gepubliceerd op 24 juli 1999
Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, met uitzondering van de sector bakkerijen en artisanale banketbakkerijen
21 JUNI 1999. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, met uitzondering van de sector bakkerijen en artisanale banketbakkerijen (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, inzonderheid op artikel 61, § 1, gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991;
Gelet op het voorstel van het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat er aanleiding toe bestaat zonder uitstel de opzeggingstermijnen te wijzigen in het belang van de werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, met uitzondering van de sector bakkerijen en artisanale banketbakkerijen, en die een belangrijke anciënniteit tellen en om sociale redenen;
Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid, met uitzondering van de sector bakkerijen en artisanale banketbakkerijen.
Art. 2.Wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat, wordt, in afwijking van de bepalingen van artikel 59 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, de bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst voor werklieden na te leven opzeggingstermijn vastgesteld op : - zesenvijftig dagen wat de werkman betreft die tussen vijftien jaren en minder dan twintig jaren ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is; - honderd zesentwintig dagen wat de werkman betreft die tussen twintig jaren en minder dan vijfentwintig jaren ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is; - honderd veertig dagen wat de werkman betreft die vijfentwintig jaren en meer ononderbroken in dienst van dezelfde onderneming is.
Art. 3.De opzeggingstermijnen bepaald in artikel 2 zijn niet van toepassing in geval van collectief ontslag evenals in geval van conventioneel brugpensioen.
Art. 4.De opzeggingen betekend voor de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.
Art. 5.Het koninklijk besluit van 16 juni 1993 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen in de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de voedingsnijverheid ressorteren, wordt opgeheven.
Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 7.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 21 juni 1999.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 20 juli 1991, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1991.