Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 augustus 2000
gepubliceerd op 29 augustus 2000

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten

bron
ministerie van binnenlandse zaken
numac
2000000612
pub.
29/08/2000
prom.
24/08/2000
ELI
eli/besluit/2000/08/24/2000000612/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 AUGUSTUS 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben ter ondertekening voor te leggen aan Uwe Majesteit, strekt ertoe het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten, te wijzigen opdat de bepalingen van dat besluit van toepassing gemaakt worden op de begunstigden van giften van 5 000 F en meer die gedaan worden voor de komende verkiezingen die op plaatselijk vlak georganiseerd worden.

Krachtens artikel 13bis van de wet van 7 juli 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de provincieraden, de gemeenteraden en de districtsraden en voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk welzijn, zoals ingevoegd door de wet van 12 augustus 2000, is de Koning daadwerkelijk belast met het bepalen, door een in Ministerraad overlegd besluit, van de registratie- en indieningsmodaliteiten.

Het voormelde besluit van 10 december 1998 moest derhalve dienovereenkomstig aangepast worden.

Dat is het onderwerp van dit besluit.

Dit besluit treedt in werking op de dag van de inwerkingtreding van de wet van 12 augustus 2000 tot wijziging, wat de verkiezingsuitgaven betreft, van sommige wetten inzake de verkiezing van de provincie-gemeente- en districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn, wat de verkiezingsuitgaven betreft, waaronder de voormelde wet van 7 juli 1994.

Gelet op het feit dat de wet door het Parlement is aangenomen en eerlang in werking treedt, wordt de dringende noodzakelijkheid ingeroepen.

Ik heb de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE

24 AUGUSTUS 2000. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 oktober 1921 tot regeling van de provincieraadsverkiezingen, inzonderheid op artikel 11, § 5, vijfde lid, gewijzigd bij de wetten van 7 juli 1994 en 12 augustus 2000;

Gelet op de gemeentekieswet, gecoördineerd op 4 augustus 1932, inzonderheid op artikel 23, § 2, eerste en tweede lid, vervangen door de wet van 5 juli 1976 en gewijzigd bij de wetten van 9 juni 1982, 2 augustus 1988, 16 juli 1993, 11 april 1994, 24 mei 1994, 7 juli 1994, 10 april 1995, 27 januari 1999 en 12 augustus 2000;

Gelet op de wet van 7 juli 1994 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezing van de provincieraden, de gemeenteraden en de districtsraden en voor de rechtstreekse verkiezing van de raden voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 8, tweede lid, gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000, artikel 13, tweede lid, ingevoegd bij de wet van 12 augustus 2000, en artikel 13bis, ingevoegd bij de wet van 12 augustus 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van financiën, gegeven op 26 juni 2000;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, eerste lid, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de wet tot wijziging van sommige wetten inzake de verkiezing van provincie-, gemeente- en districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn, wat de verkiezingsuitgaven betreft, door het Parlement is gestemd en eerlang in werking treedt;

Overwegende dat het koninklijk besluit tegelijk met de wet in werking dient te treden;

Op de voordracht van Onze Minister van Binnenlandse Zaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 10 december 1998 tot vaststelling van de modaliteiten inzake het registreren van de identiteit van de natuurlijke personen die giften doen van 5 000 F en meer aan politieke partijen en hun componenten, lijsten, kandidaten en politieke mandatarissen, en tot bepaling van de formaliteiten voor het indienen van de desbetreffende jaaroverzichten, worden de woorden « de provincieraden, gemeenteraden, districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn, » ingevoegd tussen de woorden « de Raad van de Duitstalige Gemeenschap, » en de woorden « stelt elk van de kandidaten »;

Art. 2.Artikel 5 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met het volgende lid : « De eerste overzichten betreffende de verkiezing van de provincie-, gemeente- en districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn van 8 oktober 2000 waarvan de opstellingsmodaliteiten bepaald worden door dit besluit, hebben betrekking op het jaar 2000 vanaf het in werking treden van de wet van 12 augustus 2000 tot wijziging van sommige wetten inzake de verkiezing van de provincie-, gemeente- en districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn, wat de verkiezingsuitgaven betreft, en worden ten laatste op 30 april 2001 aan de in artikel 4 bedoelde Controlecommissie bezorgd. ».

Art. 3.In de bijlage van hetzelfde besluit worden telkens de woorden « de provincieraad, de gemeenteraad, de districtsraad, de raad voor maatschappelijk welzijn, » ingevoegd tussen de woorden « de Raad van de Duitstalige Gemeenschap » en de woorden « en die in die hoedanigheid ».

Art. 4.Dit beslut treedt in werking op dezelfde datum van de wet van 12 augustus 2000 tot wijziging van sommige wetten inzake de verkiezing van de provincie-, gemeente- en districtsraden en raden voor maatschappelijk welzijn, wat de verkiezingsuitgaven betreft.

Art. 5.Onze Minister van Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 24 augustus 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse zaken, A. DUQUESNE

^