gepubliceerd op 29 december 2001
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende het protocol van sectorale collectieve arbeidsovereenkomst 1999-2000
23 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende het protocol van sectorale collectieve arbeidsovereenkomst 1999-2000 (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken, betreffende het protocol van sectorale collectieve arbeidsovereenkomst 1999-2000.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 november 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de internationale handel, het vervoer en de aanverwante bedrijfstakken Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1999 Protocol van sectorale collectieve arbeidsovereenkomst 1999-2000 (Overeenkomst geregistreerd op 8 oktober 1999 onder het nummer 52548/CO/226) Voorwoord
Artikel 1.Dit protocol wordt gesloten in uitvoering van het interprofessioneel sociaal akkoord 1999-2000 van 8 december 1998, dat de sectoren uitnodigt om tewerkstellingsakkoorden af te sluiten met tewerkstellingsformules die het best aangepast zijn aan de kenmerken van de sector en van de ondernemingen van hun bedrijfstak. Derhalve beoogt dit protocol uitdrukkelijk de bevordering van de tewerkstelling.
Vorming
Art. 2.De sectorale sociale partners bevestigen hun sociaal engagement om een bijkomende inspanning te realiseren op het vlak van permanente vorming door : - de verlenging van de bestaande collectieve arbeidsovereenkomst risicogroepen; - de oprichting van een paritair beheerd vormingsfonds met als doel : - de sectorale opleidingsinitiatieven te bevorderen; - bedrijfsgerichte opleidingen te financieren; - opleiding van risicogroepen.
Deze doelstellingen dienen verder te worden uitgewerkt in de raad van bestuur van het sociaal fonds uiterlijk tegen 1 januari 2000.
Tewerkstelling
Art. 3.3.1. De wekelijkse arbeidsduur van toepassing in de individuele onderneming op 31 december 1999 wordt verminderd met één uur vanaf 1 januari 2000. 3.2. De maximale sectorale wekelijkse arbeidsduur wordt per 1 januari 2000 vastgesteld op 37 uur per week (in plaats van 38 uur). 3.3. Vanaf 1 juni 1999 en uiterlijk op 31 december 1999 kunnen op ondernemingsvlak in overleg met de vertegenwoordigers van de werknemers collectieve arbeidsovereenkomsten worden gesloten waarbij de voorwaarden worden bepaald tot invoering van de arbeidsduurverkorting vermeld in punt 3.1. (bv. compensatiedagen, andere arbeidsduurregelingen ...). 3.4. Bij gebrek aan overeenkomst op ondernemingsvlak zal de arbeidsduurvermindering worden vastgesteld in het arbeidsreglement waarbij de keuze wordt gelaten tussen : - 1 uur arbeidsduurvermindering per week (begin of einde van de dag), of - een halve dag compensatieverlof per maand. 3.5. De bepaling en de berekening van de overurentoeslag gaan in vanaf het 39e uur. 3.6. Verlenging van de bestaande tewerkstellingsmaatregelen en voorwaarden collectieve arbeidsovereenkomst 1997-1998, t'is te zeggen : - recht op loopbaanonderbreking naar rato van 5 pct.; - brugpensioen 58 jaar; - verlenging van de ontslagbegeleiding; - verlenging van de aanwervingpremies. 3.7. Vanaf 1 juli 1999 invoering van halftijdse loopbaanonderbreking op 55 jaar volgens modaliteiten collectieve arbeidsovereenkomst 1997-1998. Deze loopbaanonderbrekers ontvangen gedurende 36 maanden een premie van 3 000 BEF per maand betaald door de werkgever, terugvorderbaar bij het sociaal fonds.
Koopkracht
Art. 4.4.1. Regeling uitsluitend van toepassing op ondernemingen die op 31 december 1997 behoorden tot het Paritair Comité voor import, export, doorvoer en buitenlandse handel en voor de maritieme en expeditiekantoren. 4.1.1. Het werkelijke loon wordt per 1 juli 1999 verhoogd met 1 pct. 4.1.2. Aan de weddeschaal wordt een bijkomende anciënniteitsklasse toegevoegd van 5 jaar (35-40 jaar). Spanningsveld idem als schaal 30 - 35 jaar. 4.2. Alle sectorale weddeschalen worden per 1 januari 2001 met 1 pct. verhoogd.
Harmonisatie, anciënniteitsverlof en extra verlofdagen
Art. 5.In het raam van de harmonisatie van de loon- en arbeidsvoorwaarden binnen de sector wordt volgende harmonisatie afgesproken, van toepassing voor de ondernemingen die op 31 december 1997 behoorden tot Aanvullende Nationaal Paritair Comité voor de bedienden : 5.1. anciënniteitsverlof : overname van sectoraal systeem met volgende wijzigingen : - voor het bepalen van de werkelijke anciënniteit wordt de anciënniteit genomen van toepassing vanaf 1 januari 1998 in de sector; 5.2. extra verlofdagen : - één dag in 1999; - één bijkomende dag in 2000; - tweemaal een halve bijkomende dag in 2002; - tweemaal een halve bijkomende dag in 2004.
Gunstiger regelingen blijven van toepassing maar kunnen niet gecumuleerd worden met deze regelingen.
Regeling voor de bedienden tewerkgesteld in een onderneming die behoorde tot het Paritair Comité voor import, export, doorvoer en buitenlandse handel en voor de maritieme en expeditiekantoren : Voor de bedienden in dienst op 31 december 1999 blijft de huidige regeling van toepassing.
Voor de bedienden in dienst getreden na 31 december 1999 wordt voor het anciënniteitsverlof de werkelijke anciënniteit in de sector toegepast.
Afschaffing artikelen 5 en 6 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 maart 1998 betreffende de vakantie : Per 1 januari 2000 wordt de regeling vervat in de artikelen 5 en 6 afgeschaft.
Sociaal fonds
Art. 6.Werkgeversbijdrage : vanaf 1 april 1999 tot 31 maart 2001 vastgesteld op 0,40 pct.
Sociale vrede
Art. 7.De vakbonden verbinden zich ertoe geen acties te zullen ondernemen of ondersteunen, die indruisen tegen de geest van huidig protocol van sectorale collectieve arbeidsovereenkomst.
Verder gaan de ondertekenende vakbonden de verbintenis aan geen verdere eisen te stellen, noch op het vlak van de sector noch op het vlak van de ondernemingen, die uitwerking hebben vóór 1 januari 2001.
Deze verbintenis slaat op de verdere eisen zoals financiële voordelen en niet bekomen voordelen die deel uitmaakten van het eisenprogramma ingediend op het vlak van de sector en bindt eveneens alle individuele personen die onder de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst ressorteren.
De bedragen die voortkomen van de werkgeversbijdrage met betrekking tot de jaren 1999 en 2000 voor de syndicale premie zullen slechts ter beschikking worden gesteld na afloop van elk der betrokken jaren; deze terbeschikkingstelling is afhankelijk van de eerbiediging van de sociale vrede tijdens dat jaar, zowel op het vlak van de sector als op het vlak van de ondernemingen, door elk van de ondertekenende vakbonden.
Duur van het akkoord
Art. 8.Dit protocol is geldig voor de periode van 1 januari 1999 tot 31 december 2000 met uitzondering van de bijdrage voor het sociaal fonds die geldig is tot 31 maart 2001.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 november 2001.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX