gepubliceerd op 18 april 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, betreffende het vervoer van de werklieden
26 FEBRUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, betreffende het vervoer van de werklieden (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, betreffende het vervoer van de werklieden.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 26 februari 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2001 Vervoer van de werklieden (Overeenkomst geregistreerd op 21 augustus 2001 onder het nummer 58602/CO/142.03) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters, hierna werklieden genoemd, van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier. HOOFDSTUK II. - Verplaatsingskosten
Art. 2.De tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten van de werklieden bedraagt 100 pct. met uitzondering voor de werklieden die zich met bedrijfsmateriaal verplaatsen waarvoor géén verplaatsingskosten verschuldigd zijn.
Deze regel wordt enkel toegepast op de nieuwe arbeidsovereenkomsten, zodanig dat de bestaande regelingen blijven behouden.
Art. 3.De tussenkomst van de werkgever aan 100 pct. is vastgelegd in verhouding tot de afstand, op basis van de prijs van de treinkaarten.
De tarieven in bijlage zijn van toepassing vanaf 1 februari 2001.
Het is duidelijk dat alle later aangebrachte wijzigingen van toepassing zullen zijn. HOOFDSTUK III. - Terugbetalingstijdstip
Art. 4.De bijdrage van de werkgevers in de door de werklieden gedragen vervoerskosten zal maandelijks betaald worden. HOOFDSTUK IV. - Modaliteiten van terugbetaling
Art. 5.De tussenkomst van de werkgever in de vervoerskosten zal betaald worden op voorlegging van de vervoerbewijzen, uitgereikt door de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen en/of andere maatschappijen van gemeenschappelijk openbaar vervoer.
Art. 6.De werklieden, die geregeld een vervoermiddel benutten ander dan het gemeenschappelijk openbaar vervoer om zich van hun woonplaats naar hun plaats van tewerkstelling te begeven leggen aan hun werkgever een ondertekende verklaring voor waarin verzekerd wordt dat zij geregeld over dit vervoermiddel benutten en preciseren het aantal effectief gereden kilometers.
Zij zullen ervoor zorgen iedere wijziging van deze toestand in de kortst mogelijk tijd mede te delen.
De werkgever mag op elk ogenblik nagaan of deze verklaring met de werkelijkheid strookt. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt deze van 30 april 1991 gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier tot vaststelling van de bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 10 oktober 1991 (Belgisch Staatsblad van 13 november 1991).
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juni 2001 en geldt voor onbepaalde duur. Zij kan door één van de partijen opgezegd worden met een opzeg van zes maanden betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 februari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX
Bijlage - Treinkaartprijzen (2e klas) vanaf 1 februari 2001 Annexe - Cartes train (2e classe) à partir du 1er février 2001 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 februari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX