gepubliceerd op 20 februari 1999
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 maart 1971 tot instelling van een regeling van sociale voordelen voor sommige apothekers
22 JANUARI 1999. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 maart 1971 tot instelling van een regeling van sociale voordelen voor sommige apothekers
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 54;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 maart 1971 tot instelling van een regeling van sociale voordelen voor sommige apothekers, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 29 december 1972, 14 maart 1975, 5 mei 1976, 22 juli 1977, 25 september 1978, 20 december 1979, 19 maart 1981, 30 juli 1981, 10 augustus 1982, 6 februari 1984, 28 november 1986, 23 november 1987, 29 juni 1989, 2 februari 1990, 19 april 1991, 21 januari 1992, 31 december 1992, 30 december 1994, 14 maart 1995, 23 april 1997 en 3 april 1998;
Gelet op het voorstel van de Overeenkomstencommissie apothekers-verzekeringsinstellingen van 24 oktober 1997;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat een snelle informatie van betrokkenen vereist is, zodat het noodzakelijk is dat de bepalingen van dit besluit zo vlug mogelijk worden bekendgemaakt;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 6 van het koninklijk besluit van 18 maart 1971 tot instelling van een regeling van sociale voordelen voor sommige apothekers wordt de eerste zin vervangen door de volgende bepalingen : «
Art. 6.Voor het jaar 1998 wordt de jaarlijkse bijdrage van de verzekering voor geneeskundige verzorging, bedoeld in artikel 3 vastgesteld op 66 513 F, die bijdrage wordt respectievelijk verminderd tot 49 885 F en 33 257 F in de situaties waarin is voorzien in artikel 4, § 2, tweede lid. ».
Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag dat het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.
Art. 3.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 22 januari 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN