat doorgestuurd worden naar de leden van de Nationale Jury. 3.3.3. Rekening houdend met punt II - 3.3.1 en 3.3.2 hiervoor, zal de N.J.in laatste instantie de enkele zeldzame betwistingen onderzoeken die de onderzoekscommissies nog zullen overmaken, op voorwaarde dat deze processen-verbaal van ontstentenis volledig zijn en voldoende argumentatiemateriaal bevatten. 4. Timing De uiterste datum voor het indienen van een aanvraag tot onderzoekscommissie is vastgesteld op 31 mei.Elke aanvraag die na die datum wordt ingediend, zal systematisch naar het 2de kwartaal van het volgende jaar verwezen worden. De werkzaamheden van de O.C. worden tijdens het 2de kjwartaal en de volgende maanden uitgevoerd. De uiterste datum is vastgelegd op 7 november.

III. NATIONALE JURY 1. Taak De Nationale Jury is belast met de rangschikking, in laatste en enige instantie, van de nieuwe functies die beschreven worden door de lokale paritaire groepen of, wanneer deze geen akkoord bereiken, door de onderzoekscommissies. Zij zal, zoals hierboven reeds gezegd, naar bestaande functies refereren, en in de mate van het mogelijk aan deze bestaande functies assimileren. 2. Samenstelling 2.1. Patronale en syndicale leden De Nationale Jury is samengesteld uit achttien effectieve leden, waarvan negen patronale leden en negen syndicale leden. Aan elk lid van de jury kan een plaatsvervangend lid worden toegevoegd, die de zittingen bijwoont, docht zonder recht van tussenkomst. In geval van afwezigheid van een effectief lid, wordt dit vervangen door het plaatsvervangend lid, dan alsdan recht van tussenkomst heeft.

Syndicale samenstelling : - 27 vakbondsafgevaardigden zullen dienstfaciliteiten genieten voor de jaarlijkse voorbereiding van de werkzaamheden van de Nationale Jury; - van die 27 afgevaardigden zullen er 18 aangeduid worden om in de Nationale Jury te zetelen : 9 als effectieve leden en 9 als plaatsvervangende leden - de patronale en syndicale afgevaardigden worden verzocht aan het secretariaat van de N.J. de namen en adressen mee te delen van de leden die in de N.J. zullen zetelen. 2.2. Voorzitterschap De vergaderingen van de N.J. worden voorgezeten door de voorzitter van de N.J. wiens voornaamste taak erin bestaat de procedure van de kwalificatie te handhaven. 3. Processus 3.1. Schorsing van de zitting Elke partij van de zitting bekomen voor interne gedachtswisselingen. 3.2. Instructiemiddelen De Nationale Jury beschikt over alle instructiemiddelen nodig voor de goede uitvoering van haar opdracht waartoe de rangschikking van de functies behoort alsook de zorg voor de homogeniteit van de classificatie tussen de ondernemingen van de sector. 3.3. Onderzoek en rangschikking van de functies door de N.J. 3.3.1. Progressief onderzoek van de functies in drie fasen Het objectief onderzoek van de functies voor rangschikking aan de N.J. voorgelegd, wordt gegarandeerd door een werkmethode die erin bestaat het dossier progressief uit te klaren in die opeenvolgende onderzoeksbeurten. Er moet worden vermeden de rangschikking van een functie afhankelijk te maken van het akkoord of het ontbreken van een akkoord over de rangschikking van andere functies. Ieder voorlopig akkoord moet dus worden geweerd : de functies gerangschikt na elke van de drie opeenvolgende onderzoeksfasen zullen bijgevolg definitief gerangschikt zijn. 3.3.2. Globale evaluatie van de functies en argumentering De ontstentenis of de toevoeging van één of meerdere elementen heeft niet noodzakelijk een vermindering of verhoging van de rangschikking voor gevolg.

De beschrijving voorgelegd aan de Nationale Jury voor rangschikking is per definitie paritair en vervangt de vorige beschrijving van de functie. Daar de leden van de Nationale Jury evenwel vrij de argumentering mogen gebruiken die zij het meest gepast achten, kunnen ze zowel naar de originele beschrijving verwijzen als naar die welke een toevoeging bevat. 3.3.3. Onderzoek van de processen-verbaal ingebrekestelling van de onderzoekscommissie Zoals gezegd in punt II 3.3. hiervoor, zullen de onderzoekscommissies in alle mate van het mogelijke ingebrekestellingen vermijden. Mocht het noodzakelijk blijken om tot een akkoord te komen, zullen ze bij hun beslissing een document voegen met hun beschouwingen t.b.v. de Nationale Jury. Deze zal in laatste instantie de enkele zeldzame betwistingen onderzoeken die mochten rijzen, op voorwaarde dat de dossiers volledig zijn en met degelijke bewijsgronden gestaafd door de leden van de O.C. 3.4. Betaling van de functies gerangschikt door de N.J. De betaling van elke functie die door de N.J. wordt gerangschikt dient in één keer te gebeuren. De kwalificatiemethode laat de spreiding ervan in de tijd niet toe. 4. Timing De Nationale Jury zetelt jaarlijks.Drie opeenvolgende dinsdagen in de loop van de maand november worden gewoonlijk voorbehouden voor de 3 vergaderingen van de N.J. 5. Administratie en documenten 5.1. Convocatie Het secretariaat van de N.J. stuurt een convocatiebrief naar de patronale en syndicale leden van de N.J. 5.2. Opsturen van de door de N.J. te onderzoeken documenten Het secretariaat van de N.J. stuur (in meerdere zendingen) al de functiebeschrijvingen en al de processen-verbaal van de O.C. naar de patronale en syndicale leden van de Nationale Jury. De laatste zending bevat de laatste documenten die het Secretariaat ontvangen heeft alsook een samenvattende tabel van al de functies die aan de N.J. voorgelegd worden. 5.3. Opgestelde/bijgewerkte documenten naar aanleiding van de werkzaamheden Na de jaarlijkse sessie van de N.J. stuurt het secretariaat van de N.J. : een proces-verbaal van de 3 opeenvolgende vergadering alsook een samenvattende tabel : - aan de patronale en syndicale leden van de N.J. - aan de voorzitter van de O.C. - aan de voorzitters van de L.P.G. en, indien het gevraagd werd, een aanbeveling waarin verschillende beslissingen, opmerkingen en aanbevelingen die tijdens de sessie geformuleerd werden, opgenomen worden.

Het secretariaat van de N.J. zorgt voor de bijwerking van de "Bundel der lokale functies". De fiches van de door de N.J. nieuwe gerangschikte functies worden opgestuurd naar : - de patronale en syndicale leden van de N.J. - de voorzitter van de O.C. - de nationale secretarissen van de vakorganisaties - de directeur en administratieve verantwoordelijken van de maatschappijen : - Electrabel - Fluxys/Distrigas - Laborelec - Elia - Statoil Het secretariat zorgt eveneens voor de bijwerking van de lijst van al de locale gerangschikte functies. Deze lijst omvat, per diensttak en per rangschikkingsklasse, de nummers en titels van al de nationale en lokale functies die in gans de sector gerangschikt werden sinds de aanvang van de kwalificatiemethode. Deze bijwerking wordt opgestuurd naar de patronale en syndicale leden van de L.P.G., O.C. en N.J. Deze procedurenota zal jaarlijks, na de werkzaamheden van de N.J., door het secretariaat van de N.J. bijgewerkt worden. Deze bijwerkingen zullen betrekking hebben op de procedure- en methodewijzigingen alsook op de praktische aspecten zoals de lijst van de maatschappijen.

IV. KWALIFICATIECOMMISSIE 1. Taak De kwalificatiecommissie zal nog slechts optreden wanneer dat gevraagd wordt in verband met kwesties betreffende de methode of van principiële aard. De uitzonderlijke maatregel betreffende het heronderzoek van de functies in beraad gelaten door de N.J. tijdens haar sessies 1980-1985 zal in de toekomst niet meer worden herhaald. 2. Samenstelling 2.1. Deze commissie is samengesteld uit de nationale syndicale en patronale verantwoordelijken. 2.2. De kwalificatiecommissie zorgt voor de bekendmaking van haar beslissingen.

V. ALGEMEENHEDEN 1. Rol van het organigram in de werkzaamheden van de lokale paritaire groepen en van de onderzoekcommissies Het organigram weerspiegelt de organisatie, legt de verantwoordelijkheidsniveaus en de hiërarchische lijn vast en maakt het mogelijk de functies ten opzichte van elkaar te situeren. De door de L.P.G. opgestelde beschrijving moet de verrichte arbeid globaal weerspiegelen, terwijl het organigram, noch min noch meer, een middel is dat ter beschikking van de partijen wordt gesteld : - het legt niet de functiebeschrijvingen vast maar wel de functies zelf of hun structuren : het zijn de functies die moeten "kaderen" in het organigram, en niet hun beschrijvingen; - het organigram zelf is onderhevig aan wijzigingen die met verloop van tijd voorkomen.

Bij wijze van besluit dient bijzonder de nadruk te worden gelegd op het feit dat in de kwalificatie : 1. de uitgeoefende functie primeert op het organigram;2. het organigram slechts een beheermiddel en een weerspiegeling is van de structuur van de entiteit en niet a priori een hinderpaal mag zijn voor een nieuwe beschrijving.2. Nieuwe titularis van een functie Het is niet uitgesloten dat de nieuwe titularis van een functie minder taken moet overnemen dan deze die omschreven werden in de functie van zijn voorganger.In elk geval moet de omschrijving van de functie het werk dat de titularis werkelijk uitvoert, juist weergegeven worden. 3. Taken van secundair belang en polyvalentie van de functies Het is niet uitgesloten dat ingevolge haar veelvuldige secundaire taken of haar polyvalentie de reële waarde van een functie zodanig zou kunnen veranderen dat een herwaardering van deze functie zou kunnen verantwoord zijn.Elk a priori moet vermeden worden bij gelegenheid van de beschrijving of rangschikking van een functie en het globaliteitsprincipe van de methode moet gevrijwaard worden. Het behoort tenslotte aan de Nationale Jury in alle objectiviteit al de belangrijke aspecten van de functie te onderzoeken en deze functie te waarderen op grond van haar inhoud. 4. ondergeschikten van de titularis Stagiairs, interims of anderen - met uitzondering echter van het personeel van derde ondernemingen - kunnen in sommige specifieke gevallen worden beschouwd als ondergeschikten van de titularis van de functie, indien deze ondergeschiktheid van permanente aard is. 5. Informatie van de L.P.G. Wanneer de lokale directie bij het vervullen van haar taak van organisator een oproep om kandidaten doet met het oog op een nieuwe functie, zal zij de L.P.G. hierover inlichten. Eens de betrokken functie effectief uitgevoerd wordt, zal zij als patronaal voorstel worden behandeld in het raam van de beschijving- en rangschikkingsprocedure van de verschillende kwalificatieinstanties. 6. Verlenging van "T.P. » (persoonlijke titels) buiten kwalificatie Het is in strijd met de geest van de methode, "T.P.'s" buiten kwalificatie toe te kennen. 7. Lokale aanwervingsregels Er wordt aan herinnerd dat er op lokaal vlak aanwervings- en opleidingsregels bestaan die van zetel tot zetel verschillen en vreemd zijn aan de kwalificatie. VI. MODALITEITEN BETREFFENDE DE LEDEN VAN DE ONDERZOEKSCOMMISSIES EN VAN DE NATIONALE JURY 1. Onderzoekscommissie : organisatie en verloop der vergaderingen 1.1. Voorbereidingstijd voor de vergadering De voorbereidingstijd der vergaderingen maakt deel uit van de "werkdag".

Tien uur geldt in principe als uiterst uur voor het begin van de vergaderingen. Het komt de voorzitter toe deze vroeger te houden als de voorbereidende vergadering is beëindigd. Deze regel moet evenwel soepel worden geïnterpreteerd, in functie van de soms lange afstand die sommige leden van een onderzoekscommissie moeten afleggen om de vergadering bij te wonen.

De voorbereidende vergadering kan voor de leden van de onderzoekscommissie een gelegenheid zijn om de leden van de L.P.G. te ontmoeten. 1.2. Tijdberekening Het berekeningsprincipe voor een werkdag wordt in herinnering gebracht : vergadering + verplaatsingsduur. Dit principe kan in beide richtingen werken (bv. : vergadering van 1/2 dag). 1.3. Continu-dienst en bepaling van de vergaderdatum Er wordt aan de voorzitters van de onderzoekscommissies aanbevolen de vergaderdata vast te leggen met begrip voor de gevallen waarbij een lid van de onderzoekscommissie tevens in continu-dienst werkt. Dit om hem een normale rust tussen de twee prestaties te verzekeren en om over een toereikende termijn te beschikken om in zijn vervanging te voorzien. 1.4. Verplaatsingskosten De kilometervergoeding wordt uitbetaald volgens de modaliteiten in voege in de onderneming waar de leden van de onderzoekscommissie werkzaam zijn. 1.5. Uurregeling van de vergaderingen - aanvang : tussen 8u30 en 10 u, in functie van de eventuele noodzaak een voorbereidende vergadering te houden en rekening houdend met de bemerking onder punt VI 1.1, al 2 hiervoor, namelijk dat deze regel met soepelheid moet worden toegepast in functie van de plaats waar de onderzoekscommissie zetelt en van de afstand die haar leden moeten afleggen om die plaats te bereiken. - einde : de voorzitters moeten er naar sturen de werkzaamheden ten laatste om 19 u te beëindigen, onder voorbehoud van onvermijdelijke uitzonderingen. 2. Nationale Jury : voorbereidingstijd De tijd toegewezen aan de leden van de N.J. voor de voorbereiding van het dossier is vastgesteld op 1 dag per zittingsdag.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 mei 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld