gepubliceerd op 06 juni 2014
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002 houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
22 MEI 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 juli 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/07/2002 pub. 22/08/2002 numac 2002022549 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector sluiten houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 29 juni 1981Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/06/1981 pub. 31/05/2011 numac 2011000295 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Officieuze coördinatie in het Duits type wet prom. 29/06/1981 pub. 02/09/2014 numac 2014000386 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 29/06/1981 pub. 17/11/2015 numac 2015000647 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten houdende de algemene beginselen van de sociale zekerheid voor werknemers, artikel 35, § 5, A en D vervangen bij de wet van 22 december 2003 en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 6 juni 2010;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 juli 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/07/2002 pub. 22/08/2002 numac 2002022549 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector sluiten houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector;
Gelet op de regelgevingsimpactanalyse, uitgevoerd overeenkomstig de artikelen 6 en 7 van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 december 2013;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 23 januari 2014;
Gelet op het advies nr. 1.895 van de Nationale Arbeidsraad, gegeven op 25 februari 2014;
Gelet op het advies nr. 55.952 van de Raad van State, gegeven op 29 april 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973 Op de voordracht van de Minister van Sociale Zaken en de Minister van Werk en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 juli 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/07/2002 pub. 22/08/2002 numac 2002022549 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector sluiten houdende maatregelen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling in de non-profit sector, laatstelijk gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 maart 2014, wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende : " § 2/1. De vermindering van de werkgeversbijdragen als bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, wordt per werknemer en per trimester vermeerderd met : - 13,92 euro vanaf 1 januari 2015; - 27,84 euro vanaf 1 januari 2017; - 41,76 euro vanaf 1 januari 2019.".
Art. 2.In artikel 2bis van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 18 juli 2005, 28 februari 2007, 13 juni 2010 en 19 maart 2014, wordt een paragraaf 2/1 ingevoegd, luidende : " § 2/1. De vermindering van de werkgeversbijdragen als bedoeld in paragraaf 2, wordt per werknemer en per trimester vermeerderd met : - 13,92 euro vanaf 1 januari 2015; - 27,84 euro vanaf 1 januari 2017; - 41,76 euro vanaf 1 januari 2019.".
Art. 3.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 september 2006, 28 februari 2007, 13 juni 2010 en 19 maart 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° een paragraaf 2/1 wordt ingevoegd luidende : " § 2/1.Het bedrag van de opbrengsten van de bijdragevermindering als bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, wordt per werknemer en per trimester vermeerderd met : - 13,92 euro vanaf 1 januari 2015; - 27,84 euro vanaf 1 januari 2017; - 41,76 euro vanaf 1 januari 2019."; 2° een paragraaf 5/1 wordt ingevoegd, luidende : " § 5/1.Het bedrag van de opbrengsten van de bijdragevermindering als bedoeld in paragraaf 5, eerste lid, wordt per werknemer en per trimester vermeerderd met : - 13,92 euro vanaf 1 januari 2015; - 27,84 euro vanaf 1 januari 2017; - 41,76 euro vanaf 1 januari 2019.".
Art. 4.In artikel 49 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 1 september 2006 en 19 maart 2014, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste lid wordt vervangen als volgt : "De bijdrageverminderingen, die worden toegekend met toepassing van de artikelen 2, § 2 en § 2/1, en 2bis, § 2 et § 2/1, moeten integraal aangewend worden voor de financiering van bijkomende tewerkstelling."; 2° het laatste lid wordt vervangen als volgt : "In afwijking van het eerste lid, worden in de sector van de beschutte werkplaatsen de bijdrageverminderingen die overeenstemmen met 245,51 euro in 2014, 252,47 euro in 2015, 259,43 euro in 2017 en 266,39 euro in 2019 per kwartaal vrijgesteld van de verplichte aanwending voor financiering van bijkomende tewerkstelling.".
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2014.
Art. 6.De minister bevoegd voor Sociale Zaken en de minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 mei 2014.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK