gepubliceerd op 07 oktober 2009
Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 3 van het koninklijk besluit van 3 december 2007 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton (1)
20 SEPTEMBER 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van artikel 3 van het koninklijk besluit van 3 december 2007 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton (PC 129) (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, artikel 61, § 1, gewijzigd bij de wet van 20 juli 1991;
Gelet op het koninklijk besluit van 3 december 2007 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton, artikel 3;
Gelet op het voorstel van het Paritair Comité voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton van 12 mei 2009;
Gelet op advies 46.945/1 van de Raad van State, gegeven op 7 juli 2009;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 3 december 2007 tot vaststelling van de opzeggingstermijnen voor de ondernemingen voor de voortbrenging van papierpap, papier en karton, wordt paragraaf 1 vervangen als volgt : " § 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 59, tweede en derde lid, van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten wordt de te respecteren opzeggingstermijn bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst voor werklieden, gesloten voor onbepaalde tijd, vastgesteld op : - vijfendertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen zes maanden en minder dan vijf jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - tweeënveertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen vijf en minder dan tien jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - zesenvijftig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen tien jaren en minder dan vijftien jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - vierentachtig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en veertien dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen vijftien en minder dan twintig jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - honderdentwaalf dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en achtentwintig dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen twintig en minder dan vijfentwintig jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - honderdzesentwintig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en achtentwintig dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen vijfentwintig en minder dan dertig jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - honderdveertig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en achtentwintig dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die tussen dertig en minder dan vijfendertig jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven; - honderdvierenvijftig dagen wanneer de opzegging van de werkgever uitgaat en achtentwintig dagen wanneer de opzegging van de werknemer uitgaat wat de werklieden betreft die ten minste vijfendertig jaren ononderbroken bij dezelfde onderneming in dienst zijn gebleven."
Art. 2.De opzeggingen betekend vóór de inwerkingtreding van dit besluit blijven al hun gevolgen behouden.
Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 4.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 20 september 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 3 juli 1978, Belgisch Staatsblad van 22 augustus 1978. Wet van 20 juli 1991, Belgisch Staatsblad van 1 augustus 1991.
Koninklijk besluit van 3 december 2007, Belgisch Staatsblad van 14 december 2007.