20 FEBRUARI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juli 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, betreffende de aanwending en inning van de bijdrage van 0,10 pct. voor de vorming en tewerkstelling van risicogroepen, zoals vastgelegd in de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, inzonderheid op artikel 190, § 3 (1)

ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de koopvaardij;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juli 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de koopvaardij, betreffende de aanwending en inning van de bijdrage van 0,10 pct. voor de vorming en tewerkstelling van risicogroepen, zoals vastgelegd in de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, inzonderheid op artikel 190, § 3.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 februari 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, J. PIETTE _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de koopvaardij Collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juli 2007 Aanwending en inning van de bijdrage van 0,10 pct. voor de vorming en tewerkstelling van risicogroepen, zoals vastgelegd in de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen, inzonderheid op artikel 190, § 3 (Overeenkomst geregistreerd op 1 oktober 2007 onder het nummer 84919/CO/316)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op : a) de werkgevers van de ondernemingen waarvan de activiteit tot de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de koopvaardij behoort;b) de werknemers tewerkgesteld in deze ondernemingen, verbonden met een arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst en ingeschreven in de Belgische pool der zeelieden.

Art. 2.Het "Centrum voor Vorming van Zeevarenden" VZW opgericht op 3 augustus 1978 met als doel coördinerend op te treden voor de Belgische koopvaardij inzake beroepsvorming van scheepsgezellen en officieren staat in voor het organiseren van de vereiste bijscholingen van bovenvermelde scheepsgezellen en officieren, met uitsluiting van de werknemers tewerkgesteld bij de werkgevers van de ondernemingen die sleepboten exploiteren, waarvan de verrichte sleepactiviteit "zeevervoer" is.

Voor de werknemers tewerkgesteld bij de werkgevers van de ondernemingen die sleepboten exploiteren waarvan de verrichte sleepactiviteit "zeevervoer" is, worden de bijscholingsactiviteiten uitgewerkt door toedoen van het "Fonds voor bestaanszekerheid zeesleepdiensten". Het "Fonds voor bestaanszekerheid zeesleepdiensten" kan hiervoor beroep doen op derde organisaties of instellingen.

Art. 3.De beschikkingen voor de inning en invordering van de bijdrage worden getroffen door het Centrum voor Vorming van Zeevarenden VZW. De bijdrage bedraagt 0,10 pct. van de loonmassa voor de jaren 2007 en 2008, met uitzondering van de werknemers tewerkgesteld bij de werkgevers van de ondernemingen die sleepboten exploiteren waarvan de verrichte sleepactiviteit "zeevervoer" is.

Voor de ondernemingen die sleepboten exploiteren, waarvan de verrichte sleepactiviteit "zeevervoer" is bedraagt de bijdrage 0,10 pct. van de loonmassa voor de jaren 2007-2008. Deze bijdrage wordt geïnd door toedoen van het "Fonds voor bestaanszekerheid zeesleepdiensten".

Art. 4.De collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking vanaf 1 januari 2007 en neemt een einde op 31 december 2008.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 februari 2008.

De Minister van Werk, J. PIETTE