gepubliceerd op 04 november 2000
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende een aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkeringen
25 SEPTEMBER 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende een aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkeringen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, betreffende een aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkeringen.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 25 september 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de voedingsnijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 Aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkeringen (Overeenkomst geregistreerd op 9 juli 1999 onder het nummer 51288/CO/118) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de arbeiders van de voedingsnijverheid, met uitzondering van de sector van de bakkerijen en de artisanale banketbakkerijen. § 2. Met "arbeiders" worden de mannelijke en de vrouwelijke arbeiders bedoeld. HOOFDSTUK II Aanvullende vergoeding boven de werkloosheidsuitkering
Art. 2.Bij ontslag door de werkgever om economische of technische reden ontvangen de arbeiders, boven de werkloosheidsuitkeringen waarop zij recht hebben, een bijzondere vergoeding - bestaanszekerheidsvergoeding genaamd - ten laste van de werkgever.
Art. 3.De bestaanszekerheidsvergoeding bedraagt 120 BEF per werkloosheidsdag gedekt door een werkloosheidsvergoeding.
Art. 4.Deze vergoeding is verschuldigd gedurende de periode na de uitdiensttreding van 3 maand per aangesneden schijf van 5 jaar dienst bij dezelfde werkgever. Deze periode wordt echter ingekort met de periode gedekt door een opzeggingstermijn of een verbrekingsvergoeding.
Art. 5.Deze vergoeding kan niet gecumuleerd worden met de vergoeding wegens collectief ontslag. HOOFDSTUK III. - Looptijd van de overeenkomst
Art. 6.De bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst treden in werking op 3 april 1999 en gelden voor onbepaalde duur.
Deze overeenkomst kan, door één der partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden gericht, per aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid en aan de erin vertegenwoordigde organisaties.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 25 september 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX