gepubliceerd op 24 juni 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling en de loopbaan van sommige personeelsleden
26 MEI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling en de loopbaan van sommige personeelsleden
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 107, tweede lid, van de Grondwet;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling en de loopbaan van sommige personeelsleden van de rijksbesturen, inzonderheid op artikel 10, hersteld bij het koninklijk besluit van 10 april 1995;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 21 januari 1999;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, gegeven op 17 maart 1999;
Gelet op het protocol nr. 338 van 19 mei 1999 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het van goed beheer getuigd dat de ambtenaren van niveau 2, die in dienst zijn op 1 mei 1999, toegang verkrijgen tot de graad van sociaal controleur, ingedeeld in het niveau 2+;
Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 10 van het koninklijk besluit van 20 juli 1964 betreffende de hiërarchische indeling en de loopbaan van sommige personeelsleden van de rijksbesturen, hersteld bij het koninklijk besluit van 10 april 1995, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt vervangen als volgt : « § 1.De graden van maatschappelijk assistent en landmeter-expert onroerende goederen kunnen enkel worden verleend aan degenen die geslaagd zijn voor een vergelijkend wervingsexamen. »; 2° er wordt een § 1bis ingevoegd luidende : « § 1bis.De graad van sociaal controleur kan enkel worden verleend aan degenen die geslaagd zijn voor een vergelijkend wervingsexamen. De rijksambtenaar die in de graad van sociaal controleur wordt benoemd, wordt belast met de toepassing van de sociale wetten.
In afwijking van het eerste lid, kunnen de rijksambtenaren in dienst op 1 mei 1999, benoemd worden tot de graad van sociaal controleur, mits zij slagen voor een vergelijkend examen voor overgang naar het het hogere niveau. »
Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 1999.
Art. 3.Onze Minister van Ambtenarenzaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 mei 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT