gepubliceerd op 11 april 2001
Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 1990 houdende nadere organisatie van de Controlecommissie en van de Commissie van beroep opgericht bij artikel 142 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
20 MAART 2001. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 1990 houdende nadere organisatie van de Controlecommissie en van de Commissie van beroep opgericht bij artikel 142 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op artikel 108 van de Grondwet;
Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, inzonderheid op artikel 145, § 5, derde lid;
Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 1990 houdende nadere organisatie van de Controlecommissie en van de Commissie van beroep opgericht bij artikel 142 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij de koninklijke belsuiten van 9 november 1992 en van 15 mei 1995;
Gelet op het advies van het Comité van de dienst voor geneeskundige controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, uitgebracht op 26 mei 2000;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 22 december 2000;
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 24 oktober 2000;
Gelet op advies 31.147/1 van de Raad van State;
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Artikel 4, eerste lid, van het koninklijk besluit van 12 december 1990 houdende nadere organisatie van de Controlecommissie en van de Commissie van beroep opgericht bij artikel 142 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1992, wordt vervangen als volgt : «
Art. 4.De instanties die overeenkomstig artikel 145 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, de zaak kunnen aanhangig maken bij de afdeling, richten hun klacht aan de voorzitter van de bevoegde afdeling van de Controlecommissie ».
Art. 2.In artikel 5, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1992, vervalt het woord « provinciale ».
Art. 3.Artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1992, wordt vervangen als volgt : «
Art. 6.De afdeling kan elk bijkomend onderzoek dat zij nuttig acht, bevelen.
Artikel 828 van het Gerechtelijk Wetboek is van overeenkomstige toepassing op de deskundigen waarop de afdeling overeenkomstig artikel 145, § 2, derde lid, van de voornoemde gecoördineerde wet, een beroep doet. »
Art. 4.In artikel 7, zesde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1992, vervalt het woord « provinciale ».
Art. 5.In artikel 8, eerste lid, van hetzelfde besluit vervalt het woord « provinciale ».
Art. 6.Artikel 12, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «
Art. 12.beroep tegen de beslissing van de Controlecommissie wordt ingesteld met een gemotiveerde en ondertekende brief die aan de voorzitter van de bevoegde afdeling van de Commissie van beroep is gericht en die hetzij aangetekend per post wordt verstuurd, hetzij tegen ontvangstbewijs wordt afgegeven op het secretariaat van de commissie. »
Art. 7.Artikel 14, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «
Art. 14.Zodra de voorzitter van de bevoegde afdeling van de Commissie van beroep het beroepsschrift heeft ontvangen, vordert hij het dossier op bij de Controlecommissie, en geeft hij van het beroepsschrift kennis aan allen die bij de zaak betrokken zijn. »
Art. 8.De artikelen 1, 2, 3, 9 en 10, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 november 1992, worden opgeheven.
Art. 9.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 maart 2001.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE