gepubliceerd op 19 april 2002
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 april 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, ter vastlegging voor 2001 van de modaliteiten van financiering, de begunstigden, het bedrag en de modaliteiten van toekenning en afrekening van de korting op de syndicale bijdrage en van de syndicale vorming
22 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 april 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, ter vastlegging voor 2001 van de modaliteiten van financiering, de begunstigden, het bedrag en de modaliteiten van toekenning en afrekening van de korting op de syndicale bijdrage en van de syndicale vorming (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 13 april 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, ter vastlegging voor 2001 van de modaliteiten van financiering, de begunstigden, het bedrag en de modaliteiten van toekenning en afrekening van de korting op de syndicale bijdrage en van de syndicale vorming.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 januari 2002.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen Collectieve arbeidsovereenkomst van 13 april 2001 Vastlegging voor 2001 van de modaliteiten van financiering, de begunstigden, het bedrag en de modaliteiten van toekenning en afrekening van de korting op de syndicale bijdrage en van de syndicale vorming (Overeenkomst geregistreerd op 18 mei 2001 onder het nummer 57224/CO/321) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers van de ondernemingen welke ressorteren onder het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen. HOOFDSTUK II. - Sociale voordelen Afdeling 1. - Korting op de syndicale bijdrage
A . Aard van het voordeel
Art. 2.De werknemers die zijn tewerkgesteld in een onderneming bedoeld in artikel 2 van de statuten van het Sociaal Fonds voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 maart 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, hebben recht op een korting op de syndicale bijdrage ten laste van het Sociaal Fonds voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen, onder de voorwaarden vastgesteld bij deze collectieve arbeidsovereenkomst.
B . Bedrag
Art. 3.Het bedrag van de korting werd als volgt vastgelegd : a) 86,76 EUR per jaar voor werknemers die voltijds zijn tewerkgesteld (normale syndicale bijdrage) en hun bijdrage in de vereiste vormen betaald hebben op het ogenblik van de betaling van de korting;b) 43,38 EUR per jaar voor werknemers die deeltijds zijn tewerkgesteld (beperkte syndicale bijdrage) en hun bijdrage in de vereiste vormen betaald hebben op het ogenblik van de betaling van de korting. C . Toekenningsvoorwaarden
Art. 4.Om recht te hebben op de korting moeten de werknemers, bedoeld in artikel 2 aan de volgende voorwaarden voldoen : 1° op 31 maart van het lopende dienstjaar sedert tenminste drie maanden zijn aangesloten bij een van de vertegenwoordigde interprofessionele werknemersorganisaties, welke op nationaal plan zijn verbonden en vertegenwoordigd in het paritair comité, namelijk : - het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV); - het Algemeen Christelijk Vakverbond (ACV); - de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België (ACLVB); 2° op de betalingsdatum van de korting zijn tewerkgesteld in een van de in artikel 2 bedoelde ondernemingen, of eventueel, op deze datum zijn gedekt door het stelsel van de gelijkgestelde dagen voorzien in de artikelen 16 en 18 en 41 tot 43 van het koninklijk besluit van 30 maart 1967 tot bepaling van de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie der loonarbeiders. D . Betalingsmodaliteiten
Art. 5.De werkgevers van de ondernemingen bedoeld in artikel 2 overhandigen uiterlijk bij de betaling van het loon van de maand mei elke in hun onderneming tewerkgestelde werknemer evenals aan hen die gedekt zijn door het stelsel van de gelijkgestelde dagen, omschreven in artikel 4, 2°, een behoorlijk ingevuld formulier, waarvan het model wordt opgemaakt door de raad van bestuur van het sociaal fonds.
Deze formulieren worden ambtshalve of op hun verzoek ter beschikking gesteld van de werkgevers door het beheer van het sociaal fonds, gevestigd in Sint-Bernardusstraat 60, te 1060 Brussel.
Art. 6.De werknemers die de in artikel 4 bedoelde toekenningsvoorwaarden vervullen bezorgen aan de in artikel 4, 1°, vermelde organisatie, waarvan zij lid zijn, het in artikel 5 bedoelde formulier in tweevoud.
Deze organisatie onderzoekt de effectieve aansluiting van de werknemer en of hij een recht kan doen gelden, berekent en betaalt het bedrag van de korting.
De verificatie, de controle en de betaling gebeuren tussen 16 juni en 30 september van het lopende jaar. De raad van beheer van het sociaal fonds kan echter, via een specifieke beraadslaging, besluiten deze data te wijzigen.
Art. 7.Vóór 15 december van het lopende dienstjaar, bezorgt iedere in artikel 4, 1°, bedoelde organisatie aan het sociaal fonds een afrekening van de kortingen op de syndicale bijdragen die betaald zijn en overeenstemmende administratieve kosten.
De organisaties zijn verplicht het dubbel van de terugbetalingsformulieren gedurende vijf jaar te bewaren, welke worden gecontroleerd door de bedrijfsrevisor daartoe aangewezen door de raad van beheer van het sociaal fonds. HOOFDSTUK III. - Financiering A . Bedrag van de bijdrage van de werkgevers
Art. 8.Om het Sociaal Fonds voor de groothandelaars-verdelers in geneesmiddelen de mogelijkheid te bieden de definitieve sociale voordelen af te rekenen overeenkomstig hoofdstuk II van deze collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de bijdrage die door de werkgevers aan het sociaal fonds moet worden betaald, bepaald op 55,78 EUR per tewerkgestelde werknemer op datum van 30 september 2000.
Het "statistiekraam" van de aangifte bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid voor het derde kwartaal 2000 is een rechtsgeldig bewijs voor de berekening van het tewerkgestelde effectief op 30 september 2000.
B . Inning van de bijdrage van de werkgevers
Art. 9.De inning van de bijdrage van de werkgevers door het sociaal fonds, berekend overeenkomstig artikel 8 gebeurt in de maand april.
De werkgevers moeten de verschuldigde bedragen uiterlijk op 30 april storten aan het sociaal fonds. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen
Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2001 en treedt buiten werking op 31 december 2001.
Art. 11.De artikelen en/of de onderdelen ervan die in de eerste rij en de eerste en de vierde kolom van de volgende rijen van onderstaande tabel worden vermeld, hebben betrekking op deze collectieve arbeidsovereenkomst.
Voor de bedragen die in euro worden vermeld in de tweede kolom van de tabel gelden vanaf de dag van de inwerkingtreding van deze collectieve arbeidsovereenkomst tot 31 december 2001 de bedragen die in Belgische frank worden vermeld in de derde kolom.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 22 januari 2002.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX