21 JUNI 2010. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de werken in verband met energiebesparende uitgaven moeten voldoen om in aanmerking te komen voor de intrestbonificatie voor leningovereenkomsten bestemd voor de financiering van deze uitgaven

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de economische herstelwet van 27 maart 2009, artikel 2, derde lid, ingevoegd bij de programmawet van 23 december 2009;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 31 maart 2010;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 20 mei 2010;

Gelet op het verzoek tot spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid : - dat de programmawet van 23 december 2009 de leningovereenkomsten die op grond van artikel 2 van de economische herstelwet van 27 maart 2009 in aanmerking komen voor intrestbonificatie, verbindt aan de uitgaven bedoeld in artikel 14524, § 1, van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010, alsook aan de Koning de bevoegdheid verleent om de voorwaarden te bepalen waaraan de werken voor voornoemde uitgaven moeten voldoen; dat dergelijke leningovereenkomsten momenteel reeds en nog tot en met 31 december 2011 mogen worden gesloten; dat bijgevolg de voorwaarden waaraan deze werken moeten voldoen onverwijld door de Koning dienen te worden bepaald;

Gelet op het advies 48.345/1 van de Raad van State, gegeven op 3 juni 2010, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Financiën en van de Staatssecretaris voor de Milieufiscaliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De uitgaven als bedoeld in artikel 14524, § 1, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010, worden slechts in aanmerking genomen voor de intrestbonificatie bedoeld in artikel 2 van de economische herstelwet van 27 maart 2009, indien de daarmee verband houdende werken voldoen aan de volgende voorwaarden : 1° de werken die aan de basis liggen van de uitgaven bedoeld in artikel 14524, § 1, eerste lid, 2° tot 6°, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010, worden uitgevoerd door een persoon die op het ogenblik van het afsluiten van de overeenkomst voor de uit te voeren werken als aannemer geregistreerd is overeenkomstig artikel 401 van het genoemde Wetboek of op grond van een overeenkomstige bepaling die van kracht is in de lidstaat van de Europese Unie waar deze persoon is gevestigd;2° wat de vervanging van oude stookketels betreft, komen enkel de volgende types van installatie in aanmerking : - condenserende ketel; - stookketel op hout; - installatie met warmtepomp; - installatie met een systeem van microwarmtekracht-koppeling; 3° de in 1° vermelde persoon waarborgt bovendien de gelijkvormigheid van de werken op grond van de elementen die zijn opgenomen in bijlage IIbis van het KB/WIB 92 zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010;4° de door de in 1° vermelde persoon uitgereikte factuur of de bijlage ervan moet : a) de woning aangeven waar de werken worden uitgevoerd;b) desgevallend, de verdeling van de kosten van de werken opgeven tussen : - de werken die zijn vermeld in artikel 14524, § 1, eerste lid, 1° tot 6°, van het genoemde Wetboek, zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010; - de andere werken; c) de volgende formule bevatten : « Verklaring met toepassing van het koninklijk besluit van ... tot vaststelling van de voorwaarden waaraan de werken in verband met energiebesparende uitgaven moeten voldoen om in aanmerking te komen voor de intrestbonificatie voor leningovereenkomsten bestemd voor de financiering van deze uitgaven, betreffende de uitgevoerde werken die zijn bedoeld in artikel 14524, § 1, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010 Ik, ondergetekende ........., bevestig dat : - ... ... ... (per maatregel de vermeldingen overnemen die worden opgelegd door bijlage IIbis van het KW/WIB 92, zoals dat van toepassing is voor het aanslagjaar 2010) - ... ... ... ...... ... (datum) ...... ... (naam) ...... ... (handtekening). »; 5° de werkzaamheden die aan de basis liggen van de uitgaven voor een energie-audit van de woning als bedoeld in artikel 14524, § 1, eerste lid, 7°, van het genoemde Wetboek, zoals dat van toepassing is voor aanslagjaar 2010, moeten worden uitgevoerd overeenkomstig de toepasselijke gewestelijke wetgeving.Deze conformiteit wordt geattesteerd op de factuur die voor de energie-audit wordt uitgereikt.

Art. 2.In afwijking van artikel 1, mag voor de uitgaven gedaan vanaf de dag waarop artikel 173 van de programmawet van 23 december 2009 in werking treedt en vóór de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, de verklaring bedoeld in artikel 1, 4°, c), gesteld worden op een bijlage die achteraf gevoegd wordt bij de uitgereikte factuur of de bijlage ervan bedoeld in artikel 1, 4°.

Art. 3.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van de dag waarop artikel 173 van de programmawet van 23 december 2009 in werking treedt.

Art. 4.De Minister die bevoegd is voor Financiën, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 juni 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS De Staatssecretaris voor Milieufiscaliteit, B. CLERFAYT