gepubliceerd op 23 januari 2008
Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen XII.VII.15quater , § 2, eerste lid en XII.VII.16quinquies , § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten
20 DECEMBER 2007. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen XII.VII.15quater , § 2, eerste lid en XII.VII.16quinquies , § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op artikel 121, vervangen bij de wet van 26 april 2002;
Gelet op de programmawet van 30 december 2001, inzonderheid op artikel 131;
Gelet op het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, inzonderheid op de artikelen XII.VII.15quater, § 2, eerste lid en XII.VII.16quinquies, § 2, eerste lid, ingevoegd bij de wet van 2 juni 2006;
Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 9 oktober 2006;
Gelet op het protocol nr. 193/5 van 6 november 2006 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 5 maart 2007;
Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken van 13 februari 2007;
Gelet op het advies nr. 42.824/2 van de Raad van State, gegeven op 7 mei 2007;
Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - De bijzondere opleiding voor de overgang naar het middenkader
Artikel 1.Het in artikel XII.VII.15quater, § 2, eerste lid, RPPol, bedoelde programma van de bijzondere opleiding voor de overgang naar het middenkader wordt vastgesteld in de bijlage 1 bij dit besluit. Die bijzondere opleiding verloopt in gespreide periodes van 2 weken.
Art. 2.Om te slagen voor die bijzondere opleiding moeten de personeelsleden ten minste 92% van de te volgen opleiding daadwerkelijk bijwonen. De directeur van de betrokken politieschool verifieert de naleving ervan. HOOFDSTUK 2. - De bijzondere opleiding voor de overgang naar het officierenkader
Art. 3.Het in artikel XII.VII.16quinquies, § 2, eerste lid, RPPol, bedoelde programma van de bijzondere opleiding voor de overgang naar het officierenkader wordt vastgesteld in de bijlage 2 bij dit besluit.
Die bijzondere opleiding verloopt in gespreide periodes van 2 weken.
Art. 4.Om te slagen voor die bijzondere opleiding moeten de personeelsleden ten minste 92% van de te volgen opleiding daadwerkelijk bijwonen. De directeur van de betrokken politieschool verifieert de naleving ervan. HOOFDSTUK 3. - Slotbepalingen
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 9 september 2006.
Art. 6.Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Binnenlandse Zaken zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 20 december 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL
Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 20 december 2007 Het programma van de bijzondere opleiding voor de overgang naar het middenkader Module 1 : Administratie in de politieschool - 1 u.
Module 2 : De plaats, de functie en de rol van de hoofdinspecteur in de politiediensten - 12 u. 1. De rol van de hoofdinspecteur en gemeenschapsgerichte politiezorg 2.Slachtofferbejegening 3. Deontologie Module 3 : Basiscompetenties van de hoofdinspecteur - 28 u.1. Vergader- en presentatietechnieken (vb.power-point) als leidinggevende (16 u.) 2. Controle van een proces-verbaal (6 u.theorie en 6 u. casus= 12 u.) Module 4 : Verwerven van basiscompetenties inzake management en beheer van human resources - 28 u. 1. Voeren van begeleidings- en functioneringsgesprekken + basisprincipes coaching (16 u.) 2. Voeren van plannings-, functionerings- en evaluatiegesprekken (8 u.) 3. Stressbeheersing (4 u.) Module 5 : Leiding van een team in een operationeel leidinggevende rol - 44 u. 1. Ondersteuning van de uitwerking van een actieplan (8 u.) 2. Deelname aan een project (8 u.) 3. Operationeel management en bevelvoering in crisissituaties (24 u.) 4. Kennismaking met de tuchtprocedure (4 u.) Module 6 : Bestuurlijke politie - 22 u. (op vraag van betrokkene) 1. De fundamentele rechten en vrijheden van de burger eerbiedigen in het raam van bestuurlijke politie 2.De actiemodi en belangrijkste technieken 3. De middelen inzake openbare orde Module 7 : Bijzondere bestuurlijke politie - 24 u. 1. Vreemdelingenwetgeving (16 u.) 2. Leiding geven tijdens de uitvoering van kleinschalige tactische politieprocédés (8 u.) (op vraag van betrokkene) Module 8 : Gerechtelijke opdrachten - 36 u. 1. Leiding van een gerechtelijk onderzoek met praktische oefeningen (16 u.) 2. Beheer van gerechtelijke informatie (12 u.) 3. Informatiegestuurde politiezorg (4 u.) 4. Internationale politiesamenwerking (4 u.) Module 9 : Wet op het politieambt - 5 u.
Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 20 december 2007 tot uitvoering van de artikelen XII.VII.15quater, § 2, eerste lid en XII.VII.16quinquies, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL
Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 20 december 2007 Het programma van de bijzondere opleiding voor de overgang naar het officierenkader Module 1 : Administratieve toestand tijdens de opleiding in de nationale school voor officieren - 1 u.
Module 2 : Politieopdracht - organisatieontwikkeling - gemeenschapsgerichte politiezorg - 38 u. 1. COP als cultureel kader (8 u.) 2. Veiligheidsproblematiek en preventiestrategieën (4 u.) 3. Management van een politieorganisatie in een rechtsstaat (6 u.) 4. Ethiek en deontologie (4 u.) 5. Organisatieontwikkeling : conceptuele kader en toepassing in het Belgisch politiemodel, een middel om COP te optimaliseren (16 u.) Module 3 : Management van medewerkers en middelen - 48 u. 1. HRM-principes (8 u.) 2. Statutaire bepalingen (8 u.) 3. Leiderschapsstijl en motivatie, bekwaamheid tot leidinggeven en welzijn op het werk (24 u.) 4. Principes van administratief, logistiek en financieel beheer (8 u.) Module 4 : Toegepast management - 16 u. 1. Probleemoplossende technieken in het raam van veiligheids- en functioneringsproblemen (8 u.) 2. Toegepaste geïntegreerde oefeningen (8 u.) Module 5 : Algemeen referentiekader voor de uitoefening van de opdrachten en bevoegdheden van de commissaris in het domein van de bestuurlijke politie - 28 u. 1. Het ethisch en deontologisch referentiekader met betrekking tot de bescherming van de fundamentele rechten en vrijheden (8 u.); 2. Het wettelijk en reglementair referentiekader en de relatie met de bevoegde overheden en andere publieke en private actoren (8 u.); 3. Het filosofisch referentiekader met betrekking tot de toepassing van de gemeenschapsgerichte politiezorg op de bestuurlijke politie, het genegotieerd beheer van de publieke ruimte en de deëscalatie (12 u., intern + extern), ...
Module 6 : Operationele politionele basiscompetenties van een commissaris in het domein van de bestuurlijke politie - 52 u. (op vraag van betrokkene) 1. Politieopdrachten van bestuurlijke politie, concrete politiemaatregelen, primaire operationele methodes -actiemodi en technieken (16 u.); 2. De politiebevoegdheden van een officier van bestuurlijke politie en de controle van de gelegitimeerde en correcte uitvoering ervan (8 u.); 3. De basistaken van een OBP met wacht (4 u.); 4. Kleinschalige geplande of onvoorziene opdrachten - incidenten en operaties in het domein van de openbare orde en van verkeer (16 u.); 5. De (crisis)verantwoordelijkheden van een OBP in geval van ramp, onheil, schadegeval in het raam van een multidisciplinaire aanpak (8 u.);
Module 7 : Beleidsondersteunende politionele competenties van een commissaris in het domein van de bestuurlijke politie - 36 u. 1. Gegevens, informatie en documentatie die een concreet belang vertonen voor geïntegreerde opdrachten van bestuurlijke politie (8 u.); 2. Advies aan de hiërarchie en de overheden met betrekking tot wettelijke of operationele aspecten (4 u.); 3. Deelaspecten en deelopdrachten inzake meer grootschalige operaties openbare orde (16 u.); 4. Ontwikkeling van het beleid inzake verkeer (4 u.); 5. Ontwikkeling van noodplannen en globale coördinatie i.g.v. ramp, onheil, schadegeval in het raam van een multidisciplinaire aanpak (4 u.);
Module 8 : Beleidsondersteunende politionele competenties van een commissaris in het domein van gerechtelijke politie - 51 u. 1. Middelen (8 u.) 2. Bijzondere opsporingsmethoden (6 u.) 3. Leiding van een globaal probleem van gerechtelijke politie van een zekere omvang en complexiteit met praktische oefening (24 u.) 4. Strategische beeldvorming en informatiegestuurde politiezorg (8 u) 5.Internationale politiesamenwerking (5 u.) Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 20 december 2007 tot uitvoering van de artikelen XII.VII.15quater, § 2, eerste lid en XII.VII.16quinquies, § 2, eerste lid, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeelvan de politiediensten.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL