gepubliceerd op 29 september 2005
Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd "Baraka", een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij
24 AUGUSTUS 2005. - Koninklijk besluit tot bepaling van de uitgiftevoorschriften van de loterij met biljetten, genaamd "Baraka", een door de Nationale Loterij georganiseerde openbare loterij
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 19 april 2002 tot rationalisering van de werking en het beheer van de Nationale Loterij, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, en op artikel 6, § 1, 1° en 3°, gewijzigd bij de Programmawet I van 24 december 2002;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Overwegende dat de evolutie van het gedrag van het publiek de Nationale Loterij tot de vaststelling heeft gebracht dat de aantrekkingskracht van de vormen van de door haar georganiseerde openbare loterijen, in het bijzonder met biljetten, sneller afneemt dan vroeger, waardoor de levensduur van dergelijke vormen van loterijen sterk wordt verkort;
Overwegende dat een dergelijke verminderde aantrekkingskracht een versnelde vernieuwing van de genoemde vormen van loterijen onontbeerlijk maakt teneinde aan de verwachtingen van de deelnemers te kunnen beantwoorden;
Overwegende dat een verhoogd aanbod van nieuwe vormen van loterijen met biljetten deel uitmaakt van de opdracht van de Nationale Loterij, in haar hoedanigheid van sociaal verantwoordelijke en professionele aanbieder van speelplezier, om het gedrag van de deelnemers te kanaliseren in de richting van spelen waarvan het verslavingsrisico haast onbestaande is;
Overwegende dat deze kanalisatieopdracht tot het takenpakket behoort waarmee de Belgische Staat de Nationale Loterij heeft belast krachtens het beheerscontract dat tussen beide partijen werd gesloten;
Overwegende dat de Nationale Loterij absoluut zeer dringend de vereiste maatregelen moet treffen om deze sociale doelstelling na te komen;
Overwegende dat één van bovengenoemde maatregelen bestaat in de lancering van de vorm van loterij die door dit besluit wordt bekrachtigd;
Overwegende dat de concretisering van deze maatregel belangrijke voorbereidende werkzaamheden vereist, zowel op technisch als op organisatorisch vlak, die onverwijld van start moeten gaan;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gewettigd door de bovenstaande overwegingen;
Op de voordracht van Onze Minister van Overheidsbedrijven, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit reglement is van toepassing op de door de Nationale Loterij onder de naam "Baraka" uitgegeven loterij met biljetten. "Baraka" is een loterij met biljetten waarvan de loten uitsluitend zonder trekking worden toegewezen door middel van vermeldingen op het biljet dat een lot al dan niet wordt toegekend, en dit volgens een door het toeval bepaalde verdeling. De vermeldingen in kwestie zitten verborgen onder een door de deelnemer af te krassen ondoorzichtige deklaag.
Art. 2.Het aantal biljetten van elke uitgifte wordt door de Nationale Loterij vastgesteld hetzij op 1.000.000, hetzij op veelvouden van 1.000.000.
De verkoopprijs van een biljet is vastgelegd op 4 euro.
Art. 3.Voor iedere hoeveelheid van 1.000.000 uitgegeven biljetten wordt het aantal loten vastgesteld op 300.901, die worden verdeeld volgens onderstaande tabel : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 4.Elk biljet bestaat uit twee luiken waarvan de voorzijdes naar elkaar toe zijn geplooid. Om deze twee aan één zijde met elkaar verbonden luiken te ontplooien, moet de deelnemer de drie overige zijstroken verwijderen. Beide luiken vormen één geheel en mogen, noch voor de verkoop, noch voor de inning van winnende biljetten, niet van elkaar losgemaakt worden.
Het biljet bevat vier verschillende spelen die respectievelijk "Spel 1", "Spel 2", "Spel 3" en "Spel 4" worden genoemd, waarvan de spelprincipes voor de toewijzing van de loten worden bepaald in de artikelen 5 tot en met 9.
Art. 5.§ 1. De voor "Spel 1" bestemde ruimte, waarop een tafelvoetbaltafel is afgebeeld, bevat drie duidelijk afgebakende zones die bedekt zijn met een door de deelnemer af te krassen ondoorzichtige deklaag.
De deklaag, welke de zich links van de tafelvoetbaltafel bevindende zone afdekt, draagt de vermelding "SCORE ADVERSAIRE - SCORE TEGENSTANDER - GEGNERISCHE PUNKTZAHL".
De deklaag, welke de zich centraal op de tafelvoetbaltafel bevindende zone afdekt, draagt de vermelding "GAIN - WINST - GEWINN".
De deklaag, welke de zich rechts van de tafelvoetbaltafel bevindende zone afdekt, draagt de vermelding "VOTRE SCORE - UW SCORE - IHRE PUNKTZAHL". § 2. Onder de in § 1, tweede lid bedoelde ondoorzichtige deklaag wordt een puntenaantal tussen 1 en 9 vermeld.
Onder de in § 1, derde lid bedoelde ondoorzichtige deklaag wordt een in Arabische cijfers uitgedrukt lotenbedrag vermeld.
Onder de in § 1, vierde lid bedoelde ondoorzichtige deklaag wordt een puntenaantal tussen 1 en 9 vermeld. § 3. Het spel waarvan het puntenaantal bedoeld in § 2, derde lid hoger is dan het puntenaantal vermeld in § 2, eerste lid, geeft recht op een lot. In dat geval stemt het toegekende lotenbedrag overeen met het bedrag bedoeld in § 2, tweede lid.
Het spel dat niet aan de eigenschap bedoeld in het eerste lid beantwoordt, is nooit winnend.
Art. 6.De voor "Spel 2" bestemde ruimte bevat een cirkelvormige, duidelijk afgebakende zone die bedekt is met een door de deelnemer af te krassen ondoorzichtige deklaag, waarop een dartsbord is afgebeeld.
Onder de in het eerste lid bedoelde ondoorzichtige deklaag staat de afbeelding gedrukt van een doelwit duidelijk bestaande uit vier cirkelvormige en concentrische zones die elk een verschillende kleur hebben. In dit doelwit staan tevens, op van biljet tot biljet verschillende plaatsen, vijf grafische symbolen afgedrukt die elk een trefpunt van een dartspijl voorstellen.
Het spel waarbij zich in één van de vier zones bedoeld in het tweede lid drie grafische symbolen, die een trefpunt van een dartspijl voorstellen, bevinden, geeft recht op een lot. In dat geval stemt het toegekende lotenbedrag overeen met het in Arabische cijfers uitgedrukte bedrag dat vermeld staat in de cirkelvormige zone die de drie trefpunten bevat.
Het spel dat niet aan de eigenschap bedoeld in het derde lid beantwoordt, is nooit winnend.
Art. 7.De voor "Spel 3" bestemde ruimte bevat drie duidelijk afgebakende zones die bedekt zijn met een door de deelnemer af te krassen ondoorzichtige deklaag, die elk de grafische voorstelling van een dobbelsteen nabootsen.
Onder de ondoorzichtige deklaag van de drie in het eerste lid bedoelde zones staat telkens één vlak van een dobbelsteen afgebeeld, waarop 1, 2, 3, 4, 5 of 6 ogen staan afgedrukt, waarbij het aantal ogen kan verschillen van het ene dobbelsteenvlak tot het andere.
Geeft recht op een lot van : 1° 1 euro, het spel waarbij op elk van de drie in het tweede lid bedoelde dobbelsteenvlakken 1 oog staat afgedrukt;2° 2 euro, het spel waarbij op elk van de drie in het tweede lid bedoelde dobbelsteenvlakken 2 ogen staan afgedrukt;3° 4 euro, het spel waarbij op de drie in het tweede lid bedoelde dobbelsteenvlakken respectievelijk 1, 2 en 3 ogen staan afgedrukt, ongeacht de volgorde van de dobbelstenen;4° 500 euro, het spel waarbij op de drie in het tweede lid bedoelde dobbelsteenvlakken respectievelijk 4, 5 en 6 ogen staan afgedrukt, ongeacht de volgorde van de dobbelstenen; 5° 200.000 euro, het spel waarbij op de drie in het tweede lid bedoelde dobbelsteenvlakken respectievelijk 1, 2 en 4 ogen staan afgedrukt, ongeacht de volgorde van de dobbelstenen.
Het spel dat niet met een van de vijf in het derde lid bedoelde gevallen overeenstemt, is nooit winnend.
Art. 8.De voor "Spel 4" bestemde ruimte bevat vier duidelijk afgebakende zones die bedekt zijn met een door de deelnemer af te krassen ondoorzichtige deklaag, die elk de grafische voorstelling van een dominosteen nabootsen.
Onder de ondoorzichtige deklaag van de vier in het eerste lid bedoelde zones staat telkens één dominosteen afgebeeld, waarvan de helften, gescheiden door een lijn, een aantal ogen dat 1, 2, 3, 4, 5 of 6 bedraagt, bevatten, waarbij het aantal ogen op de ene helft van een dominosteen kan verschillen van het aantal ogen op de andere helft.
Geeft recht op een lot van : 1° 1 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 1 oog bevatten;2° 2 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 2 ogen bevatten;3° 9 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 3 ogen bevatten;4° 50 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 4 ogen bevatten; 5° 1.000 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 5 ogen bevatten; 6° 200.000 euro, het spel waarop een dominosteen voorkomt waarvan de helften elk 6 ogen bevatten.
Het spel dat niet met een van de zes in het derde lid bedoelde gevallen overeenstemt, is nooit winnend.
Art. 9.Wat betreft de toewijzing van de loten, staan de vier spelen bedoeld in de artikelen 5 tot en met 8 los van elkaar en dienen zij bijgevolg afzonderlijk te worden beschouwd.
Een winnend biljet kan 1, 2, 3 of 4 winnende spelen bevatten. Wanneer het winnende biljet 2, 3 of 4 winnende spelen bevat, geeft het recht op een samengeteld lotenbedrag.
Wanneer een biljet een lot wint van : 1° 200.000 euro, 1.000 euro, 500 euro of 50 euro, dan bevat het biljet in kwestie altijd slechts één winnend spel; 2° 15 euro, dan bevat het biljet in kwestie hetzij drie winnende spelen die respectievelijk 9 euro, 4 euro en 2 euro toekennen, hetzij vier winnende spelen waarvan er drie elk 2 euro toekennen en één 9 euro;3° 9 euro, dan bevat het biljet in kwestie hetzij één winnend spel dat 9 euro toekent, hetzij drie winnende spelen waarvan er twee elk 4 euro toekennen en één 1 euro, hetzij vier winnende spelen waarvan er twee elk 2 euro toekennen, één 4 euro en één 1 euro;4° 4 euro, dan bevat het biljet in kwestie hetzij één winnend spel dat 4 euro toekent, hetzij twee winnende spelen die elk 2 euro toekennen, hetzij drie winnende spelen waarvan er twee elk 1 euro toekennen en één 2 euro. Elk biljet waarvan de spelen niet overeenstemmen met één van de 4 mogelijkheden bedoeld in het derde lid, is nooit winnend.
Art. 10.Op de voor- of op de achterkant van de biljetten kunnen de volgende vermeldingen staan, uitsluitend voor de controle en het administratieve beheer van deze biljetten : 1° een reeks zichtbare cijfers;2° een reeks cijfers, bedekt met een ondoorzichtige deklaag;3° één of meer zichtbare streepjescodes.
Art. 11.In de met een ondoorzichtige deklaag bedekte speelzones kunnen er onder die ondoorzichtige deklaag controlevermeldingen staan onder elke vorm die de Nationale Loterij nuttig acht.
Alleen de Nationale Loterij heeft het recht om, ter controle, de in het eerste lid en in artikel 10, 2°, bedoelde ondoorzichtige deklagen van de onverkochte biljetten af te krassen.
Art. 12.Teneinde te waarborgen dat de toewijzing van de loten enkel wordt bepaald door het toeval : 1° wordt elke vorm van stelselmatigheid vermeden bij het drukken van de vermeldingen die betrekking hebben op de toewijzing van de loten;2° mogen de biljetten uiterlijk geen enkel verschil vertonen waarmee elementen kunnen worden onthuld met betrekking tot de toewijzing van de loten. Op de voor- of op de achterkant van de biljetten worden er cijfers en/of letters vermeld ter identificatie van de uitgifte waartoe deze biljetten behoren. Het aantal uitgiften wordt vastgelegd door de Nationale Loterij.
Art. 13.De loten zijn betaalbaar aan de houder tegen afgifte van de winnende biljetten bij de verkopers, vanaf de aankoop van de biljetten tot en met de laatste dag van een termijn van twee maanden, te rekenen vanaf de afsluitingsdatum van de verkoop van de uitgifte waartoe de biljetten behoren. De loten van 200.000 euro zijn ook betaalbaar ten zetel van de Nationale Loterij.
Art. 14.Voor elke biljettenuitgifte worden de afsluitingsdatum van de verkoop en de daarmee samenhangende afsluitingsdatum van de uitbetaling van de loten door de Nationale Loterij bekendgemaakt met alle door haar nuttig geachte middelen.
Art. 15.De loten die niet binnen de in artikel 13 vastgelegde termijn werden opgeëist, verblijven aan de Nationale Loterij.
Art. 16.Klachten over de uitbetaling van de loten moeten, op straffe van verval, binnen de in artikel 13 bedoelde termijn van twee maanden worden ingediend. Ze moeten per aangetekende brief aan de Nationale Loterij worden gericht of in ruil voor een ontvangstbewijs bij de Nationale Loterij worden afgegeven.
Elke klacht moet vergezeld gaan van het betrokken biljet. Op de keerzijde van het biljet moet de deelnemer zijn naam, voornaam en adres vermelden.
Art. 17.Het is alle minderjarigen verboden deel te nemen.
Art. 18.De Nationale Loterij erkent slechts één eigenaar van een winnend biljet, namelijk de houder ervan. De staving van de identiteit wordt evenwel geëist : 1° als er twijfel bestaat over de geldigheid van het biljet, als het besmeurd, gescheurd, onvolledig of herplakt is.In dat geval wordt het biljet door de Nationale Loterij ingehouden totdat ze een beslissing heeft genomen, en ontvangt de houder van het biljet een bewijs van afgifte; 2° als dit noodzakelijk is voor de door de Nationale Loterij vastgelegde betalingswijze van de loten;3° als het vermoeden bestaat dat de houder van het biljet minderjarig is;4° als het vermoeden bestaat dat de houder het biljet op onrechtmatige wijze heeft verworven;5° als om het even welke wettelijke bepaling daarin voorziet.
Art. 19.Geen enkel bezwaar noch verzet wordt aanvaard bij diefstal, verlies of vernietiging van een biljet of van een ten gunste van de houder opgesteld bewijs van afgifte.
Elk bedrog dat wordt gepleegd om een lot uitgekeerd te krijgen, in het bijzonder elke valsheid in geschrifte of elk gebruik ervan, geeft aanleiding tot een klacht bij het parket.
De Nationale Loterij en de tussenpersonen van haar distributienet respecteren de anonimiteit van de deelnemers, behalve wanneer laatstgenoemden hieraan verzaken.
Art. 20.De biljetten kunnen nog de volgende vermeldingen bevatten : 1° uitleg, voorschriften en informatie bestemd voor de deelnemers;2° reclame ten gunste van de Nationale Loterij en, in ruil voor een financiële of andere compensatie, ten gunste van derden met wie de Nationale Loterij het commercieel opportuun acht om samen te werken teneinde haar activiteiten te promoten.
Art. 21.In het kader van promotie-acties die door de Nationale Loterij alleen of samen met derden worden georganiseerd, kunnen er extra loten in natura of in speciën worden toegekend, hetzij door een trekking, hetzij door een wedstrijd. De voorwaarden van deze promotie-acties worden door de Nationale Loterij bepaald en bekendgemaakt met alle door haar nuttig geachte middelen.
Het is minderjarigen verboden deel te nemen aan de in het eerste lid bedoelde promotie-acties.
Art. 22.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 23.Onze Minister bevoegd voor de Nationale Loterij is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 24 augustus 2005.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Overheidsbedrijven, J. VANDE LANOTTE