Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 augustus 2014
gepubliceerd op 28 november 2014

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58/60 jaar in de witzandexploitaties

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2014012136
pub.
28/11/2014
prom.
23/08/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 AUGUSTUS 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58/60 jaar in de witzandexploitaties (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant, betreffende de invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58/60 jaar in de witzandexploitaties.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 augustus 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het bedrijf der grind- en zandgroeven welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant Collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 2013 Invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op 58/60 jaar in de witzandexploitaties (Overeenkomst geregistreerd op 18 februari 2014 onder het nummer 119523/CO/102.06)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is toepasselijk op de werkgevers en werklieden van de witzandexploitaties welke in openlucht geëxploiteerd worden in de provincies Antwerpen, West-Vlaanderen, Oost-Vlaanderen, Limburg en Vlaams-Brabant.

Met "werknemers" worden de arbeiders en de arbeidsters bedoeld.

Art. 2.Onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie sluiten tot regeling van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag (Belgisch Staatsblad van 8 juni 2007), wordt het principe van toepassing van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag toegestaan in deze sector voor het personeel dat voor deze formule opteert en de leeftijd van 58 jaar zal bereiken of bereikt heeft : - tussen 1 januari 2013 en 31 december 2013 en die een beroepsverleden van 35 jaar voor de vrouwen en 38 jaar voor de mannen kunnen bewijzen; - tussen 1 januari 2014 en 31 december 2014 en die een beroepsverleden van 38 jaar voor de vrouwen en 38 jaar voor de mannen kunnen bewijzen; - vanaf 1 januari 2015 wordt de leeftijd op 60 jaar gebracht voor de vrouwen en de mannen en moet men een beroepsverleden van 38 jaar voor de vrouwen en 40 jaar voor de mannen kunnen bewijzen.

Art. 3.Met toepassing van de artikelen 4bis, 4ter en 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, zoals gewijzigd door collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, wordt het recht op de bedrijfstoeslag toegekend aan de werknemers die ontslagen werden in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst behouden ten laste van de vorige werkgever, wanneer deze werknemers het werk als loontrekkende hervatten bij een andere werkgever dan die welke hen ontslagen heeft en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

De bedrijfstoeslag aan de werknemers die ontslagen zijn in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt eveneens behouden ten laste van de vorige werkgever in geval van uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit, op voorwaarde dat deze activiteit niet uitgeoefend wordt voor rekening van de werkgever die hen ontslagen heeft of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen ontslagen heeft.

De werknemers beoogd in dit artikel behouden het recht op de bedrijfstoeslag zodra een einde werd gemaakt aan hun tewerkstelling in het kader van een arbeidsovereenkomst of aan de uitoefening van een zelfstandige hoofdactiviteit. Zij leveren in dit geval aan hun vorige werkgever (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel) het bewijs van hun recht op werkloosheidsuitkeringen.

In het geval beoogd in de vorige paragraaf mogen werknemers geen twee of meer stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag cumuleren.

Wanneer zij zich in de omstandigheden bevinden om verscheidene stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag te genieten, behouden zij het recht op het stelsel dat toegekend werd door de werkgever die hen ontslagen heeft (in de zin van de eerste paragraaf van dit artikel).

Een werknemer die zijn rechten vastklikt overeenkomstig artikel 3, § 8 van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 22/05/2007 numac 2007201185 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 4 september 2006, gesloten in het Paritair Subcomité voor de socio-culturele sector van de Vlaamse Gemeenschap, betreffende de toekenning van een eindejaarspremie sluiten omdat hij de leeftijd en de loopbaanvereisten heeft bereikt zoals bepaald in deze collectieve arbeidsovereenkomst, behoudt het recht op de bedrijfstoeslag na afloop van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 4.De werknemer in werkloosheid met bedrijfstoeslag ontvangt van zijn laatste werkgever vanaf zijn uitdiensttreding tot en met de maand waarin hij/zij de leeftijd van 65 jaar bereikt maandelijks een aanvullende vergoeding. a) De bedrijfstoeslag die wordt toegekend aan de werknemer in werkloosheid met bedrijfstoeslag van 58 jaar is, individueel, tenminste gelijk aan de vergoeding voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr.17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad. Het is een brutobedrag, vóór sociale en/of fiscale afhoudingen. De nieuwe berekening van het netto referteloon (aan 100 pct. voor de RSZ-afhoudingen) voor de berekening van de bedrijfstoeslag gaat in voor zij die vanaf 1 januari 2003 op stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag gaan. b) De werknemers in werkloosheid met bedrijfstoeslag ontvangen maandelijks een aanvullende vergoeding bestaande uit 2 luiken : - de bedrijfstoeslag berekend a rato van 50 pct.van het verschil tussen het netto referteloon (((basisuurloon + gemiddelde ploegenpremie) x 37 uur x 52)/12) verminderd met de sociale en fiscale afhoudingen en de maandelijkse werkloosheidsvergoeding; - een supplement gelijk aan 6 EUR per gepresteerd dienstjaar in de sector met een minimum van 24,79 EUR per maand. Vanaf 1 februari 2013 bedraagt het supplement 6,20 EUR per gepresteerd dienstjaar in de sector.

De refertemaand voor de bepaling van het netto referteloon is de kalendermaand die de datum van de uitdiensttreding voorafgaat.

Art. 5.De syndicale premie wordt betaald tot de leeftijd van 65 jaar.

Art. 6.De in artikel 4 bedoelde bedragen worden samengevoegd tot een vast maandbedrag geldig voor de duur van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag.

Art. 7.De betaling geschiedt op het einde van de maand door storting op de bankrekening van de begunstigde.

Art. 8.De werkgever verbindt er zich toe het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ten gepaste tijde voor te stellen aan de werknemer die de vrije keuze heeft.

Art. 9.Het vertrek met stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag houdt in dat de werknemer de wettelijke opzegtermijn moet uitdoen.

Art. 10.De werknemer in werkloosheid met bedrijfstoeslag zal worden vervangen door twee halftijdse of door een voltijdse werknemer, in zoverre de wettelijke verplichting hiervoor van toepassing is.

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2013 en blijft van toepassing tot en met 31 december 2014.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 augustus 2014.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^