gepubliceerd op 10 april 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de ploegenpremies
26 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de ploegenpremies (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de ploegenpremies.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 februari 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota's (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001 Ploegenpremies (Overeenkomst geregistreerd op 26 juli 2001 onder het nummer 58157/CO/116)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen welke onder het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid ressorteren.
Onder "arbeiders" wordt verstaan : de arbeiders en de arbeidsters.
Art. 2.De bedragen van de minimum ploegenpremies worden als volgt vastgelegd.
Vanaf 1 maart 2001, indexering toepast op 1 maart 2001 inbegrepen : Morgenploeg : 0,4378 EUR per uur;
Namiddagploeg : 0,4378 EUR per uur;
Nachtploeg : 1,5464 EUR per uur.
Art. 3.De minimum ploegenpremies vastgelegd in artikel 2 stemmen overeen met een daadwerkelijke wekelijkse arbeidsduur van veertig uren.
Wanneer de wekelijkse arbeidsduur van 40 uren per week daadwerkelijk verminderd is met perequatie van het loon, worden bovenstaande minimum ploegenpremies evenredig geperequateerd.
De in het vorig lid van dit artikel voorziene perequatie gebeurt zonder afronding, conform artikel 4 hierna : a) tot 31 december 2001 wordt het resultaat van de perequatie van de ploegenpremies, in Belgische franken, uitgedrukt tot de tweede decimaal. Voorbeeld. 40 uur per week = 17,6664 BEF (toegepast bedrag : 17,66 BEF).
Perequatie naar 38 uur per week : 17,6664 x 40/38 = 18,5962.
Na de perequatie worden de cijfers na de tweede decimaal niet in acht genomen en wordt het toegepast bedrag : 18,59 BEF. b) vanaf 1 januari 2002 wordt het resultaat van de perequatie van de ploegenpremies, in euro, uitgedrukt tot de vierde decimaal. Voorbeeld van perequatie vanaf 1 januari 2002 40 uur per week = 0,4378 EUR. Perequatie naar 38 uur per week : 0,4378 x 40/38 = 0,46084.
Na de perequatie worden de cijfers na de vierde decimaal niet in acht genomen en wordt het toegepast bedrag : 0,4608 EUR.
Art. 4.De ploegenpremies vastgelegd in artikel 2, die overeenstemmen met spilindexcijfer 106,47 (basis 1996 = 100), zijn gekoppeld aan het indexcijfer van de consumptieprijzen, overeenkomstig : a) tot 31 december 2001 : de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 maart 1998 gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, tot koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen;de ploegenpremies worden uitgedrukt tot de tweede decimaal, maar het resultaat wordt niet afgerond. b) vanaf 1 januari 2002 : de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 mei 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, tot koppeling van de lonen aan het indexcijfer van de consumptieprijzen;de ploegenpremies worden uitgedrukt tot de vierde decimaal, maar het resultaat wordt niet afgerond.
Art. 5.De gunstiger stelsels die in de ondernemingen bestaan, blijven behouden.
Art. 6.Overgang naar de euro De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor een onbepaalde duur. Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 maart 1999 gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid betreffende de ploegenpremies en heeft uitwerking met ingang van 1 maart 2001.
Zij kan door elk der partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt toegezonden. De poststempel geldt als bewijs.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 februari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX