Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 november 2006
gepubliceerd op 27 december 2006

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het gebruik van elektronische communicatiemiddelen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2006203719
pub.
27/12/2006
prom.
21/11/2006
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 NOVEMBER 2006. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het gebruik van elektronische communicatiemiddelen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het verzekeringswezen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het verzekeringswezen, betreffende het gebruik van elektronische communicatiemiddelen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 november 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het verzekeringswezen Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 oktober 2003 Gebruik van elektronische communicatiemiddelen (Overeenkomst geregistreerd op 21 november 2003 onder het nummer 68570/CO/306) Inleiding Deze overeenkomst wordt gesloten ter uitvoering van het sectorakkoord 2003-2004 dat op 15 oktober 2003 in de verzekeringssector gesloten is.

Ze past met name in het kader van artikel 17 van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging1, volgens hetwelk "de vakbondsafvaardiging mondeling of schriftelijk alle mededelingen mag doen welke nuttig zijn voor het personeel, zonder dat zulks de organisatie van het werk mag verstoren. Deze mededelingen moeten verband houden met het beroep of de vakbond".

Gezien de ontwikkeling van de nieuwe elektronische middelen hebben de sociale partners een regeling willen uitwerken voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen door de vertegenwoordigers van de werknemers in het kader van hun vakbondsactiviteit.

Deze overeenkomst heeft dan ook tot doel de voorwaarden vast te stellen voor het gebruik van elektronische communicatiemiddelen door de leden van de ondernemingsraad, het comité voor de preventie en bescherming op het werk en de vakbondsafvaardiging, en alle eventuele misbruiken bij het gebruik van die middelen te vermijden.

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor het verzekeringswezen.

Art. 2.Algemeen principe Wanneer een lid van de ondernemingsraad, van het comité voor preventie en bescherming op het werk of van de vakbondsafvaardiging, in het kader van zijn beroepsfunctie, beschikt over elektronische communicatiemiddelen, dan kan hij deze gebruiken voor vakbondsdoeleinden, op voorwaarde dat hij de regels naleeft die in de onderneming bestaan (of nog moeten worden opgesteld), alsook de regels die in deze overeenkomst beschreven worden.

Het lid van de ondernemingsraad, van het comité voor de preventie en bescherming op het werk of van de vakbondsafvaardiging dat niet over een werkpost met elektronische communicatiemiddelen beschikt, krijgt een persoonlijke use-id2 en een vlotte toegang tot een PC (bijvoorbeeld via het vakbondslokaal, cf. artikel 5).

Art. 3.Naleving van de bestaande regels Deze overeenkomst doet geen afbreuk aan de reeds in dit verband gesloten overeenkomsten of aan de voor het personeel bestemde voorschriften die momenteel in de onderneming gelden.

De toepassing van deze overeenkomst mag in geen geval de in de onderneming bestaande regels betreffende de informaticaveiligheid, de deontologie en het gebruik van elektronische communicatiemiddelen in het gedrang brengen.

Die regels gelden voor alle werknemers, met inbegrip van hun vertegenwoordigers.

De praktische toepassing van de veiligheidsmaatregelen betreffende het gebruik van communicatiemiddelen door de leden van de ondernemingsraad, van het comité voor de preventie en bescherming op het werk en van de vakbondsafvaardiging moet worden vastgelegd op ondernemingsvlak, rekening houdende met de regels die er reeds gelden (of nog te bepalen zijn).

Art. 4.Gebruik voor vakbondsdoeleinden Het is verboden om massaal mails voor vakbondsdoeleinden te versturen, tenzij de werkgever daar anders over beslist.

Een onderneming kan beslissen om het personeel toegang te verlenen tot een onderdeel van haar intranet dat voor vakbondsdoeleinden kan worden gebruikt. Het personeel kan dus vrijwillig op de site kennis nemen van de vakbondsinformatie en van de vakbondspamfletten.

Art. 5.Toegang tot het internet De toegang tot het internet is enkel toegestaan om professionele redenen. Voor zover de plaatselijke middelen dat mogelijk maken, zal één toegang tot het internet per in de onderneming vertegenwoordigde vakbond en per bedrijfszetel ter beschikking worden gesteld in het vakbondslokaal of in de installaties die de werkgever ter beschikking stelt en dit om redenen inherent aan de werking van de sociale overlegorganen.

Art. 6.Gebruik te goeder trouw De leden van de ondernemingsraad, van het comité voor de preventie en bescherming op het werk of van de vakbondsafvaardiging verbinden zich ertoe de elektronische communicatiemiddelen die hen ter beschikking worden gesteld, te goeder trouw en op een verantwoorde en voorzichtige manier te gebruiken.

In die geest komen de partijen met name overeen om : - de wetgeving na te leven (de installaties moeten gedekt zijn door gepaste licenties); - alles in het werk te stellen om de kans op virusbesmetting, met name via niet-officiële softwareversies (waaronder de "gratis"-versies), te voorkomen; - de configuraties harmonieus en onder toezicht te laten verlopen (upgrades, technische compatibiliteit, beveiliging van netwerkgegevens,...) en - de overbelasting van de systemen te voorkomen (massaal versturen van mails, omvang van de bijvoegsels, enz.).

Art. 7.Naleving van de arbeidsorganisatie De mededelingen via elektronische middelen door de leden van de ondernemingsraad, het comité voor de preventie en bescherming op het werk en de vakbondsafvaardiging mogen de arbeidsorganisatie niet verstoren (cf. inleiding, artikel 17 van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging).

Art. 8.Principe van de vertrouwelijkheid De mededelingen via elektronische middelen door de leden van de ondernemingsraad, het comité voor de preventie en bescherming op het werk en de vakbondsafvaardiging mogen niet worden gebruikt om vertrouwelijke informatie van de onderneming te verspreiden.

Het begrip "vertrouwelijkheid" stemt overeen met het begrip dat bepaald is in het koninklijk besluit dat dit begrip duidelijk vastlegt voor de gegevens die in de ondernemingsraad meegedeeld worden (cf. koninklijk besluit van 27 november 1973).

Bescherming voor de persoonlijke levenssfeer : de toegang van de werkgever tot de inhoud van de elektronische mededelingen die van de vakbonden uitgaan, wordt op dezelfde wijze bepaald als die tot de elektronische mededelingen voor privédoeleinden. De werkgever zal de informaticahoofden hierover specifieke richtlijnen geven opdat dit vertrouwelijke karakter wordt geëerbiedigd.

Art. 9.Verantwoordelijken voor de communicatie De organisaties die de werknemers vertegenwoordigen, verbinden zich ertoe de leden van de ondernemingsraden, van de comités voor de preventie en bescherming op het werk en van de vakbondsafvaardigingen, die op de door hen ingediende lijsten aangewezen of verkozen zijn, de nodige aanwijzingen te geven voor de naleving van de bepalingen van deze overeenkomst.

Bovendien wijzen zij onder hun aangeslotenen die lid zijn van de ondernemingsraden, comités voor de preventie en bescherming op het werk en vakbondsafvaardigingen, een persoon aan die verantwoordelijk zal zijn voor de communicatie en die in die hoedanigheid zal toezien op de naleving van deze overeenkomst in de onderneming.

Art. 10.Geldigheidsduur Deze overeenkomst treedt op 15 oktober 2003 in werking en wordt voor onbepaalde duur gesloten.

Elke ondertekenende partij mag deze overeenkomst opzeggen met inachtneming van een opzeggingstermijn van drie maanden. De opzegging moet per aangetekende brief aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het verzekeringswezen meegedeeld worden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 november 2006.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota 1. Collectieve arbeidsovereenkomst van 5 december 1977, koninklijk besluit van 16 juni 1978, Belgisch Staatsblad van 22 februari 1979, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 juni 1987, koninklijk besluit van 11 december 1987, Belgisch Staatsblad van 5 januari 1988. 2. Identificatie in de vorm van een unieke alfanumerieke code die aan een gebruiker van een informaticasysteem wordt toegekend om hem te onderscheiden van de andere gebruikers.

^