gepubliceerd op 29 december 2001
Koninklijk besluit tot verhoging van de bedragen van het bestaansminimum
24 DECEMBER 2001. - Koninklijk besluit tot verhoging van de bedragen van het bestaansminimum
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het recht op een bestaansminimum, laatst gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000; inzonderheid op artikel 2, § 1, gewijzigd bij de wet van 7 november 1987 en bij de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen;
Gelet op het koninklijk besluit van 20 december 1988 tot verhoging van de bedragen van het bestaansminimum;
Gelet op het koninklijk besluit van 24 mei 1991 tot verhoging van de bedragen van het bestaansminimum vastgesteld voor de tweede door de wet bepaalde categorie;
Gelet op het koninklijk besluit van 6 mei 1994 tot verhoging van de bedragen van het bestaansminimum;
Gelet op het koninklijk besluit van 11 december 2001 tot uniformering van de spilindexen in de aangelegenheden bedoeld in artikel 78 van de Grondwet die ressorteren onder het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, inzonderheid op het artikel 20;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 17 december 2001;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 18 december 2001;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat het ontwerp van wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie ter vervanging van de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het recht op een bestaansminimum, zich nog in de fase van de voorbereidende parlementaire werkzaamheden bevindt en aldus de oorspronkelijk voorziene datum van inwerkingtreding op 1 januari 2002 niet kan gehaald worden; dat desalniettemin de belangen van de bestaansminimumgerechtigden dienen gevrijwaard te worden in die zin dat de op 1 januari 2002 voorziene verhoging van de bestaansminimumbedragen voor de huidige categorieën van begunstigden niet in de tijd mag worden uitgesteld; dat daarenboven deze nieuwe bedragen van het bestaansminimum, met 4 % verhoogd, de bedragen moeten vervangen die voorkomen in het koninklijk besluit van 11 december 2001 tot uniformering van de spilindexen in de aangelegenheden bedoeld in artikel 78 van de Grondwet die ressorteren onder het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu dewelke in euro zijn uitgedrukt en gebonden aan de referentie-spilindex die wordt gehanteerd voor alle sociale uitkeringen, dat dit in Ministerraad overleg besluit bijgevolg dringend moet genomen worden;
Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.De bedragen van het bestaansminimum, vermeld in artikel 2, § 1, van de wet van 7 augustus 1974 tot instelling van het recht op een bestaansminimum, voor de verschillende categorieën van gerechtigden, worden als volgt gewijzigd : 1° 8 800 EUR voor samenwonende echtgenoten;2° 8 800 EUR voor een persoon die enkel samenwoont met hetzij een minderjarig ongehuwd kind te zijnen laste, hetzij meerdere kinderen, onder wie minstens één ongehuwd minderjarig kind te zijnen laste;3° 6 600 EUR voor een alleenstaand persoon;4° 4 400 EUR voor elke andere persoon die met één of meerdere personen samenwoont, onverschillig of zij al dan niet bloed- of aanverwant zijn.
Art. 2.Het artikel 20 van het koninklijk besluit van 11 december 2001 tot uniformering van de spilindexen in de aangelegenheden bedoeld in artikel 78 van de Grondwet die ressorteren onder het Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, wordt ingetrokken.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2002.
Art. 4.Onze Minister van Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 24 december 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Maatschappelijke Integratie, J. VANDE LANOTTE