Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 juni 2001
gepubliceerd op 29 augustus 2001

Koninklijk besluit betreffende extracten van koffie en extracten van cichorei en tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 maart 1987 betreffende koffie, koffie-extracten en koffiesurrogaten

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu, ministerie van middenstand en landbouw en ministerie van economische zaken
numac
2001022497
pub.
29/08/2001
prom.
21/06/2001
ELI
eli/besluit/2001/06/21/2001022497/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 JUNI 2001. - Koninklijk besluit betreffende extracten van koffie en extracten van cichorei en tot wijziging van het koninklijk besluit van 5 maart 1987 betreffende koffie, koffie-extracten en koffiesurrogaten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op de artikelen 2 en 22, § 3, gewijzigd bij de wet van 22 maart 1989;

Gelet op de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de bescherming en de voorlichting van de consument , inzonderheid op artikel 14;

Gelet op de koninklijk besluit van 5 maart 1987 betreffende koffie, koffie-extracten en koffiesurrogaten, gewijzigd bij de koninlijke besluiten van 22 oktober 1987, 9 februari 1990 en 28 april 1993;

Overwegende de richtlijn 1999/4/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 februari 1999 inzake extracten van koffie en extracten van cichorei;

Gelet op advies van Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de K.M.O. gegeven op 16 november 2000;

Gelet op advies van de Raad voor het Verbruik gegeven op 18 december 2000;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de dringende noodzaak verantwoord is voor het omzetten van de richtlijn binnen de vastgestelde periode;

Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken en Volksgezondheid, van Onze Minister van Economie en van Onze Minister van Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° koffie : de behoorlijk gereinigde en gebrande zaadkern van de koffieboon (soorten van het geslacht Coffea);2° koffie-extract, oplosbaar koffie-extract, oploskoffie of instant-koffie : het geconcentreerde product dat wordt verkregen door extractie van gebrande koffiebonen, waarbij uitsluitend water als extractiemiddel wordt gebruikt, met uitsluiting van elk hydrolyseprocédé waarbij zuren of basen worden toegevoegd en - dat de oplosbare en aromatische bestanddelen van koffie bevat; - dat de uit koffie afkomstige onoplosbare oliën en de onoplosbare stoffen waarvan de aanwezigheid technisch niet te vermijden is, mag bevatten; 3° cichorei : de voor de bereiding van dranken bestemde, met het oog op het drogen en branden naar behoren gereinigde wortels van Cichorium intybus L., die niet voor de productie van witloof worden aangewend; 4° cichorei-extract, oploscichorei of instant cichorei : het geconcentreerde product dat wordt verkregen door extractie van gebrande cichorei, waarbij uitsluitend water als extractiemiddel wordt gebruikt met uitzondering van elk hydrolyseprocédé waarbij zuren of basen worden toegevoegd. § 2. Dit besluit is niet van toepassing op « café torrefacto soluble ».

Art. 2.Koffie-extract moet aan de volgende eisen voldoen : a) het gehalte aan uit koffie afkomstige droge stof bedraagt : - voor koffie-extract, 95 of meer gewichtsprocent; - voor koffie-extractpasta, ten minste 70 en ten hoogste 85 gewichtsprocent; - voor vloeibaar koffie-extract, ten minste 15 en ten hoogste 55 gewichtsprocent; b) koffie-extract in vaste of pastavorm mag geen andere bestanddelen bevatten dan die welke afkomstig zijn van de extractie van de koffie;c) vloeibaar koffie-extract mag voor menselijke voeding geschikte, al dan niet gebrande suikers bevatten in een hoeveelheid van ten hoogste 12 gewichtsprocent.

Art. 3.Cichorei-extract moet aan de volgende eisen voldoen : a) het gehalte aan uit cichorei afkomstige droge stof bedraagt : - voor cichorei-extract, 95 of meer gewichtsprocent; - voor cichorei-extractpasta, ten minste 70 en ten hoogste 85 gewichtsprocent; - voor vloeibaar cichorei-extract, ten minste 25 en ten hoogste 55 gewichtsprocent; b) in cichorei-extract in vaste of pastavorm mag het gehalte aan niet uit de cichorei afkomstige stoffen niet meer dan 1 gewichtsprocent bedragen;c) vloeibaar cichorei-extract mag voor menselijke voeding geschikte, al dan niet gebrande suiker bevatten in een hoeveelheid van ten hoogste 35 gewichtsprocent.

Art. 4.Onverminderd de bepalingen van het koninklijk besluit van 13 september 1999 betreffende de etikettering van voorverpakte voedingsmiddelen, zijn volgende bepalingen van toepassing : a) de in de artikelen 2 en 3 bepaalde verkoopbenamingen moeten in de handel worden gebruikt ter aanduiding van die voedingsmiddelen. Die benamingen worden, in voorkomend geval, met de volgende woorden aangevuld : - « pasta » of « in pastavorm » of - « vloeibaar » of « in vloeibare vorm ».

De verkoopbenamingen mogen worden aangevuld met de kwalificatie « geconcentreerd » : - voor koffie-extract, mits het gehalte aan uit koffie afkomstige droge stof meer dan 25 gewichtsprocent bedraagt; - voor cichorei-extract, mits het gehalte aan uit cichorei afkomstige droge stof meer dan 45 gewichtprocent bedraagt; b) voor de in artikel 2 bepaalde producten moet de etikettering de vermelding « cafeïnevrij » omvatten wanneer het gehalte aan watervrije cafeïne niet meer bedraagt dan 0,3 gewichtsprocent van de uit koffie afkomstige droge stof.Deze vermelding moet in hetzelfde gezichtsveld als de verkoopbenaming worden gebracht; c) de etikettering van vloeibaar koffie-extract en vloeibaar cichorei-extract moeten de vermelding « met .» of « verduurzaamd met . » of « met toegevoegde . » of « gebrand met . » omvatten, gevolgd door de naam van de gebruikte suikersoort(en) indien deze werden toegevoegd.

Deze vermeldingen moeten in hetzelfde gezichtsveld als dat van de verkoopbenaming worden aangebracht; d) de etikettering voor koffie-extractpasta en voor vloeibaar koffie-extract moet de vermelding van het minimumgehalte aan uit koffie afkomstige droge stof of voor cichorei-extractpasta en voor vloeibaar cichorei-extract het minimumgehalte aan uit cichorei afkomstige droge stof omvatten.Deze gehalten moeten worden uitgedrukt in gewichtsprocent van het eindproduct.

Art. 5.Aan het koninklijk besluit van 5 maart 1987 betreffende koffie, koffie-extracten en koffiesurrogaten worden de volgende wijzingen aangebracht : 1° het opschrift wordt vervangen als volgt : « koninklijk besluit betreffende koffie en koffiesurrogaten »;2° worden opgeheven : In artikel 1, punten 4°, 5°,b) en 7°; In artikel 2, punten 3°, 4°, 5°, 6°, 8°, 9° en 10°;

In artikel 3, paragraaf 2;

Artikel 4;

Artikel 6.

Art. 6.Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vervolgd en gestraft overeenkomstig de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten.

Art. 7.Bij wijze van overgangsmaatregel, mogen de voedingsmiddelen, die niet voldoen aan de bepalingen van dit besluit maar wel aan die van het koninklijk besluit van 5 maart 1987 voornoemde, in de handel blijven tot 13 september 2001. Nochtans mogen voedingsmiddelen, die niet voldoen aan de bepalingen van dit besluit en vóór die datum werden geëtiketteerd, in de handel blijven tot uitputting van de voorraad.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.Onze Minister van Consumentenzaken en Volksgezondheid, Onze Minister van Economie en Onze Minister van Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 juni 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumenten-zaken en Volksgezondheid, Mevr. M. AELVOET De Minister van Economie, Ch. PICQUE De Minister van Middenstand, J. GABRIELS

^