Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 oktober 2006
gepubliceerd op 13 november 2006

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006203080
pub.
13/11/2006
prom.
23/10/2006
ELI
eli/besluit/2006/10/23/2006203080/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 4 augustus 1996 betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk, inzonderheid op artikel 4, § 1, gewijzigd bij de wetten van 7 april 1999 en 11 juni 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk, inzonderheid op artikel 11, § 2;

Gelet op advies van de Hoge Raad voor preventie en bescherming op het werk, gegeven op 4 november 2005;

Gelet op advies nr. 40.906/1/V van de Raad van State, gegeven op 8 augustus 2006, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 11, § 2, van het koninklijk besluit van 3 mei 1999 betreffende de bescherming van de jongeren op het werk worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het tweede lid, 2°, wordt vervangen als volgt : « Overeenkomstig de bepalingen betreffende het gebruik van arbeidsmiddelen, inzonderheid artikel 14.1 van Titel VI, Hoofdstuk II, Afdeling II, onderafdeling III van de Codex, neemt de werkgever de

nodige maatregelen om zich er van te verzekeren dat de studenten-werknemers die belast worden met de bediening van deze toestellen, voldoende zin voor verantwoordelijkheid hebben en zij een adequate opleiding hebben gekregen voor het veilig besturen van deze arbeidsmiddelen. » 2° het tweede lid, 3°, wordt aangevuld met de woorden « en de rem in werking stellen »;3° § 2 wordt aangevuld met de volgende leden : « In afwijking van het tweede lid, mogen gemotoriseerde transportwerktuigen met geringe hefhoogte met meelopende bestuurder waarvan de snelheid beperkt is tot 6 km/uur ook bediend worden door studenten-werknemers van 16 tot 18 jaar. De term « met geringe hefhoogte » duidt op het heffen van de last op een hoogte die juist voldoende is om deze last vrij te kunnen vervoeren. »

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^