gepubliceerd op 31 mei 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 maart 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging
23 APRIL 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 maart 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 29 september 2000, in het Belgisch Staatsblad verschenen op 7 december 2000;
Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5ter, gesloten op 21 december 1978 in de Nationale Arbeidsraad, tot aanvulling en wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 5, gesloten op 24 mei 1971, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardigingen van het personeel in de ondernemingen;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 13 maart 2001, gesloten in het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 23 april 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 29 september 2000, Belgisch Staatsblad van 7 december 2000.
Bijlage Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 maart 2001 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 7 juni 2001 onder het nummer 57375/CO/102.02)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die onder het Paritair Subcomité voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen ressorteren.
Art. 2.Artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 3 mei 1999, betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 29 september 2000, wordt vervangen door de volgende bepaling : «
Art. 3.Op verzoek van één of meer werknemersorganisaties die deze collectieve arbeidsovereenkomst hebben gesloten, wordt een vakbondsafvaardiging in de bedrijfszetels ingesteld.
Het aantal gewone en plaatsvervangende afgevaardigden mag voor elke bedrijfszetel niet lager liggen dan : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Vanaf 501 werklieden mag het aantal gewone en evenzoveel plaatsvervangende afgevaardigden niet hoger liggen dan 1 pct. van de totale personeelssterkte van de tewerkgestelde werklieden.
In de ondernemingen waar dit aantal bij de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst is overschreden, mag het echter niet worden verminderd.
De werkgevers die geen 50 arbeiders tewerkstellen aanvaarden de vertegenwoordiging, per geografische zone, van 2 vakbondswoordvoerders (1 per organisatie), waarvan de financiering gebeurt via het "Fonds voor bestaanszekerheid van de Paritaire Subcomités voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen en voor het bedrijf van de zandsteen- en kwartsietgroeven op het gehele grondgebied van het Rijk, uitgezonderd de kwartsietgroeven in de provincie Waals-Brabant", ten bedrage van 37,18 EUR per werknemer en per jaar.
De vertegenwoordiging wordt verzekerd door de vrijgestelden van de organisaties.
De werkgevers staan het bezoek toe van de onderneming en van de werknemers aan de vertegenwoordigers van de vakorganisaties.
De werkgevers verbinden zich ertoe het overleg te bevorderen met het oog op het voorkomen van elk geschil inzake naleving van de wetgeving en van de collectieve arbeidsovereenkomsten.
De modaliteiten betreffende de verdeling van de financiering tussen de vakorganisaties zal bepaald worden door de raad van beheer van het "Fonds voor bestaanszekerheid van de Paritaire Subcomités voor het bedrijf der hardsteengroeven en der groeven van uit te houwen kalksteen in de provincies Luik en Namen en voor het bedrijf van de zandsteen- en kwartsietgroeven op het gehele grondgebied van het Rijk, uitgezonderd de kwartsietgroeven in de provincie Waals-Brabant. » Overgangsmaatregel
Art. 3.De artikelen of onderdelen ervan die in de eerste rij en de eerste en vierde kolom van de volgende rij(en) van onderstaande tabel worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de tabel gelden vanaf de dag van inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Art. 4 Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en heeft dezelfde duur als deze welke ze wijzigt.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 april 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX