Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 januari 2014
gepubliceerd op 10 maart 2014

Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd « Western », een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2014003015
pub.
10/03/2014
prom.
26/01/2014
ELI
eli/besluit/2014/01/26/2014003015/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 JANUARI 2014. - Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd « Western », een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 april 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/04/2002 pub. 04/05/2002 numac 2002014105 bron ministerie van verkeer en infrastructuur Wet tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij sluiten tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, artikel 3, § 1, eerste lid, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002 en de wet van 10 januari 2010, en artikel 6, § 1, 1°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;

Gelet op het advies 54.774/2 van de Raad van State, gegeven op 8 januari 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij uitgegeven loterij met biljetten, genaamd « Western ». « Western » is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder enige trekking worden toegewezen door de vermelding op het biljet zelf, volgens een door het toeval bepaalde verdeling, dat een lot al of niet wordt gewonnen. De vermelding in kwestie zit verborgen onder een af te krassen ondoorzichtige deklaag.

Art. 2.Naargelang de verkoopbehoeften wordt het aantal biljetten van elke uitgifte door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 500 000, hetzij op veelvouden van 500 000.

De verkoopprijs van een biljet wordt vastgelegd op 2 euro.

Het aantal uitgiften wordt vastgesteld door de Nationale Loterij.

Art. 3.Voor ieder pakket van 500 000 uitgegeven biljetten wordt het aantal loten vastgelegd op 117.541, die worden verdeeld volgens onderstaande tabel :

Aantal loten - Nombre de lots

Bedrag van de loten (euro) Montant des lots (euro)

Totale bedrag van de loten (euro) Montant total des lots (euro)

1 winstkans op - 1 chance de gain sur

1

50.000

50.000

500 000

5

2.500

12.500

100 000

35

250

8.750

14 285,71

5 000

20

100.000

100

20 000

10

200.000

25

17 500

5

87.500

28,57

75 000

2

150.000

6,67

TOTAAL TOTAL 117 541

TOTAAL TOTAL 608.750

TOTAAL TOTAL4,25


Art. 4.In ieder pakket zijn er van de biljetten drie versies voorhanden, die van elkaar worden onderscheiden door telkens een verschillende afbeelding.

De in het eerste lid bedoelde biljetten vertonen één, twee of drie onderscheiden speelzones. Elke speelzone is bedekt met een ondoorzichtige deklaag die door de speler moet worden afgekrast en waarop een grafische voorstelling, een tekening, een vermelding of een afbeelding kan staan die louter dient ter informatie of ter illustratie.

Art. 5.De voorkant van de biljetten waarop de eerste afbeelding te zien is, telt twee speelzones. Op of onder de ondoorzichtige deklaag die de eerste speelzone bedekt, of in de nabijheid daarvan, staat de vermelding « UW SYMBOOL-VOTRE SYMBOLE-IHR SYMBOL », terwijl op of onder de ondoorzichtige deklaag van de tweede speelzone, of in de nabijheid daarvan, de vermelding « WINNENDE SYMBOLEN-SYMBOLES GAGNANTS- GEWINNSYMBOLE » te lezen is. Nadat de speler de ondoorzichtige deklagen heeft afgekrast, is het volgende te zien : 1° in de eerste speelzone verschijnt één speelsymbool;2° in de tweede speelzone verschijnen drie verschillende speelsymbolen en onder elk van deze symbolen een wisselend, in Arabische cijfers uitgedrukt lotenbedrag dat werd gekozen uit de in artikel 3 bedoelde loten. Een biljet waarop de eerste afbeelding te zien is, is een winnend biljet wanneer het speelsymbool afgedrukt in de speelzone bedoeld in het eerste lid, 1° identiek is aan één van de drie speelsymbolen afgedrukt in de speelzone bedoeld in het eerste lid, 2°. In dat geval komt het toegekende lot overeen met het lotenbedrag dat wordt vermeld onder het speelsymbool waarop de overeenkomst betrekking heeft.

Een biljet waarop de eerste afbeelding te zien is en dat niet beantwoordt aan de overeenstemming die wordt bedoeld in het tweede lid, is altijd verliezend.

Art. 6.De voorkant van de biljetten waarop de tweede afbeelding te zien is, telt drie onderscheiden speelzones. Voor de eventuele toekenning van een lot moet iedere speelzone afzonderlijk beschouwd worden.

Op of onder de ondoorzichtige deklaag die de eerste speelzone afdekt, of in de nabijheid daarvan, zijn de vermeldingen « 1SPEL-JEU-SPIEL » en « WINST-GAIN-GEWINN » afgedrukt.

Op of onder de ondoorzichtige deklaag die de tweede speelzone afdekt, of in de nabijheid daarvan, zijn de vermeldingen « 2SPEL-JEU-SPIEL » en « WINST-GAIN-GEWINN » afgedrukt.

Op of onder de ondoorzichtige deklaag die de derde speelzone afdekt, of in de nabijheid daarvan, zijn de vermeldingen « 3SPEL-JEU-SPIEL » en « WINST-GAIN-GEWINN » afgedrukt.

Nadat de ondoorzichtige deklaag die de 3 speelzones,welke worden bedoeld in het tweede, derde en vierde lid, afdekt is afgekrast verschijnen er in elke voormelde speelzone 5 speelsymbolen welke kunnen verschillen, alsook een variabel bedrag van een lot, uitgedrukt in Arabische cijfers en gekozen onder deze bedoeld in het artikel 3.

De speelzone 1, 2 of 3 is winnend wanneer ze drie identieke speelsymbolen bevat. In dat geval stemt het toegekende lot overeen met het bedrag van het lot dat is afgedrukt in de desbetreffende speelzone.

De speelzone die niet in het geval is dat bedoeld wordt in het zesde lid is altijd verliezend.

Wanneer een biljet waarop de tweede afbeelding te zien is winnend is, bevat het slechts één winnende speelzone.

Art. 7.De voorzijde van de biljetten waarop de derde afbeelding te zien is bevat één speelzone. Op of onder de ondoorzichtige deklaag die de speelzone afdekt, of in de nabijheid daarvan, staat de vermelding « BANK ».

Nadat de speler de ondoorzichtige deklaag heeft afgekrast die de in het eerste lid bedoelde speelzone bedekt, verschijnen er zeven speelsymbolen die geheel of gedeeltelijk kunnen verschillen, en die de afbeelding van een open of gesloten hangslot voorstellen.

De volgende terminologie wordt afgesproken : 1° « winnend speelsymbool » : het symbool met de afbeelding van een open hangslot;2° « niet-winnend speelsymbool » : het symbool met de afbeelding van een gesloten hangslot. De speelzone levert de volgende lotenbedragen op : 1° 2 euro, wanneer het winnend speelsymbool één keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen;2° 5 euro, wanneer het winnend speelsymbool twee keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen;3° 10 euro, wanneer het winnend speelsymbool drie keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen;4° 20 euro, wanneer het winnend speelsymbool vier keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen;5° 250 euro, wanneer het winnend speelsymbool vijf keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen; 6° 2.500 euro, wanneer het winnend speelsymbool zes keer voorkomt onder de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen; 7° 50.000 euro, wanneer de zeven in het tweede lid bedoelde speelsymbolen allemaal het winnend speelsymbool voorstellen.

In de buurt van de speelzone staat er op zichtbare wijze een legende waarin de zeven in het vierde lid bedoelde winstmogelijkheden worden opgelijst, alsook het lotenbedrag dat door elk van die winstmogelijkheden wordt toegewezen.

Een winnende speelzone kan slechts één enkel lot toekennen. Het bedrag daarvan wordt bepaald door het hoogste aantal winnende speelsymbolen dat in die speelzone wordt aangetroffen.

Art. 8.Ieder van de speelsymbolen bedoeld in artikel 5 en 6, kan bestaan uit verschillende grafische, figuratieve, fotografische of andere elementen, die samen een ondeelbaar geheel vormen en afzonderlijk niet als speelsymbolen mogen worden beschouwd.

Art. 9.Op de voor- en/of op de achterkant van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratieve beheer van die biljetten : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers, bedekt met een ondoorzichtige deklaag;3° één of meer zichtbare of met een ondoorzichtige deklaag bedekte streepjescodes. Op de voor- en/of de achterkant van de biljetten worden er cijfers en/of letters vermeld ter identificatie van de uitgifte waartoe de biljetten in kwestie behoren.

Art. 10.Onder de in de artikelen 5 tot en met 7 bedoelde ondoorzichtige deklagen kunnen controlevermeldingen staan waarvan de aard en het grafische formaat door de Nationale Loterij worden vastgelegd. Wanneer er voor die controlevermeldingen gebruik wordt gemaakt van cijfers, dan zijn die cijfers van een kleiner formaat dan de cijfers die overeenstemmen met een mogelijk toegewezen lotenbedrag.

Met de controlevermeldingen wordt er geen enkel lot toegewezen.

De Nationale Loterij heeft als enige het recht om ter controle de in het eerste lid en in artikel 9, eerste lid, 2° en 3°, bedoelde ondoorzichtige deklagen af te krassen.

Art. 11.Teneinde te waarborgen dat de toewijzing van de loten uitsluitend wordt bepaald door het toeval, zonder enige trekking, wordt elke vorm van stelselmatigheid vermeden bij het drukken van de vermeldingen die op deze loten betrekking hebben, en mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen waarmee om het even welk element kan worden onthuld.

In afwijking van de bepalingen van het eerste lid kan er een procédé worden vastgelegd om te garanderen dat de biljetten, waaraan kleine lotenbedragen worden toegewezen, evenwichtig worden verdeeld over alle gedrukte biljetten. Met kleine lotenbedragen worden loten bedoeld waarvan het bedrag voor één lot niet hoger mag liggen dan 20 euro. De som van de kleine lotenbedragen die worden toegekend aan de biljetten die in eenzelfde cellofaanverpakking zitten, stemt overeen met een door de Nationale Loterij vastgesteld bedrag dat niet lager mag liggen dan 35 euro.

Art. 12.Vanaf de aankoop van de biljetten zijn de loten betaalbaar aan de houder tegen afgifte van de winnende biljetten, tot en met de laatste dag van een termijn van twaalf maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren, onder de volgende voorwaarden : 1° onder voorbehoud van de bepalingen van het tweede lid zijn de loten betaalbaar in de fysieke verkooppunten van de Nationale Loterij, gedurende een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren.Met de genoemde fysieke verkooppunten heeft de Nationale Loterij een overeenkomst gesloten waarin zij worden erkend als officiële verkopers van de spelen van de Nationale Loterij; 2° de loten zijn betaalbaar gedurende een termijn van tien extra maanden bovenop de in 1° bedoelde termijn, uitsluitend ten zetel van de Nationale Loterij of in haar regionale kantoren.De gegevens van die regionale kantoren staan op de website van de Nationale Loterij of kunnen bij haar worden verkregen.

De loten van 50.000 en 2.500 euro zijn uitsluitend betaalbaar ten zetel van de Nationale Loterij of, indien de Nationale Loterij dat opportuun acht, in haar regionale kantoren.

Art. 13.Voor elke biljettenuitgifte worden de afsluitingsdatum van de verkoop en de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetaling van de loten bekendgemaakt door de Nationale Loterij met alle door haar nuttig geachte middelen.

Art. 14.De loten die niet binnen de in artikel 12, eerste lid, vastgelegde termijn van twaalf maanden worden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.

Art. 15.Onder voorbehoud van rechterlijke beroepen moeten klachten over de loten, op straffe van verval, binnen de in artikel 12, eerste lid, bedoelde termijn van twaalf maanden worden ingediend. Ze moeten aan de Nationale Loterij worden gericht via een aangetekende postzending of in ruil voor een ontvangstbewijs bij de Nationale Loterij worden afgegeven.

Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde van dat biljet moet de speler zijn naam, voornaam en adres vermelden. Wanneer een biljet, dat het voorwerp uitmaakt van een klacht, door de reclamant zelf wordt afgegeven ten zetel van de Nationale Loterij of in een Regionaal Kantoor van de Nationale Loterij, dan wordt er ten gunste van de reclamant een bewijs van afgifte opgesteld.

Art. 16.Het is minderjarigen verboden deel te nemen.

Art. 17.De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit van de houder wordt evenwel geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval wordt het biljet door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte; 2° als het vermoeden bestaat dat de houder van het biljet minderjarig is;3° als het vermoeden bestaat dat de houder het biljet op onrechtmatige wijze heeft verworven;4° als om het even welke wettelijke bepaling daarin voorziet.

Art. 18.Onder voorbehoud van rechterlijke beroepen wordt geen enkel bezwaar aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.

Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.

Art. 19.De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de spelers, behalve wanneer laatstgenoemden daaraan verzaken.

Art. 20.De biljetten kunnen nog de volgende vermeldingen bevatten : 1° uitleg, voorschriften en informatie bestemd voor de deelnemers;2° reclame ten gunste van de Nationale Loterij en, in ruil voor een financiële of andere compensatie, ten gunste van derden met wie de Nationale Loterij het commercieel opportuun acht om samen te werken teneinde haar activiteiten te promoten.

Art. 21.Dit besluit treedt in werking op 10 maart 2014.

Art. 22.De minister bevoegd voor de Nationale Loterij is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 januari 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, K. GEENS

^