Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 mei 2001
gepubliceerd op 29 juni 2001

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 februari 1999 genomen tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001022398
pub.
29/06/2001
prom.
22/05/2001
ELI
eli/besluit/2001/05/22/2001022398/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

22 MEI 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 9 februari 1999 genomen tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, inzonderheid op artikel 57quater, ingevoegd door de wet van 25 januari 1999 en gewijzigd door de wet van 12 augustus 2000 en de wet van 2 januari 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 februari 1999 genomen tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 7 mei 1999, 14 juli 2000 en 28 september 2000;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 april 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 17 april 2001;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat artikel 72 van de wet van 2 januari 2001 artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn heeft gewijzigd met als doel de inschakelingsprogramma's die een activering van de financiële maatschappelijke hulp behelzen, open te stellen voor de personen die zijn ingeschreven in het vreemdelingenregister met een machtiging tot verblijf voor onbeperkte tijd en die omwille van hun nationaliteit geen recht hebben op het bestaansminimum; dat deze activeringsmogelijkheid voorheen enkel openstond voor bestaansminimumgerechtigden en voor personen van vreemde nationaliteit, ingeschreven in het bevolkingsregister, die omwille van hun nationaliteit geen aanspraak kunnen maken op het bestaansminimum en gerechtigd zijn op financiële maatschappelijke hulp; dat artikel 72 van de wet van 2 januari 2001 in werking is getreden op 3 januari 2001; dat het besluit van 9 februari 1999 uitvoering geeft aan artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; dat het bijgevolg dringend noodzakelijk is om dit besluit aan te passen aan de bovenvermelde wijziging van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, om de vreemdelingen ingeschreven in het vreemdelingenregister met een machtiging tot verblijf voor onbeperkte tijd, op dezelfde wijze toegang te verlenen tot de verschillende inschakelingsprogramma's en activeringsmogelijkheden als de reeds bestaande doelgroep van vreemdelingen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 9 mei 2001, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Maatschappelijke Integratie en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 9 februari 1999 genomen tot uitvoering van artikel 57quater van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn worden de woorden "of in het vreemdelingenregister met een machtiging tot verblijf voor onbeperkte tijd" ingevoegd tussen de woorden "ingeschreven in het bevolkingsregister" en de woorden "die omwille van hun nationaliteit".

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 3.Onze Minister van Werkgelegenheid en Onze Minister van Maatschappelijke Integratie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 mei 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Maatschappelijke Integratie, J. VANDE LANOTTE

^